CT Houtland-Westkust ontvangt gouden label Cycling Vlaanderen

LEKE -- ploegvoorstelling Cycling Team Houtland-Westkust (foto Davy Coghe) © Davy Coghe
Redactie KW

Cycling Team Houtland-Westkust is een van de drie West-Vlaamse clubs die het gouden label voor zijn uitmuntende jeugdwerking mag dragen. “We zetten nog meer in op begeleiding en opvolging van onze renners”, zegt voorzitter Geert Deseure.

“We hebben vorig jaar duidelijk een stap voorwaarts gezet op sportief vlak. Onze prestaties mochten gezien worden. Van miniem tot eliterenner zonder contract speelden we een rol van betekenis. We willen op ons elan doorgaan en onze werking nog optimaliseren.”

We willen nog meer inzetten op begeleiding en opvolging

Opmerkelijk is dat het miniemen- en aspirantenbestand van Cycling Team Houtland-Westkust zowat verdubbeld is. “In die zeven jaar hebben we een hele weg afgelegd. Maar van onze missie als jeugdclub wijken we niet af. Het doet deugd dat we over een stevige basis beschikken.”

“Het succes van Cycling Team Houtland-Westkust valt te verklaren door de visie op lange termijn”, aldus Jan Vancompernolle, die het wielrennen blijft combineren met zijn job aan de zijde van de bondscoach baanwielrennen. “De renners worden hier goed opgevangen, met als gevolg dat er minder uitvallers zijn dan elders. Het gegeven dat Geert en zijn medewerkers het gouden label ontvangen, zegt voldoende.”

Vier provinciale titels

Auke Theuninck, die zich tot provinciaal kampioen veldrijden bij de masters A kroonde, fungeert als clubtrainer. “Eind oktober nam ik al een test af van de nieuwelingen en junioren om te zien waar ze staan. Op basis van die gegevens kon ik een oefenschema op maat van de renners uitstippelen.”

We zetten vorig jaar duidelijk een stap voorwaarts op sportief vlak

“We hopen weer sterk voor de dag te komen”, vervolgt Geert Deseure. “Vorig jaar wonnen onder meer eliterenner zonder contract Joran Vermet (in Oostnieuwkerke in juli, red.) en jeugdrenner Kenneth Verstegen (in Zandvoorde-Zonnebeke in april, red.). Afgelopen winter liep het ook lekker. Niet alleen Auke Theuninck maar ook eliterenner zonder contract Kenny Roelandt en meisjes-aspiranten Linde Jonckheere en Laerke Expeels kroonden zich tot provinciaal kampioen veldrijden. Ook op de weg moet het lukken om weer enkele keren te scoren.”

CT Houtland-Westkust organiseert tijdens de paasvakantie een teamstage in Maaseik. Om maar te zeggen dat de renners van voorzitter Geert Deseure in de watten worden gelegd. (MVH)

Myron Vermet (aspirant uit Koekelare): “Ik moet het van de aanval hebben”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Myron Vermet mikt in zijn tweede seizoen op het podium. “Ik moet beter kunnen doen dan tijdens mijn debuutjaar”, klinkt het overtuigd. “Het gaat goed. Ik was niet ziek en werd ook niet afgeremd door blessures. Op woensdag train ik een beetje. En ook op zaterdag of zondag las ik een oefensessie in. Ik voel me groeien. Vorig jaar lukte het net niet om op het podium te klimmen in Gistel. Ik demarreerde vaak, maar moest het afleggen in de sprint. Ik ben niet al te snel in de laatste rechte lijn. Ik moet het hebben van de aanval. Concurrenten, die op hun sprintsnelheid kunnen rekenen, hebben een voordeel. Maar ik laat het niet aan mijn hart komen. Ik blijf offensief koersen.” Vermet reed de afgelopen maanden ook in het veld. “Ik zag het eerder als een aanloop naar het wegseizoen, maar het ging eigenlijk wel goed. Zowel bij de Landelijke Renners en Crossers (LRC) als Cycling Vlaanderen was een zevende plaats mijn beste resultaat. Op mijn leeftijd is het best mogelijk om beide disciplines te combineren. En om eerlijk te zijn: voorlopig gaat mijn voorkeur eigenlijk naar het veldrijden uit.”

“Ik ben blij dat ik de stap naar het wielrennen heb gezet. Mijn vader Giovanni heeft ook gekoerst. En met broer Joran en zus Saryn heb ik ook nooit anders geweten. Een trainer heb ik niet nodig. Mijn vader heeft voldoende ervaring om schema’s uit te stippelen. Voorlopig ga ik er nog niet te hard tegenaan. Als aspirant moet het speels blijven. Het is pas over een paar jaar dat het begint.”

Troy Timmermans (nieuweling uit Leffinge): “Ik wil gestaag groeien”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Troy Timmermans is pas aan zijn tweede seizoen toe. “Voor mij is het zaak om aan mijn uithouding te werken”, zegt de nieuweling. “Voetbal was niet echt mijn ding. Ik was verdediger bij SK Spermalie, maar was blij toen ik overstapte naar het wielrennen. Ik mocht meteen van thuis mijn kans wagen. Koers heeft me altijd al geïnteresseerd. Ik volgde het wielrennen, ook als toeschouwer. En mijn pa Mark heeft ooit nog in het peloton gezeten. Het is geen vreemde wereld voor ons.”

“Als voetballer had ik een degelijke conditie. Maar wielrennen is natuurlijk een heel andere sport. Het was aanvankelijk even aanpassen, maar ik heb stilaan mijn draai gevonden. Mijn aanloop verloopt vlot. Ik heb al veel duurtrainingen afgewerkt. Door de schema’s van clubtrainer Auke Theuninck (die provinciaal kampioen veldrijden is bij de masters A, red.) kan ik beetje bij beetje sterker worden. Ik kijk echt uit naar mijn eerste wedstrijd van 2019.”

“Ik ben eerder het een sprinter. Ik moet niet specifiek trainen op snelheid. Dat heb ik gewoonweg in mij, maar het is wel nodig dat ik nog meer inhoud kweek. Ik wil gestaag groeien. Van het voorjaar verwacht ik nog niet al te veel. Mijn bedoeling is om tegen de zomerperiode op mijn best te zijn. Soms zal ik wel eens buiten de provincie koersen, maar een klimmer zal ik nooit worden. Ik hoop eens een plaats bij de beste tien te veroveren. En ook op het provinciaal kampioenschap zou ik graag goed voor de dag komen. Die wedstrijd heb ik aangestipt.”

Tjorven Expeels (junior uit Dudzele): “Ik zal leergeld moeten betalen”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Tjorven Expeels heeft definitief de stap naar het wegwielrennen gezet. “Ik doe niet meer aan veldrijden. En de strandraces dienen als opbouw naar het voorjaar.” De allrounder werd derde op het strand van Bredene. “Het is een discipline die me goed ligt en ik doe het graag. Maar ik mag op dat moment van het seizoen ook nog niet te goed in vorm zijn. Het is op de weg dat ik wil presteren.” Een vlekkeloze voorbereiding kende Expeels niet. “Door griep moest ik het twee weken rustig aan doen. Maar geen nood, ik voel me momenteel toch vrij goed. Ik hoop dat ik meteen mijn streng kan trekken. In principe ligt het voorjaar me goed. Ik ben een renner die het van hardrijden moet hebben. Misschien moet ik me ook wel eens degelijk voorbereiden op een tijdrit. In principe zal ik deelnemen aan het provinciaal kampioenschap tijdrijden in Ruddervoorde.”

“Over 2018 was ik tevreden. Ik slaagde erin om de top-tien binnen te duiken. Nu en dan reed ik een grote wedstrijd. Zo stond ik aan de start van de sterk bezette interclub in Bonheiden. Ik haalde de finish. In dat soort opdrachten kan je je grenzen verleggen. Ook dit jaar zal ik een mooi programma kunnen afwerken. Als eerstejaarsjunior wil ik de lat nog niet te hoog leggen. Ik zal nog leergeld moeten betalen. Van de afstand heb ik geen schrik, maar ik besef dat ik enkele koersen nodig zal hebben om er te staan. In 2020 zou ik graag al eens kunnen meedoen voor de zege”, aldus de broer van Laerke.

Brecht Vlerique (aspirant uit Houthulst): “Ik mik op een tweede zege”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Brecht Vlerique zal met ambitie aan de start van het seizoen komen. “Ik zou graag weer een zege meepikken”, zegt hij. “Ik begin aan mijn derde campagne. Vijf keer stond ik al op het podium. Een keertje kon ik zelfs winnen. Hopelijk kan ik de komende maanden op mijn elan doorgaan. Ik amuseer me in het peloton. Intussen heb ik de combinatie met het zwemmen stopgezet. Het werd te druk en te veel. Zwemmen was wel een goede sport om mijn conditie te onderhouden.”

“Tijdens de week spring ik soms voor een uurtje op de fiets. Op woensdag werk ik een training van anderhalf tot twee uur af. Vanuit mijn thuisbasis in Houthulst fiets ik dan naar Slijpe bij Middelkerke, waar mijn grootouders wonen. Op die manier heb ik voldoende kilometers in de benen om competitief te zijn tijdens het weekend. Al van jongs af aan ben ik verzot op wielrennen. En ik ben niet de enige in de familie. Mijn opa fietst veel. En mijn nonkel Kris Jonckheere was destijds een goede renner. We zijn ook veel naar de cross geweest. Met mijn communiecenten heb ik mijn eerste koersfiets gekocht.”

“Ik hoop dat het blijft lukken om school en koers te combineren. Nu zit ik nog in het zesde leerjaar. Er is momenteel zeker nog voldoende tijd om te trainen en te koersen, maar vanaf september zal ik leerling worden aan het VTI van Diksmuide. Hopelijk is er dan nog voldoende ruimte om te leven voor mijn sport. Ik zou graag elk seizoen een stuk beter worden”, aldus nog Brecht.

Kenneth Verstegen (junior uit Beerst): “Knokken in zware koersen”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Kenneth Verstegen wil bevestigen. “Mijn bedoeling is om er in het voorjaar te staan”, vertelt de grote krachtpatser. “Mijn voorbereiding verloopt probleemloos. Ik sta al vrij ver. De wedstrijd in De Klijte-Heuvelland is mijn eerste afspraak. Zonder tegenslagen zou het moeten lukken om daar meteen een rol van betekenis te spelen. Ik heb een voorkeur voor zware koersen, waar het man tegen man is. Ik ben eerder een allrounder. Sprinten is niet mijn specialiteit, temeer omdat ik me niet goed kan positioneren.”

“Over 2018 ben ik zeker tevreden. Ik presteerde regelmatig en was aan het feest in Zandvoorde. Hopelijk kan ik dit seizoen weer eens scoren. Ik voel me alleszins opnieuw heel goed. Op trainingsvlak overdrijf ik nog niet”, vervolgt Kenneth. “Als ik zie wat sommige concurrenten al trainen… Ik wil nog wat groeimarge hebben als ik overstap naar de beloften. Maar ik ben wel gedreven bezig met mijn sport. De oefenschema’s van clubtrainer Auke Theuninck (die provinciaal kampioen veldrijden bij de masters A is, red.) liggen me goed. Ik ben blij dat ik op hem kan terugvallen, want ik kom niet uit een wielermilieu.”

“Dit jaar heb ik mijn basisconditie nog beter verzorgd, met iets meer duurtrainingen. Intussen is het mijn derde seizoen in het peloton. Voordien was ik actief in het voetbal. Via een vriend heb ik de stap gezet naar het wielrennen. Het is een harde sport, maar ik heb nog geen seconde spijt gehad van mijn keuze.”

Flor Cremmery (aspirant uit Klerken): “Ik wil genieten op de fiets”

(foto Davy Coghe)
(foto Davy Coghe)© Davy Coghe

Flor Cremmery is aan zijn tweede seizoen toe. “Ik leg de lat een stukje hoger dan vorig jaar”, klinkt het gedreven. “Ik heb tot nog toe een goede voorbereiding gehad. Ik zat al veel op de fiets. Tijdens de winterperiode heb ik ook aan veldrijden gedaan. Een achtste plaats was mijn beste resultaat. Ik kijk al uit naar het wegseizoen, maar toch doe ik nog het liefst aan veldrijden. Het is via de televisie-uitzendingen dat ik de smaak voor het crossen te pakken heb gekregen. Ik kom niet uit een wielernest, maar thuis is er wel altijd al belangstelling geweest voor het wielrennen en veldrijden. Ik ben blij dat ik nu zelf deel uitmaak van het peloton. Mijn eerste seizoen was een meevaller, op elk vlak.”

“Bedoeling is om beter te doen dan vorig jaar, maar ik staar me niet blind op resultaten. In eerste instantie wil ik genieten op de fiets. Ik ga graag trainen, maar er is jammer genoeg niet altijd veel tijd om op de fiets te springen. Ik volg STEM aan de VTI van Diksmuide. Mijn studie slorpt ook behoorlijk wat tijd en energie op. Het is niet altijd een makkelijke combinatie. Ik doe graag mee aan de groepstrainingen van CT Houtland-Westkust. In principe gaan we twee keer per week de weg op. De oefensessies worden al eens wat langer. We zullen goed voorbereid aan de start van het nieuwe seizoen komen. Intussen weet ik dat ik behoorlijk wat snelheid in de benen heb. Ik ben eerder een sprinterstype, maar het is zaak van zo compleet mogelijk te worden als renner”, besluit Flor.