Een 26-jarige man uit Damme stond maandagmiddag terecht voor het dodelijk ongeval waarbij zijn vriendin Zoë Bouquet (29) uit Knokke-Heist stierf. De twintiger had teveel gedronken en reed te snel. “Het spijt me. Maar ik kan de tijd jammer genoeg niet terug draaien”, zei hij.
De tragische zaak werd maandagmiddag in een kleine zaal in de Brugse rechtbank gepleit. K.D. (26) betwistte zijn aandeel in het dodelijk ongeval niet. Hij was ongeveer een maand samen met Zoë Bouquet (29) toen het ongeval gebeurde. “Er gaat geen dag voorbij zonder dat hij terugdenkt aan zijn geliefde en wat er gebeurd is”, aldus zijn advocaat Stijn Leliaert.
Barbecue
K.D. reed op 7 juli 2019 langs de Natiënlaan ter hoogte van Lapscheure. Hij had ’s avonds samen met Zoë en een bevriend koppel thuis een barbecue gehouden. Daarna trok het gezelschap nog naar zomerbar The Night in Brugge. “Zoë had tijdens de barbecue niets gedronken en zou Bob zijn”, aldus meester Leliaert.
“Maar in de zomerbar had zij toch ook gedronken. Toen ze naar huis gingen, voelde ze zich te moe en niet meer in staat om te rijden. Daarom vroeg ze K.D. om dat te doen. Hij had een tiental pintjes gedronken, maar voelde zich nog in staat om te rijden. Het was de meest onverstandige beslissing van zijn leven.”
Zoontje van twee jaar
Hij reed met de wagen van Zoë en knalde op de terugweg tegen een bestelwagen die voor hem reed. De auto werd vijftig meter verder in de gracht weggeslingerd. de BMW belandde tegen een duiker. Hij zelf raakte lichtgewond, maar Zoë was kritiek. Zij stierf enkele uren later in het ziekenhuis aan haar verwondingen. De jonge vrouw liet een zoontje van op dat moment twee jaar oud achter.
Volgens de procureur lag de schuld van het ongeval duidelijk bij K.D. Hij vroeg dan ook een gepaste straf voor de jongeman. Volgens de deskundige reed hij aan minstens 110 kilometer per uur (waar slechts 90 is toegelaten, red.). Bij het naderen van zijn voorligger schatte hij diens snelheid fout in. Het ongeval was te vermijden als hij meer aandacht had vertoond voor het verkeer. Bovendien had hij gedronken.” Na het ongeval bleek namelijk dat K.D. 1,5 promille alcohol in zijn bloed had.
Race naar de dood
Zowel zijn advocaat als die van zijn verdediging oordeelden dat het slachtoffer zelf deels aansprakelijk was voor het ongeval door bij K.D. in de wagen te stappen. Ze wist dat hij dronken was en aanvaardde zo een risico, aldus de redenering. Iets waar de advocaten van de burgerlijke partijen niet mee akkoord waren. “Hij had zijn verantwoordelijkheid moeten nemen, maar hij oordeelde dat hij in staat was om te rijden”, aldus advocaten Brecht Maus en Jan De Groote. “Hij had als medepassagier zelfs kritisch moeten zijn toen zij in de zomerbar toch wat dronk. Maar hij stapte uiteindelijk toch in de auto en begon aan de “race naar de dood”. Op camerabeelden is te zien hoe snel hij rijdt en hoe hij zwalpte.”
Ook dat laatste kwam bij de nabestaanden heel hard aan. De zus van Zoë nam op het einde van de zitting het woord. “We zagen de camerabeelden deze week. Toen zagen we dat hij geen baan hield en veel te snel reed. Hij heeft letterlijk met haar leven gespeeld. Iedereen kan een ongeval hebben, maar niet op die manier.” De politierechter zal zich op 29 maart uitspreken.
(TL)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier