IN BEELD – KW-lezers trotseren hitte en hooggebergte tijdens fietsvakantie in de Dolomieten

Tom Vandenbussche

Van 26 tot 30 juni trok een groep lezers van KW op de fiets door de Dolomieten. Talrijke Passo’s passeerden de revue, even veel zweetparels werden van voorhoofden geveegd. Onze wielerredacteur schreef een verslag over de vijfdaagse in het Noord-Italiaanse hooggebergte.

Dag 1

Na een vlucht van goed anderhalf uur van Charleroi naar Treviso worden we met een bus naar onze verblijfplaats in de Dolomieten gevoerd: Hotel Gran Paradisio, een viersterrenhotel in regio Alta Badia op 1.650 meter hoogte. De ligging is ideaal, want door de hitte die een groot deel van Europa op dit moment in bedwang houdt, kan een beetje afkoeling zeker geen kwaad. Na een broodjeslunch worden we meteen aan onze eerste fietsrit onderworpen: 52 kilometer en 1.300 hoogtemeters, met onderweg twee beklimmingen, de Passo di Campolongo (1.875m) en de Passo di Valparola (2.192m). Op die eerste klim, lang niet de lastigste in deze regio, kreeg Erik Breukink dertig jaar geleden als rozetruidrager in de Giro een ferme klop van de honger. Het kostte hem zelfs de eindzege. Op de tweede beklimming greep een andere Nederlander, Steven Kruijswijk, drie jaar geleden de macht in de Giro, maar ook hij bereikte Milaan niet als winnaar. Door het late vertrekuur zijn de omstandigheden vandaag nog behoorlijk doenbaar, maar het is wel al vlug duidelijk dat we de komende dagen nog serieus rekening met de hitte zullen moeten houden. Na een uitstekend avondmaal zochten de meesten na een lange reisdag op tijd hun slaapkamer op.

Dag 2

Vandaag wacht de eerste van drie lange ritten door het Noord-Italiaanse hooggebergte. Na een afdaling van vijf kilometer trekken we via de Passo di Gardena (2.121m) en de Passo di Sella (2.244m) zuidwaarts naar de Passo di Fedaia (2.061m). Op de top van die laatste klim, aan het prachtige Lago di Fedaia met zicht op het imposante Marmolada-massief, wordt de middaglunch voor de 20 deelnemers voorzien. Iedereen rijdt vanaf de eerste beklimming op zijn eigen tempo. Boven wordt er gewacht en krijgt iedereen de mogelijkheid om zijn drinkbussen bij te vullen en iets te eten. Vanaf de Fedaia gaat het in twee verschillende groepen richting de vierde klim van de dag: de Passo di Campolongo (1.875m) die ditmaal vanuit het zuiden wordt aangedaan. Door de extreme hitte – in de vallei worden vandaag temperaturen tot boven de 40 graden (!) opgemeten – krijgt iedereen het hard te verduren en voor enkelen is de man met de hamer op een bepaald moment niet meer veraf. Na een lange afdaling wacht ook nog de slotklim naar ons hotel op 1.650 meter hoogte. In de blakende zon en dus geen lachertje. Iedereen is dan ook heel gelukkig als de eindmeet bereikt is. Velen kiezen meteen voor een duik in het zwembad, anderen geven de voorkeur zelfs aan een kortstondige passage in het ijsbad. Jawel, we worden verwend in Hotel Gran Paradisio. Na de dagelijks briefing over de rit van daags nadien krijgt iedereen andermaal een uitstekend avondmaal – een echt vijfgangenmenu zowaar – voorgeschoteld.

Dag 3

Goed nieuws vandaag: de hitte is iets draaglijker worden. En dat is nodig, want onze deelnemers krijgen een groot deel van de Dolomietenmarathon, een bekende wedstrijd voor wielertoeristen, voor de wielen geschoven. Via opnieuw de Passo di Gardena (2.121m) en de Passo di Sella (2.244m) gaat het ditmaal over de legendarische Passo di Pordoi (2.239m), waar wijlen Fausto Coppi een van zijn grote nummers opvoerde. Hier krijgt de trage groep – vanaf de eerste col werd vandaag beslist om in twee groepen te rijden – zijn broodjeslunch voorgeschoteld en keert men via de Passo di Campolongo (1.875m) weer huiswaarts na een rit van 70 km met meer dan 2.000 hoogtemeters. De snelle groep trekt via de Colle Santa Lucia (1.484m) naar de hoofdbrok van deze loodzware etappe: de Passo di Giau (2.233m), een beklimming van 9,9 km aan een gemiddeld stijgingspercentage van 9,6 procent. Wat is dit verschrikkelijk afzien! De beloning op de top is echter navenant: een uitstekende broodjeslunch en fenomenale landschappen. Na een opnieuw steile afdaling volgt nog de vijfde tweeduizender van de dag, de Passo di Valparola (2.192m), die we ditmaal vanuit het oosten beklimmen. Iedereen valt nu terug op zijn eigen tempo en voor sommigen is de opeenvolging van zware beklimmingen, in combinatie met de loden hitte van de voorbije dagen, een zware beproeving. De beloning op de top maakt alles goed. De 115 kilometer lange rit met maar liefst 3.500 hoogtemeters wordt afgesloten door een afdaling van negen kilometer naar ons hotel.

Dag 4

Eddy Merckx voerde tijdens zijn rijkgevulde carrière heel wat grote nummers op, maar voor één van zijn indrukwekkendste krachttoeren moeten we teruggaan naar de Giro van 1968, toen De Kannibaal zijn eerste grote ronde won. De basis voor die eindzege legde hij in de Dolomieten door op magistrale wijze de bergrit met aankomst op Tre Cime di Lavaredo te winnen. Vandaag, 51 jaar later, fietsen wij op exact dezelfde wegen als onze landgenoot. Via de Passo di Valparola (2.192m) dalen we af naar Cortina d’Ampezzo, het bekende skioord dat recent samen met Milaan de Olympische Winterspelen van 2026 toegewezen kreeg. De Passo Tre Croci (1.806m) is de tweede en eveneens niet te onderschatten beklimming van de dag, waarna het via het mooie Lago di Misurina richting Rifugio Auronzo gaat, het hoogste punt van deze vijfdaagse fietsreis: 2.357 meter boven zeeniveau. We wisten het al, maar worden in de laatste kilometers met onze neus op de feiten gedrukt: wat een verschrikkelijke klim is die Tre Cime de Lavaredo! Ex-profrenner Peter Farazijn vraagt zich hardop af hoe het voor Merckx moet geweest zijn om deze verschrikking met een kamwiel met 42 tandjes te beklimmen. Vijf kilometer lang loopt deze weg, kronkelend via bergriviertjes door een onherbergzaam landschap, aan een gemiddeld stijgingspercentage van bijna dertien procent, met pieken tot zestien procent. Voor iedereen is het harken om de top te bereiken, maar de beloning is er niet minder om. Niet twijfelen: dit is één van de hoogtepunten van de Dolomieten! We dalen terug af en lunchen aan het idyllische Lago di Misurina. Ditmaal geen knappertige broodjes, wel een pastamaaltijd die door de kok van ons hotel werd bereid. Groep één liet Tre Cime di Lavaredo vandaag overigens links liggen en koos voor een iets langere stop aan het meer. Via een lange, trage afdaling naar Cortina d’Ampezzo moeten we ten slotte nogmaals de Passo di Valparola (2.192m) overwinnen. Blij maar voldaan bereikt iedereen uiteindelijk de aankomst.

Dag 5

De KW-fietsreis zit er alweer op, maar eerst wacht deze ochtend nog één zware beproeving: de Passo delle Erbe (2.004m), een beklimming in twee trappen en met stroken tot 16 procent. Het zijn de laatste loodjes van deze vijfdaagse, maar dat maakt de inspanning er niet minder eenvoudig op. Gelukkig zijn de extreme omstandigheden van de eerste dagen verleden tijd en kan er toch ietwat succesvol naar adem gehapt worden. De helft van de groep kiest echter het zekere voor het onzekere en beklimt in plaats van de Erbe nogmaals de minder lastige Passo di Gardena (2.121m). Bij terugkomst in het hotel worden de fietsen en bagage in de bestelwagen van Flamme Rouge geplaatst, zodat begeleiders Jurgen en Gilbert de lange terugreis naar België kunnen aanvatten. De deelnemers nemen intussen afscheid van Hotel Gran Paradisio met een lunch op het terras. Na een busrit naar de luchthaven van Treviso volgt ‘s avonds de terugvlucht naar Charleroi. De vijfdaagse Dolomietenreis zit er alweer op. Dat het maar vlug 2020 is…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier