Klaas Vantornout over het WK: “Duel wordt moeilijk op dit parcours”

© BELGA
© BELGA
Tom Vandenbussche

In januari 2015 kroonde Klaas Vantornout (38) zich in Erpe-Mere voor de tweede keer tot Belgisch kampioen door topfavoriet Wout van Aert te verslaan. Zes jaar later blikt de Torhoutse ex-crosser vooruit op het WK in zijn eigen provincie en de langverwachte clash in het Oostendse zand tussen Van Aert en Mathieu van der Poel. “Het zal moeilijk worden om een groot duel te krijgen, want dat parcours daar is zo zwaar…”

Over Wout van Aert: “Ik dacht dat ik een goeie loper was, maar hij liep me er gewoon af. Puur op de kracht”

In de zomer van 2014 kwam Vantornout voor het eerst in zijn carrière Wout van Aert in competitie tegen. De 19-jarige belofte van Vastgoedservice-Golden Palace was zes maanden ervoor in Hoogerheide wereldkampioen bij de U23 geworden door in het hol van de leeuw Mathieu van der Poel te verslaan en bereidde zich via onder meer de Ronde van Luik op een nieuwe crosscampagne voor. In deze rittenkoers voor beloften en eliterenners zonder contract waarin ook continentale teams mochten starten, nam Van Aert het op tegen zijn collega-crossers van Sunweb-Napoleon Games. Hij won prompt twee ritten en werd eindwinnaar. “Zoiets had ik nog niet gezien”, herinnert Vantornout zich. “Als hij op kop begon te sleuren – of dat nu bergop of op een vlak stuk was – brak het peloton in verschillende stukken uiteen. Hij trapte toen al een vermogen dat tot de verbeelding sprak. Ik kon ook een stukje bergop rijden, maar hij reed gewoon het peloton aan flarden. Toen was het best al indrukwekkend, maar we zijn intussen zes jaar later en hij heeft nog stappen gezet. (grijnst) Als Van Aert nu de Ronde van Luik zou rijden, komt hij elke klim boven met een minuut voorsprong.”

Klaas Vantornout kwam in de laatste vier seizoenen van zijn carrière tegen de jonge Wout van Aert en Mathieu van der Poel uit. Links: het BK in Erpe-Mere in 2015, waar Vantornout won voor Van Aert. Midden boven: het podium van het BK in Erpe-Mere met Tom Meeusen. Midden onder: op het podium van de Hotondcross in 2014 met Mathieu van der Poel en winnaar Sven Nys Rechts: het BK in Oostende in 2017. (foto’s Belga)© BELGA
Klaas Vantornout kwam in de laatste vier seizoenen van zijn carrière tegen de jonge Wout van Aert en Mathieu van der Poel uit. Links: het BK in Erpe-Mere in 2015, waar Vantornout won voor Van Aert. Midden boven: het podium van het BK in Erpe-Mere met Tom Meeusen. Midden onder: op het podium van de Hotondcross in 2014 met Mathieu van der Poel en winnaar Sven Nys Rechts: het BK in Oostende in 2017. (foto’s Belga)© BELGA

Enkele maanden later maakte Vantornout ook kennis met de fenomenale veldrijder Van Aert. “In Kruibeke kwam hij voor de eerste keer bij de elite meedoen. Het was een zware cross en we reden met drie weg: Sven Nys, Wout van Aert en ik. Dat broekventje kwam ons daar meteen ambeteren . Meer zelfs, hij reed in de finale gewoon van ons weg. Je moet weten: iemand als Nys zat toen in zijn topperiode, hé. Het is een moment dat ik me nog altijd zo voor de geest kan halen. Vooral dan de helling die hij omhoog liep. Ik dacht dat ik onder de crossers een goeie loper was. Ik kon er Nys zelfs pijn mee doen. Maar Van Aert liep puur op kracht naar boven. We moesten er zelfs niet aan denken om hem te volgen.”

 © BELGA
© BELGA

Toch was het niet Wout van Aert, maar wel Klaas Vantornout die twee maanden later in Erpe-Mere Belgisch kampioen werd. “Hij was de grote favoriet, maar is toen aan de torenhoge druk ten onder gegaan. Niet zo onlogisch. Hij was nog jong en dan kan het gebeuren dat je eens faalt.”

Over Mathieu van der Poel: “Als ik nog iemand uit de crosswereld hoor, is hij het”

Met Mathieu van der Poel, die nog een jaar jonger dan Van Aert is, vocht Vantornout nooit een rechtstreeks duel uit. “Hij was meteen heel goed en ik presteerde al wat minder. Maar toen hij erbij kwam, wist iedereen dat hij een enorm talent was en tot grootse dingen in staat zou zijn.” Buiten de cross leerde Vantornout Van der Poel wel goed kennen. “We hebben dezelfde interesse: snelle auto’s. Als wij elkaar spraken, ging het zelden over de cross. Ook nu nog. Als ik nog één iemand uit de crosswereld hoor, is het Mathieu. Niet vaak, maar dat is logisch. Zo’n contact verwatert.”

 © BELGA
© BELGA

Vantornout kan beide kemphanen perfect met elkaar vergelijken. “Wout is altijd een keiharde werker geweest. Zijn trainingen voert hij altijd tot in de puntjes uit. Vroeger was dat zo en nu zal dat niet anders zijn. Mathieu is daar stelselmatig in moeten groeien. In zijn beginjaren won hij op zaterdag en zondag een cross, maar zat hij de maandag een hele dag met crossbrommertjes in het bos te spelen. Een normale mens heeft dan zijn rust nodig, maar hij niet. Hij kon niet stilzitten. Nu gaat het er ook bij hem veel professioneler aan toe. Hij woont nu samen met zijn vriendin en zit in een andere fase in zijn leven. Mathieu heeft trouwens nog jarenlang samengewerkt met mijn toenmalige trainer Marc Hemeryck, die via Christoph Roodhooft zijn trainingen kon inzien en bijsturen. Marc heeft zo geregeld advies aan Mathieu gegeven.”

Over het WK-parcours: “Het is zo’n zware cross”

In 2017 was Vantornout erbij op het BK in Oostende. Vier jaar later komt ook het WK naar onze kust. “Wat ik erover kan zeggen? Dat het rampzalig kan uitvallen als je niet goed bent. De passages door het zand zijn echt niet te onderschatten. Ik weet van mezelf dat ik toen niet honderd procent in orde was en herinner me dat je in Oostende dan meteen met de neus op de feiten wordt gedrukt. Ja, het zou mooi zijn als we op het WK een groots duel tussen Van Aert en Van der Poel krijgen, maar dat wordt niet evident. Het is zo’n zware cross. Als de één net iets beter is dan de ander en wegrijdt, dan wordt het voor de verliezende renner heel moeilijk om te blijven strijden. Ik herinner me dat wij op het BK Van Aert na een halve ronde al niet meer konden zien. Wij zaten aan de ene kant van de brug en hij aan de andere kant. Ik kan je verzekeren: het is een lange brug. Daar moet Wout moed uit putten. Hij weet dat hij het op dit parcours kan. Maar Mathieu kan dat natuurlijk ook.”

 © BELGA
© BELGA

We polsen bij Vantornout naar zijn favoriet voor de derde podiumplek. “Maar pas op, ook voor plaatsen één en twee moet er nog altijd gereden worden, hé. Pidcock? Daar geloof ik niet echt in. Ik heb mijn twijfels over zijn kwaliteiten in het zand. Ik tip op Michael Vanthourenhout. Het is niet zijn geliefkoosd parcours, maar Oostende is een conditiecross. En die is er. Dat zagen we al op het BK. Michael heeft een immense kans laten liggen. Van Aert was niet top. Zo’n kans zal hij geen drie keer krijgen. Als je die benen hebt, moet je op een cruciaal punt niet in achtste positie zitten. Iedereen wist dat je daar zou worden opgehouden.”

 © BELGA
© BELGA

Over crossen in coronatijden: “Precies de gevangenis”

Op het BK in Meulebeke was Vantornout te gast in de studio van Karl Vannieuwkerke. “Het was de eerste keer dit seizoen dat ik op een cross was. Ik ben thuisgekomen en heb gezegd: het was precies de gevangenis die ik binnen moest . Ik sprak er ook met Sven Nys. Hij is het al gewoon geworden, maar ik had er een heel raar gevoel bij. Maar het is nu eenmaal zo. We mogen content zijn dat er nog gecrost kan worden. Het WK zal ik op tv volgen. Dat de kijkcijfers er wel bij varen, kan ik goed geloven. Voor het BK waren er ook al meer dan een miljoen kijkers. Dat is goed voor de sport. Ik verwacht dat volgend jaar enkele crossen zullen afhaken, maar voor de rest zal het wel meevallen.”

 © BELGA
© BELGA

“Haal veel voldoening uit kampen met jonge crossertjes”

Drie jaar geleden reed Vantornout de laatste veldrit uit zijn carrière, waarin hij twee Belgische titels veroverde en twee keer op het WK-podium stond. Intussen heeft de Torhoutenaar zich uitstekend aan zijn nieuwe leven aangepast. “Ik ondervind weinig last van corona, ook al is het voor niemand leuk”, vertelt Vantornout. “Mijn gezin is heel graag thuis en ik ook. Daarnaast kan ik ook mijn avondlessen (als fietsmecanicien, red.) voort blijven geven. Alleen de buitenlandse tripjes, die we vroeger wel eens maakten, zijn weggevallen. Dat is zowat het enige wat we missen. Maar ik besef dat veel mensen het heel moeilijk hebben, zeker als je een job hebt in een sector die zwaar geraakt is.”

Vantornout haalt ook veel voldoening uit de kampen en lessen die hij aan jonge veldrijders geeft. “Onlangs nog tijdens de kerstvakantie in Gullegem, met zowel in de voor- als namiddag 25 crossertjes. Drukke dagen, maar ik vind het heel leuk. Of daar potentiële toppers in spe tussen zitten? Er zijn er bij die alles snel oppikken, maar evengoed zitten daar gastjes tussen die moeilijk vorderingen maken, maar wel elke week naar mijn trainingen blijven komen. Dat wil zeggen dat ze het graag doen en dat is nog altijd het belangrijkste.”