Deze avond werd in de gebouwen van wijnhandel De Clerck in Kortrijk het nieuwe parcours voor Kuurne-Brussel-Kuurne 2020 voorgesteld. Hierbij is vooral aandacht gegaan naar de veiligheid van de renners, zodat moeilijke obstakels in de mate van het mogelijke vermeden worden. Verder wil de organisatie wat af van het ‘sprinterskoers’-idee.
De klassieke ‘heenreis’ langs Wortegem-Petegem wordt vervangen door een zo goed als rechte lijn tot in Oudenaarde, voortdurend over grote wegen. Vanaf daar begint de heuvelzone. De nieuwe omloop mag dan wel twee hellingen minder tellen (nog elf in totaal), we krijgen toch een wedstrijd met 2100 hoogtemeters, zo’n 200 meer dan vorig jaar. Geheel nieuw is de passage in Saint-Sauveur, waar de Mont-Saint-Laurent de renners opwacht. Een eerder onbekende helling, maar dat is geheel onterecht. Vorig jaar was deze nog scherprechter en aankomstplaats in de Triptyque des Monts et Châteaux, waar Jasper Philipsen en Stan Dewulf resp. eindwinst en ritwinst pakten. Beiden zijn intussen prof. Met een maximale helling van 17% en slechte kasseien wordt dit ongetwijfeld een prachtige toevoeging aan het parcours, een echte aanrader voor de kenners.
Ook de ‘terugweg’ is aangepast. Na de Oude Kwaremont en Kluisberg (overigens 20 kilometer dichter naar de aankomst geschoven) gaat het niet terug richting het trio Tiegemberg-Holstraat-Nokereberg, maar wordt er langs golvende wegen langs Moen en Sint-Denijs teruggekeerd. Dat biedt de kans om in Bellegem nog de Beiaard aan te snijden, een hellende kasseistrook die na zo’n wedstrijd toch nog pijn kan doen. De aansluiting op het plaatselijke parcours krijgen we aan de Zwevegemsepoort in Kortrijk. Na de passage aan de aankomstlijn volgt nog één plaatselijke ronde tot de finish in Kuurne, “where legends are born.”
Meer over de koers en de bijhorende nevenactiviteiten lees je vrijdag in de Krant van West-Vlaanderen.
(RRK)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier