Temptation Island

Steven Claerhout
Steven Claerhout Columnist

Steven Claerhout maakt van het ‘huwelijk’ met zijn Dwars door Amerika-kompaan Wouter Deboot een open relatie. Elke week gaat hij op date en brengt hij hier verslag uit. “Ik zoek niks, maar ik sluit ook niets uit”, zo houdt Steven de kans op de ultieme match open.

Ik heb bezoek. Uit Canada. Eugenie woont een weekend bij mij. We leerden elkaar kennen in Indonesië, intussen ruim vijf jaar geleden. Toen ik me daar in de buurt van Yogyakarta aan een fietstochtje waagde, kruiste ze plots mijn pad. Het signaal om de remmen dicht te knijpen en een aantal reistips uit te wisselen. Een kleine week kostte ons dat. Daarna voeren we allebei opnieuw onze eigen koers.

Althans voor een paar dagen. Mijn verjaardag, anderhalve week daarna, leek ons een uitgelezen moment om een eerste reünie in te plannen. Het tropische eilandje Gili Meno was daarvoor de gedroomde locatie. Op een afgelegen strand – veel andere vind je daar niet – genoten we van elkaars verhaal, wijn en wat de oceaan te bieden heeft. Onbekende vis, wanordelijk geschikt op een gigantische plateau. Eugenie was niet meer op de markt, dus wist ik dat het binnenwerken van de vangst van de dag meteen ook het einde van de jacht betekende. Ik had er vrede mee, want al tijdens onze eerste ontmoeting had ze me het bestaan van haar vriendje verklapt. Temptation Island leek me niet haar stijl, dus hield ik me gedeisd, de betoverende setting van mijn verjaardagsdiner ten spijt.

Al tijdens onze eerste ontmoeting had ze me het bestaan van haar vriendje verklapt

Meer dan vijf jaar later zijn we nu. In Gent. Luisterend naar nieuwe verhalen. Eugenie is op doortocht. Ze gaat fietsen in Kirgizië, maar koos eerst voor een laagtestage in ons land. Haar leven bestaat voor de helft uit reizen, de rest uit keihard werken om al die uithuizigheid te kunnen blijven betalen.

Mijn logeerkamer is gratis, al hoop ik dat dít niet de reden is waarom ze even halt hield in België. Ik ben bijna zeker van niet, want de klik van in Indonesië is in geen tijd weer daar. Eugenie wil zelfs mee naar Wielsbeke, op bezoek bij mijn pa. Ze wil zien waar ik opgroeide, en kletsen in haar moedertaal. Het Québécois, een grappige variant van het Frans. Ik word vertederd door de connectie tussen twee mensen met het hart op de juiste plaats. Mijn vader haalt herinneringen op uit zijn Franstalige collegetijd in Moeskroen, terwijl Eugenie zonder de minste inspanning bewijst waarom Canadezen vaak als de vriendelijkste mensen ter wereld worden beschouwd.

Tijdens het naar huis rijden vertelt ze me voor het eerst over haar vriend. Enkel vrienden zijn ze nog. Mijn gratis logeerkamer, straks dient ze weer tot niets.