Hart onder de riem van Stephanie: “Volhouden jongens en meisjes, nog tien maanden geduld”

© KD
Stephanie Rogeau
Stephanie Rogeau Medewerker KW

Geen boeiender ras dan het West-Vlaamse, vindt ook Stephanie Coorevits. De schrijfster, psychologe en televisiemaakster laat zich graag inspireren door de West-Vlamingen en hun gewoontes.

Op het moment dat je dit leest, maken kinderen over het hele land zich op om opnieuw naar school te gaan. Leerkrachten trouwens ook. Mijn mama is er zo een. Hoewel ze een uitstekende onderwijzeres is (dat kan ik niet genoeg benadrukken) moet ik zeggen dat het einde van de grote vakantie niet bepaald grote vreugde bij haar uitlokt. Meer zelfs, op het moment dat ze deze column leest roept ze waarschijnlijk uit: ‘Ja, ja! ‘t Is al goed, we weten het al. De vakantie is gedaan’.

Ikzelf was als kind nogal enthousiast over de start van een nieuw schooljaar. Dat had voornamelijk te maken met het feit dat er een nieuwe boekentas aan te pas kwam, een Parker-pen die nog in het fluwelen doosje zat, vlijmscherp geslepen potloden, maagdelijke cursusblokken en zo’n sneeuwwitte gom bedrukt met zwarte letters, zo nieuw dat de hoekjes scherpe punten vormden.

Elk schooljaar nam ik me voor om deze keer wél eens zorg te dragen voor al die mooie nieuwe spullen. Om wél eens ordelijk te zijn met mijn materiaal en mijn notities. Ik zou elk blaadje perfect in het midden perforeren en de gaatjes vastzetten met van die witte plakringetjes (bestaat daar eigenlijk een officiële naam voor?). Al die moeite zou resulteren in uitstekende resultaten en mijn ouders zouden trots zijn op hun geniale kind.

Fast forward naar twee maanden later wanneer mijn agenda nog maar half aaneenhangt en elke bladzijde bespikkeld is met inktvlekken, mijn notities ofwel in mijn bureau, ofwel in mijn kluisje ofwel onderaan mijn boekentas zitten en hun enige samenhang eruit bestaat dat ze allemaal verfrommeld zijn. En ik voor de zoveelste keer op vrijdagavond inquisitiegewijs aan mijn vader mag uitleggen waarom ik weer maar eens een onvoldoende heb voor wiskunde.

Nu zou ik daarop antwoorden: “Omdat er vermoedelijk sprake is van een significant verschil tussen mijn verbale en performale IQ in het voordeel van het verbale, dat een resultaat is van mijn genetische samenstelling en dus, papa, met andere woorden jóúw schuld is.” Maar toen keek ik alleen maar triest naar beneden, wachtend tot ik naar boven mocht en voort kon lezen in mijn boek, de dagen aftellend naar het weekend, de eerstvolgende vakantie en ten slotte de grote vakantie.

Dus volhouden jongens en meisjes: nog maar tien maandjes geduld!