Een Litouwer vraagt in beroep de vrijspraak voor zijn betrokkenheid bij vier gewapende overvallen op juweliers. “Hij verleende hoogstens enkele hand- en spandiensten. Hij was niet meer dan een loopjongen.” Maar de procureur-generaal vorderde acht jaar cel.
Op 17 april 2015 drongen drie gangsters de juwelierszaak Rubrecht in de Driftweg in De Haan binnen. Ze knevelden de juwelier en terwijl ze hem met een vuurwapen onder schot hielden, graaiden ze voor zo’n 430.000 euro aan peperdure horloges mee en nog eens voor 260.000 euro aan juwelen. Drie Litouwers, die kort na de feiten werden opgepakt, kregen in 2016 tot zeven jaar cel. Later werden nog meer leden van dezelfde bende opgepakt en die konden worden gelinkt aan nog drie andere gewapende overvallen. Op 28 augustus 2015 sloegen ze toe bij een juwelier in Knokke-Heist, maar ze moesten er zonder buit afdruipen. Amper vijf dagen later was juwelierszaak Julpiau in Oostende aan de beurt. De oom en tante van de zaakvoerder hielden de winkel open en werden hard aangepakt. Ze werden gekneveld, bedreigd met een vuurwapen en geslagen.
Amper ademen
“De mond van de vrouw werd zodanig hard toegesnoerd dat ze amper nog kon ademen”, stelde de procureur-generaal. Omdat de overval te lang duurde, gingen de daders er uiteindelijk zonder buit vandoor. Op 11 september 2015 sloeg de bende ook nog eens toe in het Waalse Verviers. Daar werd slechts één duur horloge buitgemaakt. Volgens de rechter in Brugge was Tomas L. (41) slechts betrokken bij twee overvallen, in Oostende en Knokke. Hij kreeg zes jaar cel en ging net als twee anderen van de bende in beroep. Die andere twee –die veroordeeld werden tot acht en zes jaar cel- lieten echter verstek. L. die in België in de gevangenis zit, kwam wel naar zijn proces om zijn onschuld uit te schreeuwen. Toen hij in 2021 hoorde dat hij in België werd gezocht, bood hij zich spontaan aan bij de politie van Litouwen en zijn onschuld te bewijzen.
Geen hard bewijs
Volgens zijn advocaten heeft het openbaar ministerie ook geen enkel hard bewijs. “Ja,hij is eens geflitst in de buurt van een van de overvallen, en de auto waarmee de overval is gepleegd, was een huurauto op zijn naam. Maar verder heeft hij hier niks mee te maken. Hij verleende hoogstens enkele hand- en spandiensten. Hij was niet meer dan een loopjongen. Op het moment van de feiten in De Haan was hij zelfs in Dublin.” Ook over de geflitste wagen zijn ze duidelijk. “Als iemand criminele feiten pleegt zal hij toch uiterst voorzichtig zijn en zich niet laten flitsen?” Zijn advocaten vragen dan ook de vrijspraak. Maar als hij zelfs enkel en alleen hand- en spandiensten deed, kan volgens de procureur-generaal het hof er niet om heen dat hij een mededader is. “Hij heeft die auto gehuurd in Nederland! Waarom? Om in België zomaar wat rond te rijden? Om wat te doen? Te werken?” Bovendien werd de auto na de laatste overval terug naar Nederland gereden. “En als iemand een overval pleegt zou ik net wel snel wegrijden om te ontkomen. Dat hij geflitst is, lijkt me juist wel een bewijs.” Daarnaast huurde hij plots ook een kamer in een hotel in Antwerpen waarvan vermoedt wordt dat daar de buit is overgelaten om het land uit te smokkelen. “Het is toch allemaal meer dan indirect bewijs.”
Uitspraak 12 april
Hij vorderde twee jaar per overval, waardoor zijn rekensom aan acht jaar cel komt. Voor de twee anderen die verstek lieten, is hij tevreden met de acht en zes jaar cel. Het hof doet uitspraak in de zaak op 12 april. (OSM)