Remi De Smet uit Zwijnaarde bracht met Diede van den Heuvel uit Someren het duet ‘Nog Even’ uit

Remi De Smet bracht een duet uit met Diede. © PADI
Patrick Depypere
Patrick Depypere Medewerker KW

Niet enkel de ‘K2 zoekt K3-finalisten’ Amy en Luca, en Ziggy en Chelester, maar ook Diede en Remi brachten een duet uit en dit maar enkele weken na de slotshow van ‘K2 zkt K3’. Remi De Smet uit Zwijnaarde heeft het superdruk met allerlei projecten, maar ook de charmante Diede uit Someren (Nederland) is een bezige muzikale bij. Tijdens de opnames van ‘K2 zoekt K3’ hadden ze veel tijd om met elkaar te praten en om al plannen te maken van zodra hun succesvolle avontuur bij K3 voorbij zou zijn.

Remi (20) en Diede (21) hadden heel vlug door dat ze het goed met elkaar konden vinden. In ‘Nog Even’ vertellen ze een pakkend verhaal dat – in alle opzichten – brandend actueel is en de luisteraars meeneemt naar een wereld waarin alle hedendaagse zorgen van de baan zijn. Een wereld waarin de volledige vrijheid steeds dichterbij komt. Iets wat – na een periode van onzekerheid en ook oorlog, verdriet en pijn – een zeer mooie boodschap is. We spraken met Remi af ten huize in Zwijnaarde voor een babbel over natuurlijk zijn carrière, zijn toekomst, zijn vriendschap met Diede. Blijft het bij één duet of worden ze ooit de nieuwe ‘Nicole & Hugo’?

Ik kwam je al vaak tegen in de showbizzwereld. Hoe is het voor je allemaal begonnen?

Remi: “Het is exact tien jaar geleden dat ik in ‘Robin Hood’ meespeelde. Op mijn negen jaar deed ik daarvoor een auditie. Mijn mama zag dat op Studio 100-TV. Ik was twee jaar te jong, ging toch naar die auditie en kreeg die rol toegewezen. Ik leerde daar veel mensen kennen en leerde hoe het is om in een professionele productie te staan. Daar ontstond de interesse om daarin verder te doen. Dat is wat ik wilde doen.”

Waarom die interesse in de showbizz- en/of musicalwereld? Waren je ouders daar gelukkig mee?

Remi: “Mijn mama heeft dat altijd hard ondersteund. Ik was altijd bezig met showtjes op te voeren. Ik verkleedde mij in Kabouter Plop, Piet Piraat… Mijn nonkel maakte decorsstukken. Ik nodigde mensen uit om hier in de zetel naar mijn uitvoering te komen kijken. Mijn familie had vlug door dat dit iets was. Zij hebben mij daarin altijd goed ondersteund. Ze brachten mij waar ik moest zijn en regelden wat er moest worden geregeld. Ze bemerkten dat ik mij gelukkig voelde in die wereld. In de genen van mijn mama zit het muzikale en het dansen, maar bij mezelf groeide dat spontaan. Na ‘Robin Hood’ deed ik mee aan ‘Ben X’ en in 2014 in de grote musical ’14-18’. Dat was met heel bekende mensen, zoals Jelle Cleymans, Free Souffriau, Peter Vande Velde, enz. Dat was bijna hetzelfde team van ‘Robin Hood’. Zij vonden het leuk dat ik terug was. In 2015 deed ik mee aan ‘Wickie de Viking’? Ik kreeg een titelrol zonder auditie te doen, dat was een droomrol. Pas dan leerden de mensen mij echt kennen.”

Blijkbaar gaat dat allemaal bij je gemakkelijk, terwijl anderen er meer moeten voor knokken.

Remi: “Gemakkelijk was het zeker niet, maar ik wist heel vlug wat ik wilde doen. Ik heb al mijn aandacht en pijlen daarop gericht. Het begon uit enthousiasme, maar mama investeerde veel in zangles, dansles, acteren, enz. Ik heb dus hard gewerkt om er te geraken. Ik werkte ook bij de dansschool van Studio 100. Als je iets graag doet, dan kom je er wel, wees maar gerust. Ik schrijf ook zelf voorstellingen, indien mijn agenda het toelaat. Ik investeer, organiseer en blijf bezig, want ik doe het graag.”

Sinds wanneer denk je: ’t begint te lukken, ’t gaat vooruit of blijft het iedere dag knokken om toch ergens te geraken?

Remi: “Ik stond daar nog nooit bij stil van ‘ik moet vooruit’. Ieder project zag ik als een afzonderlijk iets, zoals een voetballer iedere voetbalwedstrijd zijn best doet. Ook ik werk met zo’n ingesteldheid. Op een bepaald moment word je echter 18 jaar en moet je gaan studeren. Wat zou ik doen? Eigenlijk ging dat ook vlug en besloot ik musical te studeren in Fontys in Tilburg. Ik deed daar een ingangsexamen, slaagde en dus zit ik daar tijdens de week op school om binnen enkele jaren daar af te studeren en acteur te worden. Dit wordt écht mijn job.”

En dan kwam ‘K2 zoekt K3’ én bleef je maar scoren én scoren. Had je dat gedacht dat je zover zou geraken?

Remi: “Op het moment dat je je inschrijft, weet je dat niet. Ik wist dat jongens waren toegelaten, dan moet dat dus wel interessant kunnen zijn. Wat K3 doet, is met mijn passie een droomjob. Die doen zoveel, zo’n interessante job en ik had niets te verliezen. Uiteindelijk zat ik in de halve finale. Dat was voor mezelf al een mooi parcours dat ik had afgelegd. Daar stond er dan zoveel knap volk met zoveel meisjes die heel goed konden zingen, en er keigoed uitzien. Maar we stonden daar met enkele jongens, die het ook konden worden. Het is voor mezelf een enorme ervaring geweest. Ga ik nu naar een K3-show kijken, dan bemerk ik dat er meer jongens in de zaal zitten. Dat kan best zijn omdat wij met enkele jongens ver zijn geraakt en dat die jongens nu gewoon ook naar K3 durven gaan kijken.”

Maar uiteindelijk kozen Marthe en Hanne toch voor een vrouw?

Remi: “Uiteraard is dat spijtig. Maar ik ging naar die show kijken en Julia past er perfect bij. Julia is een ander type dan Klaasje, maar als ik zie wat die drie brengen na een beperkt aantal maanden dan is het precies of die drie nog nooit zonder elkaar hebben opgetreden. Dit is écht K3. Niemand van ons kan dat invullen, terwijl wij dat wél goed deden. Maar Julia ademt die passie voor die muziekgroep uit. Ze danst keigoed, is spontaan met de kinderen, krijgt die muziek goed gezongen, ze ademt écht K3 uit.”

Hoe sterk is je populariteit gestegen sinds je deelnam aan ‘K2 zoekt K3’?

Remi: “Dat is iets wat ik toch heb onderschat. Ik dacht: ik schrijf mij in voor een programma en dan sta je plots in de top 12, top 10, dan top 5. Dan voel je dat mensen je beginnen aankijken. Ik sta nu in de ‘Samson & Gert-show’. Kom ik op de parking toe, dan komen de mensen ook naar mij voor een foto én dat vind ik wel leuk. Maar ik doe het daarvoor niet. Ik droomde vooral om die job van K3 te doen. Maar het blijft leuk vast te stellen dat de mensen ook nu nog waardering hebben voor wat ik doe.”

Opende dat programma voor jezelf ook nieuwe deuren?

Remi: “Zeker en vast! Zonder K3 had ik nooit een single opgenomen. Ik was nooit in contact gekomen of toch niet zo snel met die muzikale wereld. Ik leerde Diede kennen en zij leerde mij kennen. We zagen een gepast duo in elkaar. Zonder ‘KZ zoekt K3’ was dat niet mogelijk. Ik had wel al mijn pad gevonden, maar het is tof als je een soort van fanbase hebt en dat je bemerkt dat het aantal fans blijft groeien, dankzij dat tv-programma.”

Heb je ook gedacht dat je misschien kon winnen?

Remi: “Och, dat winnen, ik heb dat nooit gezegd of eraan gedacht, maar ik dacht wel dat het misschien een jongen kon worden. Op de bootcamp waren ze laaiend enthousiast over de jongens. Tijdens de liveshows voelde ik echter wel aan dat het publiek liever een meisje had en dat Studio 100 ook die kaart zou trekken. Of het Luca, Dirk of ik zou worden, daar heb ik nooit aan gedacht. Enkel heb ik lang gedacht dat het misschien wel een jongen kon worden, maar uiteindelijk werd het toch een meisje.”

Wat heb je vooral geleerd uit dat programma?

Remi: “Ik leerde vooral: wat je ook doet, je moet dat met volle overgave doen, ongeacht wat de mensen van je denken. De jury kan hard zijn, maar ik amuseerde mij op het podium, bij iedere act die ik deed. Doe dus wat je graag doet, en wat de andere mensen denken: denk daar niet aan. Doe gewoon je eigen ding. Ik amuseerde mij keihard op dat podium en dat is belangrijk.”

Hoe zat het met de sociale media? Werd je in de grond geboord of viel dat mee?

Remi: “Daar had ik toch wat schrik van, maar bij mij viel dat toch heel goed mee. Vooraf had ik daar wel aan gedacht. Maar wat je doet: iedereen schrijft wel iets negatief. Ik werd van iedereen gespaard. Ik moest mij tijdens dat programma nooit druk maken over zoiets. Integendeel, ik kreeg op twitter veel steunbetuigingen. Dat deed mij deugd. Dat komt misschien omdat de mensen mij telkens bezig zagen als een enthousiast persoon.”

Je leerde daar Diede kennen, maar die woont niet bij de deur?

