Iets meer dan een jaar na de grootse opening valt het doek over het politiemuseum in Brugge. De Brugse politie en het stadsbestuur stellen niet langer een vleugel van het oude commissariaat ter beschikking aan initiatiefnemer T.G., die ervan verdacht wordt om museumstukken verkocht te hebben, waaronder wapens. Die ontkent dat laatste in alle toonaarden.
In de oude politiekantoren langs de Lodewijk Coiseaukaai opende in oktober 2021 met veel bombarie een politiemuseum. Een unieke collectie van wapens, uniformen en andere politionele attributen, van uit de tijd van Leopold II tot nu: werkelijk alles kon je er vinden. Sommige stukken werden aan het museum geschonken door gepensioneerde agenten, andere spullen werden in bruikleen gegeven door verzamelaars maar de grootste inbreng kwam van Bruggeling T.G., die al zijn hele leven politieattributen verzamelde en met het eigen museum zijn levensdroom in vervulling zag komen. Hij werd beheerder en kreeg de volledige steun van de politie en de stad, die gratis een vleugel van het oude secretariaat ter beschikking stelden.
Maar aan die samenwerking, en dus ook het politiemuseum, komt nu abrupt een einde. “Zonder enig overleg met het stadsbestuur of de politie heeft de uitbater van het politiemuseum er zijn collectie weggehaald”, reageert korpschef Dirk Van Nuffel. “Het verbreken van het overeenkomst voor een deel van de gebouwen is dan ook een logisch gevolg. We kunnen enkel betreuren dat op die manier een unieke collectie politiegeschiedenis voor een breder publiek verloren gaat.”
Gerechtelijk onderzoek
Maar er blijkt veel meer aan de hand. Tegen uitbater en beheerder T.G. loopt er momenteel een gerechtelijk onderzoek. Dat bevestigt het parket van Brugge. De man werd onlangs van zijn bed gelicht en er vond bij hem een huiszoeking plaats, maar T.G. werd niet aangehouden. Hij wordt verdacht van misbruik van vertrouwen en verkoop van wapens. Zo zou hij stukken uit het museum verkocht hebben, waaronder materiaal dat door anderen ter beschikking werd gesteld. Sommige stukken zouden na de verkoop nooit bezorgd geweest zijn. De speurders vrezen dat er ook wapens uit het museum van de hand werden gedaan. Dat er strafbare feiten, tot misschien zelfs de verkoop van wapens, gebeurd zouden zijn vanuit het oude commissariaat en een project dat de politie volledig steunde, maakt het zeer vervelend.
Geen contract
De advocaat van de uitbater wil, mede door de grote verwevenheid met de Brugse politie en het stadsbestuur in deze zaak, niet ingaan op de inhoud om het onderzoek niet te schaden. “In mijn ogen is hier hooguit sprake van enkele onzorgvuldigheden en nalatigheid en was er geenszins de intentie om strafrechtelijke feiten te plegen”, reageert advocaat Jan De Groote. “Mijn cliënt is een echte fanaticus over alles wat met de politie te maken heeft. Hij verzamelt al zijn hele leven uniformen en dergelijke. Daarbij verkoopt en ruilt hij ook spullen via internet, maar nu wordt plots alles op een hoop gegooid. Ze zien hem op internet dingen verkopen en denken dat die eigendom van het museum zijn. Maar dat staat absoluut niet vast. Dat er sprake zou zijn van het verhandelen van wapens? Daarover val ik volledig uit de lucht. Ik begrijp niet dat de stad en de politie mijn cliënt, die de uitbating maar als een bijberoepje naast zijn voltijdse dagtaak deed, niet omkaderd hebben. Er bestaat zelfs geen contract over de exploitatie…”
Tegenkanting
De cliënt zelf wil benadrukken dat het onderzoek los staat van zijn beslissing om te stoppen met het museum. “Ik was sowieso van plan om ermee te kappen nadat een medewerker van de stad me in september liet weten dat ik plots zelf moest instaan voor het onderhoud en de reparatie van de verwarmingsketel”, vertelt hij. “Ik heb me meer dan een een jaar ingezet om het respect van de politie naar een hoger niveau te tillen. Ik heb daarbij steun gehad, maar botste op meer tegenkanting en jaloezie…”
“Ik zou geen ‘huidige stukken’ mogen hebben, terwijl de top van de politie me daar voor feliciteerde”
“Tijdens het verhoor kreeg ik onder meer te horen dat ik niet in het bezit mag zijn van ‘huidige stukken’, terwijl de top van de politie me daar nog voor had gefeliciteerd én zelfs aangemoedigd. Op de opening waren de korpschef, tientallen hoofdinspecteurs en de burgemeester aanwezig. Zij hebben de volledige collectie gezien. Sommigen onder hen hebben zelfs nog stukken uit mijn collectie gekocht. Hoe hypocriet kan men zijn… De politie van Brugge zou dit onderzoek niet mogen voeren, want het is zelf betrokken partij. En wapens verkocht? Nooit! Ik heb zelfs nooit wapens in mijn bezit gehad, ook geen onklaar gemaakte wapens. Het enige wat ik had, waren airsoft replica’s, die gebruikt werden om tentoon te stellen. Deze zijn trouwens vrij te koop.”
Link met bizarre inbraak?
Opmerkelijk in de zaak: in september vorig jaar opende de politie van Brugge al een onderzoek naar een bizarre inbraak in het museum. Daarbij ging het inbraakalarm af om 0.45 uur, waarbij de man en de politie ter plaatse kwamen en niets opmerkten. Om 3.30 uur ging het alarm opnieuw af, waarbij er toen wel enkele voorwerpen gestolen werden. Over de exacte buit werd toen niet gecommuniceerd, maar het zou gaan om ‘een zeer gerichte diefstal’. Of het ene met het andere te maken heeft, maakt deel uit van het onderzoek.
Burgemeester Dirk De fauw betreurt het einde van het museum. “De mensen bij de politie hadden heel veel vertrouwen in de man, maar dat werd helaas beschaamd. Zo’n toegankelijk politiemuseum was iets uniek in België en zelfs ver daarbuiten.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier