Pierre Buyse wordt erevoorzitter van De Molenspurters Meulebeke

Het bestuur van De Molenspurters Meulebeke met boven v.l.n.r.: Joseph Watteny, Kurt Vervaeke, Goran Vansteenkiste, Bastiaan Vanveerdeghem, Sven Maertens en Maïkel Van Thournout. Onder v.l.n.r.: Peter Ghillemyn, Pierre Buyse, Peter Derynck en John Derveaux. © foto Coghe
Redactie KW

Wie De Molenspurters Meulebeke zegt, zegtPierre Buyse. De Meulebekenaar mag dan sinds dit jaar geen voorzitter meer zijn, hij blijft wel nauw betrokken bij de werking van zijn geesteskind. “De wielermicrobe zal me nooit meer loslaten”, zegt de erevoorzitter tijdens de ploegvoorstelling.

Pierre Buyse stond in de persmap nog als gewoon lid van Wielerploeg De Molenspurters Meulebeke vermeld, maar daar kwam afgelopen vrijdag al snel verandering in. Het ruim opgekomen publiek verkoos hem unaniem tot de nieuwe erevoorzitter. “Dit doet iets met mij”, zegt Pierre Buyse. “Mijn ploeg is een groot deel van mijn leven. Veertig jaar geleden was ik de grondlegger ervan en gedurende 31 seizoenen ben ik voorzitter geweest. Een taak die veel opofferingen vergde, maar anderzijds kreeg ik er heel veel dankbaarheid voor terug. We hebben ons altijd geconcentreerd op de jeugd. Al die jongens en meisjes konden hier altijd in een familiale omgeving hun wielerdroom opstarten.”

En dat het goed koersen is bij de Meulebeekse club, bewijst de terugkeer van Aäron Vervaeke, de kleinzoon van Pierre Buyse. Ook die andere eliterenner zonder contract Manolito Balcaen keert na een omzwerving terug naar zijn moederclub.

Toppers bij de vleet

Dit jaar telt Wielerploeg De Molenspurters Meulebeke 65 renners in totaal. Met Joran Luyssen uit Adinkerke huist de provinciale nieuwelingenkampioen in de rangen. Juniore Marith Vanhove stapte over naar WV Schijndel uit Nederland. De Izegemse was niet de eerste topper die deel uitmaakte van de Meulebeekse formatie. “In de loop der jaren reden hier heel wat kleppers voor ons team”, vervolgt de erevoorzitter van De Molenspurters. “In de recente geschiedenis was dat Gianni Meersman, die na zijn afgebroken profloopbaan nu ploegleider is bij crossploeg Pauwels Sauzen-Bingoal.”

Pierre Buyse is ook nog steeds betrokken bij een reeks plaatselijke wedstrijden en ook een van de drijvende krachten achter de organisatie van het Belgisch kampioenschap veldrijden van volgend jaar in Meulebeke.

Peter Derynck neemt het voorzitterschap van Pierre Buyse over. “Ik ben pas 39 jaar en besef dan ook maar al te goed dat het een zware taak wordt om ons boegbeeld op te volgen. Gelukkig zal Pierre al zijn ervaring ten dienste blijven stellen van Wielerploeg De Molenspurters Meulebeke”, aldus Peter Derynck.

Joshua Vansteenkiste: “Mijn eerste koersen uitrijden is het voornaamste”

Joshua Vansteenkiste.
Joshua Vansteenkiste.© foto Coghe

De 18-jarige Joshua Vansteenkiste kijkt uit naar zijn beloftendebuut. “Ik werk hard. Intussen zit ik al aan trainingstochten van zowat vier uur”, stipt de Izegemnaar aan. “Mijn opbouw verloopt goed. Ik startte met ritten van 100 kilometer. Elk weekend deed ik er tien tot vijftien kilometer bij. Het is zaak van goed van start te gaan en dan mijn niveau trachten vast te houden. In principe ben ik een man van het voorjaar, ja. In het verleden was ik altijd wat minder goed op dreef tijdens de grote vakantie. Dan is er veel werk in de tuinbouw. Maar op het einde van het seizoen kom ik er dan weer helemaal door.”

“Over 2019 ben ik heel tevreden. In het voorjaar won ik in Westkerke. Ik had er een voorsprong van ruim twee minuten. Even voor halfweg zag ik dat Warre Vangheluwe zich verschool in het peloton. Dat was voor mij het sein om in het offensief te gaan en ik liep steeds verder uit. Wel jammer dat ik in augustus pech kende in de interclub in Ingelmunster. Ik ging ervandoor in de openingsronde, bouwde een voorsprong van bijna een halve minuut uit, maar kwam ten val. Nadat ik mijn stuur had rechtgezet, kon ik wat later weer wegrijden. Nadien deed ik dat nog eens. Het lukte om uit te rijden, maar zonder die schouderblessure had ik een mooi najaar kunnen neerzetten.”

“Een solo opzetten is mijn sterke punt. Als nieuweling reed ik geregeld met de tijdritfiets. Misschien moet ik dat weer gaan doen. In overleg met mijn trainer Rudi Van de Sompel zal ik die optie eens bekijken, maar het voornaamste is dat ik mijn eerste wedstrijden als belofte kan uitrijden.”

Lars De Beul: “Dankzij de operatie heb ik niet langer last van sinusitis”

Lars De Beul.
Lars De Beul.© foto Coghe

De 16-jarige Lars De Beul heeft door een kleine medische ingreep wat trainingsachterstand opgelopen. “Ik zal een maand later dan mijn concurrenten mijn eerste koers rijden”, steekt de eerstejaarsjunior uit Wingene van wal. “Over mijn vorige campagne ben ik niet bijster tevreden. Mijn sinussen speelden telkens weer op. Ik had dus voortdurend last van mijn neus. Door die slijmen kon ik niet mijn hoogste rendement halen. Tijdens de herfstvakantie werd ik geopereerd. Met succes. Ik voel me goed, maar ik hink op trainingsvlak wel nog een beetje achterop. Samen met mijn Oost-Vlaamse trainer André Vergucht leg ik momenteel een stevige basis. Dat ik niet zal koersen in maart, is geen ramp. Het seizoen is nog lang genoeg. Belangrijk is dat ik fysiek helemaal in orde ben bij mijn eerste wedstrijd.”

“Het is mijn derde seizoen in het peloton. Voorheen deed ik aan karate. Via de mountainbike ben ik in de wielersport terechtgekomen. Ik ben eerder een sprinterstype. Vorige winter kwam ik goed tot mijn recht op de piste. Omdat ik vrij laat startte als renner heb ik waarschijnlijk nog een grote progressiemarge. Ik heb het geluk dat ik mijn sport goed kan combineren met mijn studie elektromechanica aan het VTI in Tielt. Het lukt me om voldoende tijd te spenderen aan training en verzorging.”

“Mijn doel is om mijn wedstrijden uit te rijden. Van zodra dat lukt, zal ik de lat beetje bij beetje hoger leggen en trachten op te schuiven in de uitslagen. Ik wil groeien in de loop van het seizoen. De zomerperiode ligt me goed, maar het mag wel niet al te warm worden.”

Emile Taildeman: “Mijn explosiviteit is een troef die ik ten volle moet uitspelen”

Emile Taildeman.
Emile Taildeman.© foto Coghe

De 15-jarige Emile Taildeman laat niets aan het toeval over. “Sinds september werk ik samen met een trainer en ik voel me steeds beter”, zegt de Tieltse tweedejaarsnieuweling. “Mijn wintervoorbereiding verloopt vlot. Het was nodig dat ik het anders aanpakte. Tijdens mijn eerste volledige campagne ging ik op mijn gevoel af. In het begin ging het prima (met een zege in Werken, red.), maar na een val op het provinciaal kampioenschap was ik zowat een maand op de sukkel. Met een mentaal dipje tot gevolg. Nu en dan kon ik nog een mooie uitslag rijden, maar mijn regelmaat was weg. Ik liep te vroeg leeg. Twee, drie weken voor het einde van het seizoen reed ik mijn laatste koers.”

“Ik ken mezelf intussen al een beetje als renner. Een korte hellende strook kan ik goed aan. Ik ben ook redelijk snel. Als we met een groep naar de meet gaan, moet ik bij de beste drie kunnen eindigen. Mijn explosiviteit is een troef die ik ten volle moet uitspelen. Ik ben gemotiveerd, maar het is toch altijd afwachten wat de eerste koersen zullen brengen. Slecht weer schrikt me niet af. Het is meer de hitte waar ik last van heb.”

“Ik heb zeker geen spijt van mijn keuze voor het wielrennen. Destijds was ik voetballer. Ik begon bij VV Tielt, daarna speelde ik drie seizoenen bij FC Poesele. Eigenlijk ben ik al mijn hele leven bezig met fietsen. Ooit betwistte ik een cross bij de miniemen. Dat ik die meteen won, was natuurlijk een stimulans. Wielrennen is een veel lastigere sport. Als voetballer lever je bijna uitsluitend korte inspanningen en kan je herstellen. In de koers is dat toch wel anders”, besluit Emile Taildeman. (MVH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier