Onze Moestuinman Angelo Dorny: “Alles in mijn tuin moet eetbaar zijn”

Elk jaar ben ik zo blij als een kind als het voorjaar eraan zit te komen. Dat betekent weer met de handen in de grond zitten, zaaien, planten en als alles meezit ook oogsten. Heerlijk, vind ik het. Dit jaar heb ik mezelf een projectje opgelegd. Ik ga namelijk een nieuwe moestuin aanleggen, en het liefst van allemaal doe ik dat samen met jullie. Je kunt de vorderingen op video hier volgen.

Geen moestuin zonder een degelijk plan. Het is de start van je hele verhaal, de basis van je avontuur. Ik schets even de situatie. Wij wonen op een woonerf, samen met nog twee buren. Lekker rustig, geen drukte. De tuin is rechthoekig en niet bijster groot. Hij is herkenbaar voor wie in de stad woont, zeg maar. Ik vind de tuin net goed. Groter hoeft hij niet te zijn, want dan kan ik hem niet meer goed bijhouden. De hele tuin bestond uit gras en sinds vorig jaar staat er ook een leuke serre. Die serre is uiteraard gewoon blijven staan, in de linkerhoek. Dat was het zonnigste plekje, dus optimaal voor de planten die erin groeien.

Voorts zijn er een tuinhuisje voor het gereedschap en de bijhorende spullen en een zeer zonnig terras om tijdens de zomermaanden van te genieten. Een droom voor iemand als ik, die aan het begin van de aanleg van een tuin staat. Een wit, eerder groen in dit geval, canvas waar ik mee kon doen wat ik wou. Heerlijk.

Ik ben de soort tuinier die graag geniet met de ogen

Functioneel maar mooi

Maar hoe begin je aan zo’n moestuin? De hele tuin wilde ik eetbaar maken, dus traditioneel zou hij zeker niet worden. Ik ben het vooral bij mezelf gaan zoeken. Wie ben ik en wat verwacht ik van de tuin? Hij moet eetbaar zijn, dat is zeker, maar hij moet ook mooi en kleurrijk zijn. Ik was er snel uit dat de hele oppervlakte moestuin zou worden en ik een samenwerking tussen groenten, kruiden, fruit én bloemen wilde. Functioneel, maar ook mooi. Ik ben de soort tuinier die graag geniet met de ogen. Dat die tuin gaat opbrengen, is leuk, maar niet het allerbelangrijkste.

Mijn tuin is niet groot, maar dat hoeft ook niet, want anders kan ik hem niet bijhouden

Handige moestuinbakken

Ik had één voordeel: de bijzonder mooie serre hadden we vorig jaar al geplaatst. Ze is het centrale punt van de tuin, een eyecatcher, zeg maar. De tuin die ik zou aanleggen, konden we dus rond die kas gaan opbouwen. Ik koos bewust voor enerzijds verhoogde moestuinbakken en anderzijds verhoogde moestuinbedden. Die zien er erg leuk uit en zijn ook makkelijk. Je moet minder onkruid wieden, de grond warmt sneller op en je kunt alles netjes houden. Wat ook meespeelde, was het feit dat de grond hier in de tuin niet echt geschikt is om rechtstreeks in te zaaien en te planten. Tonnen stenen heb ik erin gevonden, alsof ze het oude huis hadden afgebroken en begraven. Dat heb je met nieuwe huizen, zo blijkt.

Moestuinbakken, dus. Ik ben er helemaal voor gewonnen. De hoogste bakken zijn gemiddeld 64 centimeter hoog, de moestuinbedden gemiddeld 18 centimeter. De bakken zijn 2,5 meter lang en 1,2 meter breed – zeer geschikt om makkelijk tussen de planten te kunnen werken. De moestuinbedden zijn dan weer 2 meter lang en ongeveer 2,3 meter breed. Omdat ik die percelen het liefst als vollegrondsmoestuin wil behandelen, is het handig om wat meer plaats te hebben. Voor onder andere pastinaak, die het liefst wat dieper in de grond groeit.

Ik koos bewust voor enerzijds verhoogde moestuinbakken en anderzijds verhoogde moestuinbedden

Al een maand zaaikoorts

Ik ben inmiddels al een maand bezig met het zaaien van de eerste gewassen. Eind januari zaaide ik de pepers en paprika’s, begin februari een aantal nieuwe auberginerassen en vanaf nu is het de beurt aan de tomaten. Tomaten zaai ik doorgaans vanaf maart, vroeger starten heeft geen zin. In de serre heb ik de eerste erwten klaarstaan om buiten geplant te worden, samen met de immer vrolijke tuinboon (ik houd zo van die bloemen). Ik heb net radijsjes gezaaid en ga deze maand nog aan de slag met de zomerwortelen. Wonderbaarlijk hoeveel kleuren die kunnen hebben.

Aardappelen telen

Het succes van de teelt van een aardappel is afhankelijk van het weer. Hoe natter de zomer, hoe sneller de knollen rot worden en schimmels krijgen. Om dergelijke aantastingen te voorkomen, is het belangrijk om vroege variëteiten te selecteren. Hoe vroeger de aardappelen rijp zijn, hoe minder kans er is op schimmels; omdat er op dat ogenblik nog geen schimmels in de lucht zitten. Aardappelen laat je voorkiemen, voor je ze in de grond stopt. Je doet dat door ze een paar weken op een lichtrijke plek te leggen, waar de temperatuur gemiddeld 15 tot 18 °C is.

Leg de plantaardappeltjes in een eierdoos en wacht geduldig tot de eerste scheuten tevoorschijn komen. Breng de temperatuur dan een paar dagen terug tot 12-15 °C en plant ze daarna in de moestuin. Bescherm de jonge aardappelen wel tegen eventuele nachtvorst. De jonge scheuten zijn vorstgevoelig.

Zaaiklare moestuin

De moestuin komt uit een lange winterslaap. Als je dit jaar wil oogsten, dan is het belangrijk om hem zaaiklaar te maken. Haal alle bladeren weg en maak de grond los met een woelvork. Voor zware kleigronden kan een spade noodzakelijk zijn, bij lichtere gronden kan het ook zonder. Laat een flinke portie compost aanrukken en meng goed onder. Hark alle grote aardkluiten fijn en verdeel de aarde oppervlakkig tot je een egaal stukje hebt.

Tijd voor plantuitjes

Maart is het uitgelezen moment om uien te planten. Selecteer gezond plantgoed, dat stevig is en een mooie kleur heeft, en plant het een voor een in de grond. Stop de uitjes zo diep als ze groot zijn, zodat ze net onder de grond komen te zitten. Zet ze gemiddeld 10 centimeter van elkaar en geef ze water. Uien groeien het liefst op een onbemeste grond, die wel verrijkt mag zijn met compost, maar geen grote hoeveelheden voeding mag bevatten.

Aardbeien planten

Aardbeien worden doorgaans in augustus geplant. Maar ben je net als ik pas begonnen met een moestuin, dan kun je ook nu nog aan de slag. In het voorjaar worden zogenaamde geforceerde planten aangeboden, aardbeien die een koude periode achter de rug hebben en hetzelfde jaar nog vruchten zullen geven. Je plant aardbeien in een goed doorlaatbare bodem, aan stilstaand water heeft de plant een hekel. Ze groeien ook prima in een pot.

Vroege vogels

Erwten en tuinbonen zijn rasechte voorjaarsgroenten. Je zaait ze vanaf eind februari en maart en je oogst ze al vanaf mei en juni. De zaden laat je een nacht voorweken in water om ze de dag nadien te kunnen zaaien. De zaadhuid wordt dan week en de zaden kiemen uiteindelijk sneller. Je stopt de zaden 1 tot 2 centimeter diep in de grond, je maakt de grond opnieuw dicht en je geeft water met een kleine gieter. Bescherm ze met een net of gaas.