Remi: “Neen, zij is van Someren in Nederland, ik woon in Zwijnaarde bij Gent. Diede en ik kwamen niet op ’t zelfde moment in de wedstrijd. Ik was er al en mocht op die felbeheerde stoel één zitten. Diede kwam en ik vloog op stoel twee. We bleven voortdurend tijdens die lange opnames op stoel één en twee zitten. Er moesten er nog veel passeren, maar niemand kon ons nog van de stoelen krijgen. We begonnen te praten en veel te vertellen. Vanaf toen spraken we over een samenwerking. Ik lag er dan uit, één week later Diede. Tijdens het productiefeestje ben ik naar Diede gestapt en vroeg ik om samen te werken. We gingen naar een studio om te checken of onze stemmen wel bij elkaar pasten. Daarna zijn we – samen met Jérémie Vrielynck – begonnen met het schrijven van een nummer.”

En wat dacht je Remi, met een schoon vrouwke aan mijn zijde kan het misschien nog vlugger lukken?

Remi: “Als je iets samen doet, dan kan het altijd beter. Diede begreep mij en omgekeerd. We hebben ook dezelfde muzieksmaak. Het is leuk van een lied te maken in de eigen stijl en waar we zelf graag naar luisteren. Je moet je laten omringen door de juiste mensen. Diede was de vrouw waarvan ik dan dacht: ik wil heel lang met haar in de studio zitten, ik wil heel lang met haar naar optredens gaan. We zien wel wat die eerste single brengt, zonder te bepalen van direct een vast duo te worden. Ons doel was: ons amuseren en bezig zijn met onze passie, én dat is gelukt.”

Waarom werd gekozen voor ‘Nog even’?

Remi: “We wilden een eigen stijl brengen. Welk interessant verhaal kunnen we vertellen? Met dat liedje willen we bereiken dat we de mensen laten kennis maken met een wereld waarin alles weer kan, zoals dansen, vrij zijn, zingen.. Of dat nu gaat over de voorbije corona-periode of wat er aan het gebeuren is in Oekraïne… Het is een brede tekst. We probeerden een tekst te schrijven waarin iedereen zich kan herkennen. Maar de mensen geven er dikwijls zelf een eigen visie aan. Op Instagram kreeg ik door dat ons liedje iemand hielp om liefdesverdriet te verwerken. In feite is dat liedje niet zo gemaakt, maar als dat helpt, dan is dat zoveel te beter. Het is heel cool om te zien hoe mensen een eigen interpretatie van de tekst maken en dat het zo breed wordt omvat. Sinds het uit is, is het een brede tekst en geeft het veel mensen steun om door te gaan. Dat is onze bedoeling.”

Jij speelt piano, een extra troef in muziekland?

Remi: “Qua muziekschool leerde ik gitaar, maar tijdens mijn opleiding is het handig om piano te kunnen spelen. Het is zo handig wanneer je jezelf kan begeleiden en piano kan spelen. Dat leerde ik zelf, aangevuld met privélessen. Het is zo tof om je als zanger zelf te begeleiden. Het is gemakkelijk om liedjes te schrijven als je op een piano kan spelen.”

Hoe moeilijk is een verdere samenwerking, want jullie wonen niet bij elkaar hé!

Remi: “Op zondagavond vertrek ik naar Tilburg tot vrijdagavond. Vanaf Tilburg is het niet zover van Someren, waar Diede woont. Door corona leerden we ook facetimen en dus deden we eveneens zoveel via onze pc. Die familie doet ook zoveel en rijdt met hun dochter rond, ongeacht of het hier in onze provincie is.”

Zal dat duet een eenmalig project zijn?

Remi: “We gaan geen vast duo worden, zoals Clouseau of Nicole & Hugo. Diede heeft heel veel plannen. Ze brengt weldra een solosingle uit. Ik ben bezig met andere projecten, los van Diede. We gaan ons niet verplichten om ieder jaar drie liedjes uit te brengen, enkel als we er zin in hebben. Op dat moment was Diede de perfecte keuze om samen te werken. We kijken wel naar de toekomst. Is er vraag van nog mensen om een liedje te maken, dan zien we wel. Wat ik tof vind? We schreven het samen, zowel Diede, ik als Jérémie. Hij stond open voor onze imput en omgekeerd ook. We leerden veel van elkaar, dat vind ik tof, heel tof zelfs.”

En de toekomst?

Remi: “Op vrijdag 17 april gaan we in première met ‘Olivier’ in Buggenhout. Deze organisatie werkt met enkele professionals en de andere zijn liefhebbers. Ik sta ook in het Pop-Up Theater in Puurs in de Samson & Gert-show. Ik zit daar in de dansgroep. En daarna? Dat is de vraag. Ik zit nog op school, we doen veel producties. Volgend jaar doen we drie voorstellingen, ik ga ook stages volgen binnen een productiehuis. Van zodra ik afgestudeerd ben, zie ik wel waar ik terecht kan. Op school heb ik mijn handen vol. Dat is mijn passie. Ik combineer dat met zaken in het werkveld, dat is keileuk.”

We zijn een West-Vlaams weekblad, ken je de provincie West-Vlaanderen? Een bepaalde band ermee?

Remi: “Onze familie heeft al jaren een appartement in Blankenberge. Vroeger en nu zit ik daar. Als acteur speelde ik al eens in West-Vlaanderen. Ik heb ook enkele vrienden die in West-Vlaanderen wonen.” (PADI)

De single is te downloaden via alle grote streamingsplatforms.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier