Godfried Dejonckheere nam driemaal deel aan de Spelen: “Veel vriendschappen aan overgehouden”

Godfried Dejonckheere met zijn twee Gouden Spikes. © API
Anton Peene Reporter

Eind deze maand starten de Olympische Spelen in de Franse hoofdstad Parijs. De Westhoek telt verschillende ex-olympiërs. Wij zochten hen op en blikken terug naar hun olympische ervaring. Vandaag deel 2: ex-snelwandelaar en drievoudig olympiër Godfried Dejonckheere.

Godfried Dejonckheere heeft een opmerkelijk levensverhaal. Geboren in Roeselare, opgegroeid in Zuid-Afrika tussen Pretoria en het Krugerpark en na zijn studies weer naar België verhuisd om zich in Ploegsteert te vestigen. “Ik sloot me toen aan bij de Kortrijkse atletiekclub en trainde ook vaak in Armentières”, zegt hij. Sinds 23 jaar woont de snelwandelaar in een oase van rust in Hollebeke. “Ik ben er net 27 geworden, maar dan omgekeerd”, lacht Godfried (72), die nog steeds een mondje Afrikaans praat. “Ik ben van 1 juli, dezelfde dag als wereldtopper Carl Lewis.”

Hij begon op zijn 16de met snelwandelen, nadat hij eerder op de piste liep. “In Zuid-Afrika bestaan er verschillende afstanden in het snelwandelen. Ik stam uit een gezin van elf kinderen en veel van ons deden aan atletiek. Het was toen nog de tijd van de apartheid en het land werd geboycot om te mogen deelnemen aan de Spelen. Het was echter mijn droom, maar ik moest dus elders het olympisch minimum halen. Ik trok daarvoor naar Engeland en kon me daar kwalificeren. Zo mocht ik op 24-jarige leeftijd in 1976 naar mijn eerste Spelen in het Canadese Montreal. Het waren de eerste Spelen na die van München, waar er een aanslag was. Er was dus een enorme beveiliging. Ik heb er enorm naar toegeleefd en het is best indrukwekkend om daar tussen 12.000 andere olympiërs te zijn. De Spelen werken verbindend en brengen mensen samen. De hindernissen rond politiek, huidskleur of religie vallen weg op de Spelen. Je bent er één grote familie en dat maakt het zo mooi.”

Olympische gedachte

Godfried eindigde in Montreal als 24ste op de 20 kilometer. “De olympische gedachte ‘deelnemen is belangrijker dan winnen’ draag ik hoog in het vaandel. Op de Spelen geraken is al keihard werken. Je moet weten dat ik meer dan 30 jaar aan een stuk tot wel 5.500 kilometer op jaarbasis trainde. Ik ben dus wel enkele keren rond de wereld gedraaid.”

“Ik wil een voorbeeld zijn om jong en oud aan te zetten om te sporten”

Later volgden nog Seoel en Barcelona. “Seoel was fantastisch. De Zuid-Koreanen waren heel vriendelijk en alles was tot in de puntjes georganiseerd. Ook Barcelona was mooi, maar het was toch iets chaotischer. Ik werd daar toen gediskwalificeerd. Een harde noot om te kraken. Snelwandelen is een arbitraire sport en er wordt onder meer op toegezien dat er steeds contact met de grond is. Een vierde deelname kwam er niet, voor Moskou kwam ik iets te kort. Toch ben ik meer dan tevreden met drie deelnames, dat kunnen er niet veel zeggen. Ik heb veel vriendschappen overgehouden aan mijn Spelen. Zo had ik een goed contact met boogschutter Paul Vermeiren, met de judoka’s en de roeiers.”

Gouden Spikes

Godfried werd uiteindelijk 28 keer Belgisch kampioen en hij is nog steeds Belgisch recordhouder op de 30 en 50 kilometer en op de 2 uur. Doorheen zijn carrière ontving hij twee keer de Gouden Spike. In 2004 mocht hij de olympische vlam dragen. Hij bleef steeds fulltime werken. “Collega-snelwandelaars waren vaak wel fulltime atleet. Ik weet nog goed dat ik daags voor het WK in Rome nog aan het werk was en de dag erop tiende werd op de 50 kilometer.”

Godfried Dejonckheere werd 28 keer Belgisch kampioen.
Godfried Dejonckheere werd 28 keer Belgisch kampioen. © repro API

Ook na zijn actieve carrière blijft Godfried in beweging. “Ik wil een voorbeeld zijn om jong en oud aan te zetten tot sporten. Nu is dat vooral fietsen, lopen en wandelen. Ik doe graag mee aan Hollebeke Bruist en de Vierdaagse van de IJzer. Lopen doe ik rond de Palingbeek en soms wandel ik eens naar de Kemmelberg en terug. Zwemmen doe ik niet zo graag, ik ben precies een baksteen in het water.”

Ook de Spelen in Parijs zal hij op de voet volgen. “Ik volg uiteraard de atletiek, maar ook andere sporten zoals hockey en damesbasketbal spreekt me zeker aan. Met Emma Meesseman hebben we een uithangbord. Zij kan ervoor zorgen dat de sport in ons land nog populairder wordt. Ik vergelijk het met Eddy Merckx vroeger. Mede dankzij hem is wielrennen nu zo’n populaire sport in ons land. Ik verwacht goede resultaten in Parijs. Als er snel een medaille gepakt worden, kan dat stimulerend werken voor de rest. Het is nog niet zeker of ik effectief zal afrijzen naar Parijs”, aldus Godfried, die als geen ander beseft hoe belangrijk het is om omringd te zijn door een sterke entourage. “Mijn vrouw Bénédicte Lebbe was de sterke kracht die mijn sportcarrière kleur gegeven heeft.”