Opnieuw ereplaats voor Emiel Vermeulen in zijn Koolskamp?

"Jammer dat al mijn pech zo vlug vergeten wordt", stelt Emiel Vermeulen. (Foto Coghe) © Foto Coghe
Stijn Moerman

Op vrijdag 14 september is Koolskamp weer helemaal in de ban van het wielrennen, want dan vindt er de 103de editie van het Kampioenschap van Vlaanderen plaats. Een hoogdag, zeker voor Emiel Vermeulen, die erop gebrand is om een sterke prestatie voor eigen volk af te leveren.

“Koolskamp Koers is en blijft de max om te rijden”, steekt Emiel Vermeulen (25) van wal. “Ik hoop er alvast beter te doen dan mijn achtste plaats van vorig seizoen. De conditie is goed, al viel dat de voorbije weken niet op in mijn uitslagen, omdat ik in dienst van de ploeg reed. In Kortemark, waar ik uiteindelijk als zevende eindigde, mocht ik niet klagen over de benen. Alleen zat ik gevangen in het tactisch gepoker van Sport Vlaanderen-Baloise. Toen het gat viel, zat ik iets te ver en had ik niet meer de power om de sprong te maken.”

“Het parcours in Koolskamp heeft uiteraard geen geheimen meer voor mij, al zijn er dit jaar wel enkele aanpassingen gebeurd. Zo hebben ze een extra kasseistrook voorzien in Pittem en hebben in de lus voorbij de aankomst ook een kleine wijziging aangebracht. Als het slecht weer is, zouden vooral die kasseien wel eens een rol kunnen spelen. Zoiets zorgt dan immers voor extra nervositeit in het peloton. Maar voor mij maakt het geen verschil. Ik ben er alvast op gebrand om voor eigen volk goed voor de dag te komen en te bewijzen dat ik mijn plaats in het profpeloton verdien.”

Nog iets laten zien

De sympathieke Koolskampnaar heeft immers nog geen nieuw contract beet voor volgend seizoen. Door een aaneenschakeling van valpartijen en ziekte heeft Emiel nog niet helemaal kunnen tonen wat hij in zijn mars heeft. “Na een goede start van het seizoen ben ik inderdaad van het ene in het andere gesukkeld. Toen het eindelijk opnieuw de goede richting uit ging, kreeg ik in Tour de Wallonie af te rekenen met een bacteriële darminfectie, waarvoor ik acht dagen zware antibiotica moest nemen. Het is pas sinds Poitou-Charentes dat ik me opnieuw goed voel. Spijtig dat het opnieuw zo laat op het jaar is. Ik heb hier en daar wel al een mooi resultaat gereden (zo werd Emiel onlangs nog tweede in GP de Pérenchies, red.), maar ik moet van mijn ploeg nog iets meer laten zien om een nieuw contract te krijgen. Spijtig dat al mijn pech zo snel vergeten wordt”, aldus de profrenner van Roubaix Lille Métropole.

“Het parcours in Koolskamp heeft uiteraard geen geheimen meer voor mij”

“Gelukkig volgen er nu nog een hele resem koersen die mij moeten liggen. Dan denk ik aan Koolskamp, Lichtervelde, Eurométropole… Alleen spijtig dat de ploeg al na Parijs-Tours stopt met koersen, waardoor ik daarna alleen nog profkermiskoersen kan rijden. De goesting is er nochtans nog bij mij en de ploegmaats om te koersen. Hopelijk heb ik dit seizoen het geluk ook eens aan mijn zijde en kan ik nog eens een overwinning boeken. Ik ben er de voorbije jaren al een paar keer dicht bij geweest. Het zou toch wringen dat ik na zo’n pechjaar, waarin ik meer op het toilet of bij de tandarts gezeten heb, mijn profcontract zou kwijt spelen. Ik ben nog niet klaar met het wielrennen.”

Trainer

Het zou Emiel alvast van harte gegund zijn, al heeft hij ook meerdere ijzers in het vuur voor na zijn carrière. Zo heeft hij een bachelor lichamelijke opvoeding en bewegingswetenschappen en is hij al actief als trainer. “Voorlopig train ik wel alleen de broers Stockman. Meer is voorlopig niet mogelijk om alles goed te doen. Ik ben ermee begonnen als stage voor school, maar ik wil er later zeker in verder”, aldus Emiel, die zelf getraind wordt door collega Tim Declercq. “Tim is een heel goede trainer. Hij kan perfect inschatten wat een renner nodig heeft. Dat we later samen een bedrijfje kunnen starten? (lacht) We hebben er al eens over gesproken.”