Drie jaar geleden reed hij nog rond met de tien jaar oude koersfiets en schoenen van vader Wim. Afgelopen zondag rekende hij in een Toscaanse semiklassieker af met Mollema, Landa, Nibali, Quintana en Valverde. Waar liggen de limieten van Mauri Vansevenant?
November 2014, de Superprestigecross in Ruddervoorde. Terwijl de Brit Daniel Tulett op weg is naar de zege bij de nieuwelingen, zien we de 15-jarige Mauri Vansevenant voorbijrijden. Rudy De Bie heeft het ook gezien. “Mauri is van nature geen crosser. Op de weg zal hij zijn kracht beter kwijt kunnen”, fluistert de bondscoach ons toe. De frêle Torhoutenaar volgt de raad op. In 2017 volgt zijn doorbraak als junior met ritwinst in de Ster van Zuid-Limburg en zijn eerste selectie voor de nationale ploeg. In 2019 wint hij als belofte de prestigieuze Giro della Valle d’Aosta. Patrick Lefevere twijfelt niet en biedt hem een contract bij Deceuninck-Quick-Step aan. Ook zijn debuut op het hoogste niveau gaat niet onopgemerkt voorbij, want in oktober 2020 wint Vansevenant als neoprof bijna de Waalse Pijl. Dit jaar presteert hij nog beter. In de Tour de la Provence speelt hij meesterknecht voor Julian Alaphilippe en in de Gran Premio Industria & Artigianato laat hij wereldtoppers als Mollema, Landa, Quintana, Valverde en Nibali achter zich. Rijst de vraag: waar liggen de limieten van Vansevenant?
“Mauri is goed uit de winter gekomen”, vertelt Tom Steels, niet alleen zijn ploegleider bij Deceuninck-Quick-Step maar sinds vorige zomer ook zijn trainer. “Hij is uitstekend met zijn vak bezig en beseft dat hij, als dat type renner, nog eerst zal moeten doorgroeien. Het is één van onze talenten binnen de ploeg. Wat ik vorig jaar van hem heb gezien in een waaierkoers als Brugge-De Panne, nochtans niet zijn favoriete terrein, typeert Mauri: het is een vechter.”
Dat is ook wat Youri Bultynck, die hem als junior onder zijn hoede had bij Spider King-EFC-L&R-Trek, onthouden heeft. “In de Alpenklassieker, begin juni, reed hij alleen voorop, maar brak hij bij een val zijn nekwervels en had hij evengoed dood kunnen zijn. Toch begon hij erna meteen weer te trainen. Met een damesfiets. Iemand moest dan voorop rijden om te kijken of er geen verkeer op komst was, want hij kon nog niet naar links of rechts kijken. Dat is Mauri Vansevenant ten voeten uit. Hij zei: ik wil klaar zijn tegen de Route des Géants . Die koers vond eind augustus plaats…”
Een sprinter
Opvallend: in Larciano maakte Vansevenant het af in de sprint, niet zijn favoriete onderdeel. “Ik wist al dat hij na een lastige koers kan sprinten”, zegt Carlo Bomans, die Vansevenant als bondscoach van de junioren in 2017 naar de Tour des Pays de Vaud en de Alpenklassieker meenam. “In Zwitserland eindigde hij, in zijn eerste koers ooit in de bergen, meteen twee keer op het podium. Ook op die manier. Na een zware koers kan hij heel vinnig uit de hoek komen. En dat voor iemand die meer tussen zijn schapen dan op zijn fiets zit. Het is indrukwekkend.” Ook Sven Vanthourenhout, bondscoach van de Belgische profs en beloften, is onder de indruk. “Mauri zegt van zichzelf dat hij niet rap is, maar hij klopte al die toppers wel in een sprint bergop. Hij doet voortdurend dingen waarvan we niet wisten dat hij het kon.”
Ook Vanthourenhout, die nog samen met vader Wim in het peloton rondreed, kent Vansevenant al enkele jaren. “In augustus 2018 moest Kevin De Weert, toen bondscoach van de elite en beloften, naar het EK in Glasgow en dus vroeg hij mij of ik met de beloften op stage kon gaan. Mauri is in Beernem in mijn auto gestapt en samen met mij naar de Vogezen gereden. Dat alleen al was een reis op zich. Ik was verbouwereerd. Die nuchterheid. Ik wist niet dat er iemand van die leeftijd – Mauri was toen 19 – nog zo in het leven stond.”
Winst in Aosta
In 2018 en 2019 reed Vansevenant als belofte bij EFC-L&R-Vulsteke, de ploeg van Wim Feys en Michel Pollentier. “Welke fiets of welk materiaal je hem ook gaf, het was altijd goed”, vertelt Pollentier. “Dat hij in Aosta met vijf minuten voorsprong won, zegt genoeg. Zonder tegenslag – in een van de ritten reed hij lek en moest hij op zijn reservefiets verder – had hij nog vijf minuten meer voorsprong gehad. Mauri is een klimmer, maar hij kan meer dan dat. Ik hoorde Adrie van der Poel vorige week in Extra Time Koers zeggen dat tijdrijden zijn zwakke punt is, maar daar ben ik nog niet zo zeker van. Mauri zal ons nog vaak verbazen.”
Door West-Vlaanderen eindelijk weer op de kaart te zetten in de Tour, Giro en/of Vuelta? Oorspronkelijk was Vansevenant dit jaar nog niet voor een grote ronde voorzien, maar door zijn recente prestaties lijkt Deceuninck-Quick-Step geneigd hem in de Vuelta te laten starten. “Met jonge renners kijken we altijd hoe ze evolueren”, legt Steels uit. “Normaal is dit nog een jaar te vroeg, maar alles hangt af van zijn evolutie. Als hij al een grote ronde rijdt, zullen we het dag per dag bekijken.” Ook Vanthourenhout tempert de druk. “Mauri moet in eerste instantie genieten en nog twee tot vier jaar zichzelf verder leren ontdekken. Hij zit daarvoor in de perfecte ploeg en heeft de juiste omkadering rondom zich.” Pollentier knikt. “Het is een droom van een coureur en met Wim en Vicky heeft hij een droom van een vader en een droom van een moeder.” Met zijn zege in de Giro van 1977 is Pollentier nog altijd de laatste West-Vlaamse eindwinnaar van een grote ronde. “Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik denk dat we in West-Vlaanderen een opvolger gevonden hebben.”
Ploegmaat Evenepoel
Met Remco Evenepoel als ploegmaat is de kans wel niet onbestaande dat Vansevenant de komende jaren vaak in dienst zal moeten rijden. “Ik zou het daar moeilijk mee hebben”, zegt Bomans. “Mauri zal dat met veel plezier doen, maar op die leeftijd moet je niet knechten. Oké, in de finale zoals hij op de Ventoux voor Alaphilippe deed, dat wel. Maar laat hem vooral zolang mogelijk meegaan. Pas dan zal hij echt veel bijleren.” Bultynck: “Ik denk dat we Evenepoel met zijn tijdrit als ronderenner hoger mogen inschatten. Maar Mauri zal zeker ritten in grote rondes winnen. Hij kan bergop heel lang heel hoge wattages trappen. Eerlijk? Ik denk dat Evenepoel zich door de recente prestaties van Mauri niet op zijn gemak zal voelen.”
Vanthourenhout geeft aan al twee jaar fan te zijn. “Vooral door de manier waarop Mauri omgaat met zijn hobby. Zijn hobby, hé. Ik denk niet dat Mauri vandaag beseft in welke positie hij zit. Toen hij vorig jaar na de Waalse Pijl zei dat ze hem zonder die val niet meer hadden teruggepakt, zaten er velen te lachen. Maar nu bewijst hij dat hij op de Muur van Hoei wel degelijk had kunnen winnen. Dat was ook het geval geweest als het WK op de weg voor beloften in Martigny had plaatsgevonden. Mauri is voor mij het voorbeeld van hoe het moet: als prof moet je nog de nodige stappen kunnen zetten. Bij velen is dat niet zo.”
Het slotwoord is voor Bultynck. “Die Route des Géants heeft Mauri uiteindelijk ook gereden. Niet met de fiets – daar was het nog te vroeg voor – maar wel in de volgauto. Daar zag je al zijn persoonlijkheid. Hij heeft de hele wedstrijd als een zot zijn ploegmaats aangemoedigd. En dat wordt ook één van zijn sterktes als prof: hij kan om met concurrentie en zal een geliefd renner in het peloton zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier