“Zelfs ons leeggoed en worsten zijn niet meer veilig.” Voetbalclubs uit de regio slaakten vorig jaar een noodkreet na een zoveelste reeks inbraken in hun kantines. Het gestolen leeggoed deed een werkloos trio uit Komen-Waasten uiteindelijk de das om. Ze riskeren nu twee jaar cel.
Bij de start van het nieuwe voetbalseizoen vorig jaar doken de beruchte ‘kantinedieven’ weer op. Ze sloegen op korte tijd toe bij kleine en afgelegen clubs in de regio: de Ieperse club Gold Star Voormezele, de Wervikse club Sparta Kruiseke en de Zonnebeekse clubs Blue Star Geluveld, KEVC Beselare en FC Passendale.
De betrokken vrijwilligers waren de wanhoop nabij, toen ze andermaal geconfronteerd werden met schade, kosten en een groot onveiligheidsgevoel. “Zelfs ons leeggoed en worsten zijn niet meer veilig, de kantine is onze belangrijkste bron van inkomsten”, klonk het bij Gold Star Voormezele. Na eerdere inbraken investeerde de club in camera’s, maar die hadden geen afschrikkend effect.
“Ze draaiden een van onze camera’s gewoon de andere richting uit”, zuchtte Benny Sohier, bestuurder van de club. “Ze waren met drie en hun gezichten waren onherkenbaar gemaakt met mondmaskers en hoofdbedekking.”
De buit bestond onder meer uit geld, geluidsversterkers, Zwan worsten en tientallen bakken met leeggoed. “Een lege bak Omer en Desperados lieten ze wel achter. Misschien raken ze dat niet kwijt in Frankrijk.”
De Franstaligen bleken uiteindelijk afkomstig van Komen-Waasten en probeerden een deel van het gestolen leeggoed de ochtend na de nachtelijke inbraak rond 6.30 uur te cashen in een vestiging van Spar in Mesen, waar ook camera’s hangen.
Jonge voetballertjes
“Zo ging de bal aan het rollen”, aldus de openbare aanklager, die maandag een celstraf van twee jaar en effectieve boete vorderde voor de beklaagden van 37, 39 en 44 jaar. “Het stoort mij dat dit geen jonge gastjes meer zijn”, vervolgde de openbare aanklager. “Zij werken niet, klagen over het feit dat ze onvoldoende geld hebben om rond te komen, en besluiten dan in te breken. Dit is een dossier uit 2022, maar er zijn jaarlijks inbraken in kantines. De beklaagden moeten erbij stilstaan dat ze schade berokkenen op plekken waar vrijwilligers werken en jonge voetballertjes komen om te eten en te drinken. Men denkt enkel aan zichzelf en makkelijk geldgewin.”
“Ik stal voornamelijk wat snoep, worstjes en soepjes. Achteraf gezien een onnozele stommiteit”, bekende de eerste beklaagde (37). “Hij kon altijd bij zijn mama verblijven, die met haar inkomen voor hem heeft gezorgd”, zei z’n advocaat. “Nu hij in de gevangenis verblijft, beseft hij dat hij aan het werk moet om in zijn levensonderhoud te voorzien. Dat heeft hij ook afgesproken met zijn mama.”
Geluk met mama
“U bent in 2021 al eens veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee jaar en nu staat u hier opnieuw”, aldus de rechter. “Je mag van geluk spreken met zo’n mama, dat is niet vanzelfsprekend.”
De tweede beklaagde (44) werkte een paar jaar geleden nog bij een gemeente. “Werk zal niet uit de lucht komen vallen, je moet solliciteren”, sprak de rechter.
De derde beklaagde (39) was gescheiden, zag zijn kinderen niet meer en leefde op straat. “Die situatie leidde tot verkeerde beslissingen”, stelde zijn raadsman. “De gevangenis zorgde voor een kentering: hij wil zich herpakken.”
“Het is allemaal te lastig, hé, werken, maar inbreken in voetbalkantines blijkbaar niet”, besloot de rechter, die een vonnis uitspreekt op 2 oktober.
Schade en miserie
Gold Star Voormezele vraagt een schadevergoeding voor materiële schade en gestolen goederen, maar ook een morele schadevergoeding voor hun vrijwilligers. “Dat is niet plezant, hé”, reageerde clubvoorzitter Kurt Denijs na de pleidooien. “Alles wat ze pakken, is te veel. Bij ons was het al de tweede inbraak in twee jaar. Wij zitten dan telkens met de schade en miserie. We hebben intussen camera’s, een alarm én een kluis.” (TP)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier