Eamon ‘Franck’ Lucas: “West-Vlaanderen zit in mijn bloed”

Eamon Lucas op het Sint-Jansplein in Brugge. "Naar West-Vlaanderen zal ik altijd terugkeren." (foto Tom Brinckman)
Tom Vandenbussche

Elf keer mocht Eamon Lucas (26) dit seizoen al zijn beide handen in de lucht steken bij de eliterenners zonder contract. De extraverte Amerikaan van Team Shifting Gears woont tegenwoordig in Sint-Andries-Brugge en is een verhaal apart. “I am training my balls off, want ik droom nog altijd van een profcarrière.”

Hij is een beetje gek, was ons vooraf ingefluisterd. Lucas Franck Eamon – het was onduidelijk wat zijn precieze voor- en achternaam nu precies wel was – doet zijn reputatie meteen alle eer aan als hij op het afgesproken tijdstip, een bewolkte dinsdagochtend in hartje Brugge, op het toneel verschijnt. “Bijna tien jaar geleden kwam ik voor de eerste keer in België, nu woon ik in Sint-Andries. Eindelijk heb ik de grote stap gezet. Hier, in West-Vlaanderen, hoor ik thuis. Voel ik me thuis. This is my blood.”

Toen ik in het begin aan mensen vroeg of ze mij de weg naar Izegem konden uitleggen, keken ze me aan alsof ik gek was

Hij trekt zijn T-shirt omhoog en toont ons trots een tattoo met de Vlaamse Leeuw. “De mensen in West-Vlaanderen zullen er hun gedacht over hebben, maar het enige dat telt, is wat het voor mij betekent.” Fotograaf Tom vraagt prompt of Lucas Franck Eamon met zijn Leeuw op de foto wil. “Natuurlijk”, knikt de Amerikaan. “Maar dan wel op voorwaarde dat ik straks mag uitleggen waarom ik die tattoo heb laten plaatsen.”

***

Vero Caffè, een knusse koffiebar op het Sint-Jansplein, is het ideale decor voor een interview met de Amerikaanse eliterenner zonder contract, dit seizoen al goed voor elf overwinningen. “Ik leerde deze bar kennen via een Australische vriendin en kom hier meerdere keren per week. Om te werken. Ik ben mijn eigen trainer, maar begeleid ook een tiental andere wielrenners. Het gaat om enkele Amerikanen, twee Nederlanders en sinds kort ook een amateurrenner uit Roeselare.”

Lucas of Franck

Eerst willen we van Lucas Franck Eamon weten wat zijn exacte naam nu precies is. De sympathieke Amerikaan lacht zijn tanden bloot. “Eamon is mijn voornaam, Franck is de familienaam van mijn vader en Lucas de familienaam van mijn moeder. Ik verkies Lucas, maar op mijn identiteitskaart wordt Franck naar voren geschoven. Daarom zeggen de Belgen al tien jaar Franck Eamon tegen mij, maar eigenlijk is het dus Eamon Lucas.” We kunnen een glimlach niet onderdrukken en dat doet Eamon evenmin. Negen jaar en vijf maanden geleden nam hij voor de eerste keer het vliegtuig, landde hij voor de eerste keer op de luchthaven van Zaventem en reed hij voor de eerste keer op de E40 naar West-Vlaanderen. “Ik zal nooit het moment vergeten dat ik op school zat en mijn ploegleider me opbelde om te zeggen dat ik de week erna met de nationale selectie in België zou gaan koersen. Ik was 17 jaar en wilde prof worden. Het voelde aan als een droom die werkelijkheid werd.”

Eamon en zijn ploegmaats werden in Izegem opgevangen door ex-profrenner Noël Dejonckheere. “Die eerste twee weken waren overweldigend. Alles hier leek op elkaar. Verder van vijf kilometer van Izegem raakte ik niet. En toen ik aan mensen vroeg of ze me de weg naar Izegem konden uitleggen, keken ze me aan alsof ik gek was. Waarna bleek dat ik de g niet goed had uitgesproken. De stap van Californië naar Izegem was gigantisch. Een proces. Maar een fantastische ervaring. Wist ik veel dat mijn toekomst hier tien jaar later zou liggen…”

Eamon 'Franck' Lucas:

Privé

26 jaar. Afkomstig uit Pacific Grove, Californië, Verenigde Staten. Woont in Sint-Andries (Brugge). Is vrijgezel.

Carrière

Kwam in april 2010 voor de eerste keer in België koersen met de nationale junioresploeg van de VS. Verbleef jarenlang in Izegem via Noël Dejonckheere. Maakt dit seizoen deel uit van Team Shifting Gears en behaalde in 2019 al 11 overwinningen bij de elite zonder contract.

Op zijn 21ste kon Eamon prof worden. In de Verenigde Staten welteverstaan. “Plots moest ik weer weg uit België, terwijl ik mijn hele leven hier had opgebouwd. De cultuur, de mensen, de ontwikkeling, het koersen hier… Pas toen ik weg was, realiseerde ik me dat West-Vlaanderen in mijn bloed zat. Twee jaar geleden, in juli 2017, viel mijn toenmalige ploeg uiteen en heb ik mijn connecties in West-Vlaanderen aangesproken. In Meulebeke, bij wielrenner Niels Vermeulen. Bij hem en zijn familie had ik in het verleden al eens een tijdje verbleven. Toen ik uit Amerika vertrok, vertelde ik tegen een ploegmaat dat ik in België meteen een koers zou winnen. Twee weken later was het al prijs. In Oostkamp, waar ik van iedereen wegreed.”

Ten Dam & Terpstra

Intussen had Eamon in de Verenigde Staten ook kennisgemaakt met de Nederlandse profrenner Laurens Ten Dam. “Sinds 2016 komt hij geregeld in mijn geboortestreek trainen. We werden trainingspartners en ook vrienden. Laurens is als een tweede vader voor mij. Toen ik in Alkmaar verbleef, ging ik geregeld met hem, Nederlands kampioen Ramon Sinkeldam en Niki Terpstra trainen. Als zij jou vragen, ben je vereerd. Dan ben je iemand. En zo voelde ik me ook. In de winter ging ik met Niki eens in de duinen lopen. Ik zei tegen hem: ik wil mezelf hiermee wel niet kapot trainen. Waarop Niki antwoordde: ik train me elke dag kapot. Toen besefte ik: dit is de reden waarom Niki zo goed is.”

Vorige week was Eamon met zijn Brugs team aan de slag in de Ronde van Tenerife, waar hij een rit won. Eén van zijn ploegmaats was Stefano Museeuw, de zoon van gewezen wielerkampioen Johan die ook van de partij was op het Spaanse eiland. Eamon grijnst. Natuurlijk kent hij zijn klassiekers. “Drie keer de Ronde van Vlaanderen, drie keer Paris-Roubaix, wereldkampioen, winnaar op de Champs Elysées, winnaar van de Wereldbeker… Ik heb vorige week in Tenerife met Johan aan tafel gezeten. We hebben veel gelachen, net zoals het ook met Stefano altijd lachen geblazen is. Mezelf met Johan vergelijken doe ik niet. Ik zal nooit zo goed worden als hem of Niki, maar ik wil wel een bijdrage leveren aan het profwielrennen. Als ik stop met fietsen, zullen de mensen mij herinneren als Lucas Eamon.”

Eamon 'Franck' Lucas:
© Foto Coghe

De Amerikaan blijft anekdotes oprakelen. “Wist je dat Johan, drie dagen voor zijn wereldtitel in Lugano, een training van negen uur deed? Dat kunnen alleen de allergrootsten. They are training their balls off. En dus antwoord ik dat ook als mensen me vragen waarom ik dit jaar zoveel win. Dan zeg ik: I am training my balls off.”

Prof worden

Via Ten Dam kon Eamon in 2018 terecht bij het Nederlandse continentale Delta Cycling Rotterdam. “Een hele aanpassing, want ik had drie jaar criteriums in Amerika gereden. Vooral het laatste koersuur had ik het vaak moeilijk. Maar ik dacht in mezelf: ik moet afzien, want dan word ik de man. En dit jaar is het van dat: I am the man. Oké, in kleinere wedstrijden, maar dat deert me niet. In het West-Vlaamse kermiscircuit moet je drie uur keihard racen. Er zijn geen regels en je vecht enkel voor jezelf. Bij de profs is alles georganiseerder.”

Op mijn 17de heb ik mijn land achter me gelaten om mijn droom te verwezenlijken. Die droom is West-Vlaanderen

Toch droomt Eamon op zijn 26ste nog altijd van een profcarrière in Europa. “Oké, ik ben geen 23 meer, maar 26 is zeker niet te oud. Er zijn contacten met profploegen. Ze hebben me gezegd dat ze binnenkort een beslissing zullen nemen.”

In afwachting daarvan neemt Eamon het leven zoals het komt. In zijn West-Vlaanderen. We vragen hem of hij onze taal intussen al machtig is. Een lange uitleg van zijn dag in goed verstaanbaar Nederlands volgt. “Deze nacht heb ik heel lekker geslapen. Om negen uur is de wekker gegaan. Ik heb brood met pindakaas en Nutella gegeten en een grote koffie met suiker en melk gedronken. