Plotse dood Joren Touquet (26) schokt West-Vlaamse wielerwereld

Joren Touquet stierf op 26-jarige leeftijd. © VDB
Christophe Lefebvre
Christophe Lefebvre Medewerker KW

Veel te jong, amper 26 jaar. De beloftevolle wielrenner Joren Touquet uit Wevelgem is in de nacht van maandag op dinsdag overleden op vakantie in Tenerife. Het dramatische verlies sloeg in als een bom, zowel in de wielerwereld als ver daarbuiten.

Op vakantie, even uitblazen na een lastige periode. Genieten met zijn ouders en zijn vriendin. Dat was de bedoeling van hun reis naar het Spaanse eiland Tenerife. Het draaide pijnlijk anders uit. In de nacht van maandag op dinsdag overleed de 26-jarige Wevelgemnaar Joren Touquet.

Joren, een eliterenner zonder contract, had al langer last van hartproblemen. Na een koers in zijn thuisgemeente in april voelde hij zich niet zoals gewoonlijk. Oververmoeid, zo klonk het. Te diep geweest tijdens de wedstrijd. Enkele dagen later in Bellegem moest de twintiger al na enkele ronden afhaken en afstappen. Hij voelde zich belabberd, zei hij. Meteen daarna zocht hij medisch advies. Na een hoop tests viel een keihard verdict: Joren moest zijn geliefde fiets aan de kant laten.

Mecanicien

Maar de koers, dat was zijn leven. En dus bleef hij zich inzetten voor zijn ploeg Wielerteam Decock Van Eyck. Niet langer op de fiets, maar ernaast, als gepassioneerd mecanicien. Ondersteund door zijn onverwoestbare, competitieve geest maakte Joren verschillende afspraken met hartspecialisten, in de hoop een behandeling én oplossing voor zijn hartritmestoornissen te vinden. Hij moest en zou opnieuw koersen.

“Zijn makkers in het peloton zijn hun broer kwijt” – Rik Roose, ploegleider wielerteam Decock Van Eyck

Op Tenerife kreeg Jorens verhaal een dramatische wending. Na een fijne vakantiedag sloeg het noodlot ‘s nachts toe. Zijn vriendin probeerde hem nog te reanimeren en ook de hulpdiensten deden wat ze konden, maar hulp kon niet meer baten. Hoewel zijn leven een aaneenschakeling was van persoonlijke successen en professionele overwinningen, bleek het einde genadeloos.

Grondig gescreend

“Het was een vakantie voor de hele familie. Iedereen moest er zijn.” Aan het woord is Jelle Touquet, Jorens twee jaar oudere broer. “Jammer genoeg konden ik en mijn gezin niet mee, daar we binnenkort een kindje verwachten. Ik kan nog altijd niet geloven dat ik mijn broer voor het laatst gezien heb toen ze op reis vertrokken.” Iedereen in de familie kende de gezondheidsproblemen van Joren, maar die bleken voor zijn vertrek niet zorgwekkend. “Er stond een klein ingreep gepland op 3 juli. Dat moest de startpunt worden van een nieuw begin. Natuurlijk heeft hij zich grondig laten checken vooraleer hij op reis vertrok. Telkens kreeg hij te horen dat hij zich geen zorgen moest maken. Reizen was geen enkel probleem. Hij moest zich enkel een beetje rustig houden.”

Ricky Love

Rik Rosse, de ploegleider van Wielerteam Decock Van Eyck, kende Joren vanbinnen en vanbuiten. “Hij was niet alleen en op-en-topsportman, ook sociaal was hij een fenomenaal persoon”, vertelt Rik. “Een echte teamspeler en een graag geziene gast. Joren was rasecht flandrien-materiaal. Zelfs wanneer het niet zo lekker liep, reed hij zich te pletter om zo goed mogelijk te finishen. Toen hij voor ons reed, liet hij zich nooit kennen. Zelfs niet tijdens dat laatste jaar.”

Toch zijn het vooral zijn kwaliteiten buiten de koers die een enorme indruk achterlaten. “Joren was een enorme speelvogel. Wanneer het peloton voorbijvloog en ik instructies gaf, kon je er prat op gaan dat je plots ‘hey, Ricky Love’ kon horen. Dat was typisch iets voor Joren. Ook mijn echtgenote kan ervan meespreken. Zij neemt vaak foto’s van onze renners die we dan op sociale media gebruiken. Ongeacht de fase van de wedstrijd, ongeacht de vermoeidheid of de krampen in de kuiten: Joren zorgde altijd voor memorabele beelden. Een hartje, één of andere gekke move op de fiets… Schitterend! Eerlijk? Het voelt alsof ik mijn eigen zoon heb moeten afstaan. En zijn makkers in het peloton, die zijn hun broer kwijt.”

Wanneer het lichaam van Joren Touquet terugkomt naar België is nog niet bekend. De uitvaart van de Wevelgemnaar vindt in intieme kring plaats.

Elisabeth Vermeersch, Jorens levenspartner, blijft verscheurd van verdriet achter

“We genoten niet alleen van onze vakantie op Tenerife maar ook van elkaar.” Haar tranen kunnen met moeite worden bedwongen wanneer Elisabeth haar verhaal doet. “Joren wilde absoluut de Teide zien, een uitgedoofde vulkaan van waarop je een uniek zicht krijgt op de sterrenhemel. Op maandagavond beklommen we dan ook de vulkaan en ik zag niet alleen de sterren maar ook de fonkel in de ogen van Joren. We keerden rond 01.00 uur ‘s nachts huiswaarts en kropen in bed. Joren had echt een goeie dag en er was helemaal niets dat ook maar een teken gaf dat een er drama stond te gebeuren.”

Die dramatische gebeurtenissen volgden elkaar in een sneltempo op. “Ik weet nog hoe ik, terwijl we in bed lagen, plots moest hoesten. Joren vroeg me nog of ik niet wat hoestsiroop moest hebben. Wat later werd ik opnieuw gewekt, maar dit keer door de bewegingen van Joren zelf. Hij had stuipen en in paniek draaide ik hem om. Ik vroeg hem verschillende malen wat er gaande was, maar hij reageerde niet op mij en ik zag hoe zijn ogen wegdraaiden. Instinctief ben ik gestart met reanimeren, maar ik was volledig over mijn toeren. Ik belde de papa van Joren op, zijn ouders verbleven in hetzelfde hotel en hij kwam me meteen helpen. We legden Joren op de grond en zijn papa reanimeerde verder terwijl ik een ambulance belde. Het duurde eindeloos alvorens de hulpdiensten hier aankwamen en na meer dan een half uur wachten konden zij het overnemen. Meer dan een uur hebben ze alles op alles gezet, maar het mocht helaas niet meer zijn. Hij overleed ter plaatse.”

Over wat nu nog moet gebeuren heerst nog veel verwarring en onduidelijkheid. “We willen Joren zo snel mogelijk naar huis brengen, maar dat is op dit ogenblik niet mogelijk”, zegt Elisabeth. “We willen zijn terugkomst en zijn begrafenis regelen, maar weten op dit ogenblik nagenoeg niks. Ik ga kapot van verdriet, maar ik vrees dat ik pas zal kunnen rouwen eenmaal Joren begraven is. Tot die tijd is het een verhaal van eindeloos wachten.”

Joren was Elisabeth’s rots in de branding en samen werkten ze aan een mooie toekomst. “Eind dit jaar gingen we verhuizen naar onze eigen stek. Ik zag hem doodgraag en hij mij. Ik ga voor eeuwig dankbaar zijn dat hij in mijn leven terecht is gekomen. Mocht ik de klok kunnen terugdraaien, deed ik het zonder aarzelen.”