Negen West-Vlamingen in Vuelta: “Drie ritzeges zoals in 2016? Zeg nooit nooit”

© BELGA
Tom Vandenbussche

Met negen zijn ze, de West-Vlamingen die aan de start van de 76ste Vuelta staan. Het is al van 1979 geleden dat zoveel provinciegenoten deelnamen aan de Ronde van Spanje. Wij blikken vooruit met Stan Dewulf, Mauri Vansevenant, Bert Van Lerberghe, Harm Vanhoucke, Floris De Tier, Sep Vanmarcke, Jens Keukeleire, Edward Planckaert, Stan Dewulf en Piet Allegaert.

Welke herinneringen hebben jullie aan de Vuelta?

Vanmarcke: “Het was tien jaar geleden mijn eerste grote ronde. We beklommen de Angliru, met voorsprong de lastigste klim die ik ooit omhoogreed. En ik belandde tijdens een afdaling (van de Puerto de Ventana, red.) in de ravijn, omdat de renner voor mij een fout maakte. Die val heeft een invloed gehad op mijn manier van dalen. De renner voor mij vertrouw ik minder dan vroeger.”

© BELGA

Jens Keukeleire: “Voor mij is de editie van 2016 mijn mooiste grote ronde tot nu. Ik won een rit en met mijn ploeg (Orica, red.) leverden we een geweldige prestatie: vier ritzeges en het podium met Esteban Chaves in Madrid.”

Floris De Tier: “Mij blijft vooral mijn eerste Vuelta in 2017 me bij, toen ik in de ploegentijdrit op dag één samen met Steven Kruijswijk en Antwan Tolhoek ten val kwam. Mijn eerste grote ronde en het had meteen voorbij kunnen zijn.”

Stan Dewulf: “Ik reed vorig jaar de Vuelta en ben blij dat ik die editie heb meegemaakt. In het begin van de ronde, die pas eind oktober begon, ging België door de tweede lockdown helemaal op slot, terwijl wij in onze bubbel in Spanje zaten en de mensen thuis konden entertainen.”

Harm Vanhoucke: “Ik was erbij in 2019, maar dat is me niet goed bevallen, al ben ik wel sterker uit mijn eerste grote ronde gekomen. De Vuelta is een heel lastige koers, de lastigste van de drie grote ronden. Als je de warmte niet verdraagt, kan het tegenvallen.”

Floris De Tier: “De Vuelta is een koers die me goed ligt. Vooral in 2018 reed ik enorm sterk. Alleen mocht ik maar twee keer meegaan in een ontsnapping, omdat ik de laatste helper voor kopman Kruijswijk was en in de bergen altijd bij hem moest blijven.”

© Getty Images

Edward Planckaert: “Voor mij wordt het mijn eerste deelname. Ik herinner me wel de editie waarin Gianni Meersman won.”

Bert Van Lerberghe: “Ik weet dat Yves Lampaert hier ook eens de eerste rit heeft gewonnen.”

© BELGA

Mauri Vansevenant: “Ik weet dat Melchor Mauri, de renner naar wie ik genoemd ben, ooit de Vuelta gewonnen heeft.”

Piet Allegaert: (grijnst) “En ik hoorde al vaak verhalen dat de bergen in Spanje wreed steil kunnen zijn.”

Voor de eerste keer sinds 1979 staan er negen West-Vlamingen aan de start. Wat mogen we van jullie verwachten?

Vansevenant: “Het is een mix van ervaren renners en jonge gasten, met vooral klassieke types die in een ontsnapping zullen meegaan en zo een rit kunnen winnen.”

De Tier: “Iedereen heeft de goeie vorm. Edward won een rit in Burgos. En ook Sep was daar goed.”

Vanmarcke: “Voor Edward moet het natuurlijk wel een aankomst zijn die hem perfect ligt.”

Van Lerberghe: “Ik heb ook gezien dat Vanmarcke in orde is. Misschien zal hij in een overgangsrit iets proberen. Dat geldt ook voor Dewulf.”

Vanmarcke: “Voor mij is dat echt wel een doelstelling in deze Vuelta: een rit winnen. Na 2011 reed ik enkel de Tour, maar daar had ik nooit het gevoel dat ik een rit kon winnen. Met de vorm die ik nu heb, kan dat misschien wel.”

Planckaert: “Ik denk dat iedereen in orde zal zijn en zijn werk uitstekend zal doen.”

Keukeleire: “Of we net zoals vijf jaar geleden drie ritten kunnen winnen? Zeg nooit nooit. Het zijn allemaal jongens die kans maken om eens de finale te rijden, renners die getoond hebben dat ze in vorm zijn.”

Stan Dewulf. (foto Team Citroën-AG2R)
Stan Dewulf. (foto Team Citroën-AG2R)

Dewulf: “Zeker in overgangsritten zullen we ons tonen. Keukeleire, Allegaert… Bert zal wel vooral in dienst van Fabio (Jakobsen, red.) moeten rijden. We zullen misschien geen rit winnen, maar we zullen ons toch zeker getoond hebben. En met Harm en Mauri kunnen we zelfs op het terrein van de klimmers uit de voeten.”

De Tier: “De Vuelta is een perfecte koers voor Harm en Mauri. Ik weet niet wat hun verwachtingen zijn, maar ik vermoed dat ze de eerste bergritten zullen afwachten. Voor Mauri wordt het wel pas zijn eerste grote ronde. Hij zal vooral zichzelf ontdekken, maar hij rijdt dit jaar enorm sterk. Ik verwacht wel iets van hem.”

Allegaert: “Mauri zal sowieso zijn eigen kans mogen gaan. Als hij voor het klassement gaat, zie ik hem dicht eindigen. Maar ook als hij op ritzeges mikt, zal hij er niet ver naast zitten.”

© BELGA

Vanhoucke: “Ik denk dat Mauri eerder voor ritwinst zal gaan.”

Van Lerberghe: “Geloof me, hij zou in één of andere etappe wel eens kunnen verrassen.”

Keukeleire: “De Vuelta is een rare koers. Ik kijk altijd geweldig uit naar die wedstrijd. Het is een heel mooie ronde om te rijden.”

Wanneer zullen jullie na afloop tevreden zijn?

Van Lerberghe: “Als we ritten winnen met Fabio (Jakobsen, red.) en ik in de leadout mijn ding heb kunnen doen.”

Allegaert: “Ik krijg mijn kans in de sprints en zou daar goeie resultaten willen behalen, maar ik plak er geen plaats op.”

Planckaert: “Xandro Meurisse gaf me de tip om het dag per dag te bekijken. Ik zal een iets meer dienende rol hebben. Als ik met een goed gevoel kan uitrijden en niet kapot ben, zal ik tevreden zijn.”

De Tier: “Als ik eens dicht bij ritwinst kan komen. Ik zal ook mijn deel van het werk voor Jasper Philipsen moeten doen. Als we met hem een rit winnen, is de Vuelta voor onze ploeg geslaagd.”

© Getty Images

Vanmarcke: “Moeilijk te zeggen. Ik heb mijn doelstellingen in deze Vuelta, maar ik wil ook goed uit deze ronde komen. Het WK en Paris-Roubaix komen er snel aan. Dat mag ik niet vergeten.”

Vanhoucke: “Ik mik op ritwinst. Ik was er al twee keer dichtbij in de Giro en hoop dat de derde keer de goede keer is. Een goed klassement? Misschien, maar we zullen de eerste tien dagen afwachten.”

© BELGA

Dewulf: “Na een moeilijk voorjaar deed die tweede plek in Wallonië deugd. Ik hoop me net als vorig jaar te kunnen tonen en zal tevreden zijn als ik er alles aan gedaan heb om een rit te winnen.”

Keukeleire: “Ik zou graag weer een rit winnen, maar het is nog niet duidelijk wat de plannen van de ploeg zijn. Normaal gaan we niet voor een klassement, maar dat was vorig jaar ook zo en toen hebben we na twee weken toch alles op Hugh Carthy gezet. Ik vermoed dat we met dezelfde instelling zullen starten. In Burgos won Hugh op overtuigende wijze de slotrit. Het is aan hem om te beslissen hoe we het gaan doen.”

Vansevenant: “Voor mij is het te vroeg om voor het klassement te gaan. Het is mijn eerste grote ronde en ik wil afwachten hoe ik die drie weken verteer. Deze Vuelta is een leerschool. Ik zal tevreden zijn als ik gezond en wel Santiago de Compostela bereik. (glimlacht) En als ik daar ben geraakt, zal ik een kaarsje branden.”

Wat kunnen jullie ons vertellen over het parcours?

Vanmarcke: (grijnst) “Ik stel vast dat er misschien maar drie ideale ritten voor mij zijn.”

Vansevenant: “Ik zag dat de eerste vijf ritten meestal relatief vlak zijn en we vaak massasprints zullen krijgen.”

Van Lerberghe: “Er zijn meer kansen dan normaal voor de sprinters. Vijf en misschien zelfs zes, maar al zeker vier. Te beginnen met dag twee. Dat wordt een uitgelezen kans voor onze ploeg.”

Allegaert: “De voorbije jaren waren er hoop en al twee kansen voor de sprinters. Nu zijn dat er misschien zeven. Ik klaag niet.”

Vansevenant: “Maar na dat makkelijkere begin komen er enkele pittige ritjes aan en daar zal ik er eentje van uitkiezen.”

De Tier: “Er zijn wel minder overgangsetappes. Dat is jammer.”

© BELGA

Dewulf: “Het is zeker niet de lastigste Vuelta. Maar dat enkele ritten voor vluchters zoals zo vaak in de Vuelta een aankomst bergop hebben, speelt in mijn nadeel.”

Keukeleire: (glimlacht) “Op zo’n typisch Spaans muurtje. Ideaal voor aanvallers, maar dan moet je wel een sterke klimmer zijn.”

Vanmarcke: “Er zullen redelijk veel sprints zijn voor types als Matthews en Trentin.”

Planckaert: “Ik hoorde dat er enkele etappes met een klim beginnen. Dat wordt gevaarlijk voor een types als ik.”

Keukeleire: “In de Vuelta heb je sowieso nooit vlakke ritten.”

Vanhoucke: “Het valt ook op dat de bergritten verspreid liggen.”

Harm Vanhoucke. (foto Getty)
Harm Vanhoucke. (foto Getty) © Stuart Franklin Getty Images,

Van Lerberghe: “Ik zie enkele heel zware ritten, maar veel hangt af van het weer. Ik kan niet goed tegen de warmte. Hopelijk ondervind ik niet al te veel hinder.”

Keukeleire: “We trekken maar heel kort naar het zuiden, dus de hitte zal minder invloed hebben dan andere jaren.”

Wie wint deze Vuelta?

Planckaert: “Wie ik hoop of wie ik denk? Ik hoop op Enric Mas. Ik vind dat hij dat verdient, maar ik denk dat het Roglic zal worden. Hij heeft een heel sterke ploeg.”

Vanmarcke: (knikt) “En hij zal, na de tweede plaats van Vingegaard in de Tour, willen tonen dat hij nog altijd de klassementskopman van Jumbo-Visma is.”

Sep Vanmarcke. (foto ISUN)
Sep Vanmarcke. (foto ISUN)

Keukeleire: “Roglic start, dus zal hij sowieso dicht eindigen. Als hij niet valt tenminste.”

De Tier: “Ik hoop dat Primoz wint. Ik was twee jaar zijn ploegmaat. Een geweldige kerel en na alle pech in de Tour verdient hij dit. Ik heb veel respect voor hem.”

Allegaert: “Ah, start Pogacar niet? Dan ben ik content. (grijnst) Hij rijdt veel te hard. Dus tip ik op Roglic. Zijn olympische titel heeft zijn seizoen gered, maar na zijn val in de Tour zal hij gemotiveerd zijn om de Vuelta te winnen.”

Dewulf: “Ik was altijd al onder de indruk van de mentale weerbaarheid van Roglic, gekoppeld aan zijn fysiek vermogen. Ik denk dat hij zijn derde Vuelta op rij wint.”

Van Lerberghe: “Hij zal sowieso de te kloppen naam zijn.”

Vanhoucke: “Ik denk dat het iemand van Ineos wordt en zet mijn geld in op Adam Yates. Hij reed nog geen grote ronde. Die frisheid zal een voordeel zijn.”

Mauri Vansevenant. (foto Wout Beel)
Mauri Vansevenant. (foto Wout Beel) © CATHARSIS PRODUCTIONS WB

Vansevenant: (knikt) “Die van Ineos maken een grote kans. Ze zullen op twee pionnen mikken, met Carapaz die vertrouwen heeft na zijn olympisch goud en Bernal die al de Giro won. Maar er zijn nog renners. Misschien kan Hugh Carthy weer dicht eindigen, want vorig jaar was hij ook al goed in de Vuelta. Een verrassing is volgens mij niet uitgesloten.”