Omdat hij de code van haar gsm niet kreeg, ging een toen 18-jarige Oostendenaar zijn zwangere vriendin te lijf. Dat levert M.M. nu 220 uur werkstraf op.
Het slachtoffer zette op 9 juni 2024 een punt achter haar relatie met de beklaagde. Ze was op dat moment een drietal maanden zwanger van M.M., die had aangegeven dat hij het kind niet wou. Een drietal dagen later zat de vrouw met enkele vriendinnen in een Oostendse strandbar. Ze wisselde heel wat berichten uit met M.M. rond het al dan niet houden van de baby.
Toen het slachtoffer op een bepaald moment aan M.M. vroeg om haar met rust te laten en aangaf dat ze intussen al berichten stuurde naar een andere jongen, trok de beklaagde naar de strandbar. Hij eiste de gsm’s van het slachtoffer en van een van haar vriendinnen. Hij wou hun berichten lezen maar kreeg de pincodes niet. Hierop dreigde hij ermee hen ‘kapot te slaan’.
Passanten grijpen in
Uiteindelijk sloeg M.M. zijn vriendin meermaals tegen het hoofd. Terwijl de vrouw in een bolletje op de grond lag zou hij ook nog in de richting van haar zwangere buik hebben geslagen. Tot twee passanten tussenbeide kwamen. Diezelfde avond sloeg hij ook nog de kamer van het slachtoffer kort en klein. Hij belde haar op met de gsm van haar moeder. “Zolang het kind er is, maak ik je het leven zuur”, dreigde hij.
Tijdens zijn verhoor gaf M.M. toe dat hij het slachtoffer geslagen had. “Maar zeker niet in de richting van haar buik”, stelde hij. De twee zijn intussen terug samen en de beklaagde zou zijn verantwoordelijkheid als vader dan tóch willen opnemen.
De jongeman kwam na een maand vrij onder voorwaarden, maar die leefde hij meermaals niet na. Daarom wou de rechter hem geen voorwaardelijke celstraf opleggen. Als de intussen 19-jarige Oostendenaar zijn werkstraf niet correct uitvoert, kan hij alsnog vijftien maanden cel krijgen. (AFr)
