Kenny Molly hoopt op een selectie voor het WK

Kenny Molly: "Ik mis misschien een tikkeltje frisheid." © BELGA
Redactie KW

Vanaf augustus krijgen steevast enkele talentvolle beloftes een kans om eens van de profkoersen te proeven. Ook Kenny Molly mag zich dit jaar terug stagiair noemen. Het was al een mooi seizoen voor de Wulvergemnaar en dankzij WB-Aqua Protect-Veranclassic krijgt hij een uitgelezen mogelijkheid om er nog een schitterend einde aan vast te knopen.

Het was een opgewekte Kenny Molly die we maandagavond te horen kregen. De 21-jarige belofte had er net de Arctic Race of Norway opzitten. Een vierdaagse rittenkoers die hij als stagiair bij het procentinentale WB-Aqua Protect-Veranclassic mocht afwerken. “Het was toch behoorlijk lastig”, blaast Kenny. “Een zwaar parcours en het niveau lag er echt wel hoog. Niet moeilijk met mannen die ofwel de Tour gereden hebben of zich aan het klaarstomen zijn voor de Vuelta. De eerste dag ging het nog redelijk, maar daarna was het vooral afzien. Je merkt meteen dat je tussen de profs rijdt. In het begin gaat het al snel en in de finale trappen ze een paar tandjes groter dan de beloften. Neen, een uitslag rijden zat er niet in.”

“Ik zal deze winter hard moeten werken, maar ik heb er veel zin”

Toch is de laatstejaarsbelofte meer dan tevreden met zijn geleverde prestaties. En vooral met de kans die hij gekregen heeft om als stagiair nog enkele profkoersen te kunnen afwerken. “Ik krijg een heel mooi programma voorgeschoteld. Ik mocht al aantreden in La Poly Normande, de Arctic Race, de Veenendaal Classic en vrijdag (vandaag, red.) de Great War Remembrance Race. Een koers met het 1.1-statuut over mijn trainingswegen met de Plugstreets, de Monteberg, de Kemmelberg… Het zal opnieuw een zware dobber worden, maar ik kijk er enorm naar uit. Aan motivatie zal het me alvast niet ontbreken!”

Hopen op WK

De rest van zijn programma ligt nog niet helemaal vast, maar veel beloftekoersen zal Molly niet meer afwerken. Het zal vooral zaak worden om voldoende te rusten tussen de wedstrijden door. “Ik merk dat ik er al een lang seizoen heb opzitten”, bekent de Wulvergemnaar. “Slecht ben ik niet, integendeel, maar ik mis misschien een tikkeltje frisheid. Maar dat zal bij de meeste renners wel zo zijn, dus zorgen maak ik me niet. Ik ben nog steeds gedreven om me te tonen. Bovendien zou ik heel graag naar het WK gaan. Er is nog niks beslist, maar als de bondscoach me nodig heeft, zal ik klaar zijn! En dan offer ik me met plezier op voor één van onze betere klimmers.”

Het zou tevens een primeur zijn, want de talentvolle West-Vlaming werd nog nooit eerder geselecteerd voor een WK. Tot voor dit jaar werd hij zelfs nog geen enkele keer opgeroepen voor de nationale ploeg. Gelukkig kwam daar met de Ronde van België verandering in. “Beter laat dan nooit”, lacht Molly. “Ik ben blij dat Kevin De Weert me dan toch een kans gegeven heeft. In de Baloise Belgium Tour kon ik me eens tonen in de aanval en vervolgens mocht ik ook mee naar de Vredeskoers en het Europees kampioenschap. Het WK zou een mooie bekroning zijn van mijn belofteperiode.”

Naar de profs

En dan is het de bedoeling om in 2019 definitief de stap naar het profpeloton te zetten. Iets concreet is er nog niet, maar de renner van AGO-Aqua Service heeft er wel een goed oog in. “De onderhandelingen lopen nog, maar het gaat de goede kant op. Ik heb daarbij het volste vertrouwen in mijn huidige team. Ik rijd al twee jaar bij de opleidingsploeg en krijg nu als stagiair de mogelijkheid om te tonen dat ik profwaardig ben. Ik weet dat ik deze winter hard zal moeten werken om klaar te zijn, maar ik heb er veel zin in. Het is een harde sport en je moet er veel voor doen en laten, maar het is de mooiste sport ter wereld en daar wil ik heel graag deel van uitmaken”, besluit Molly.

(BVS)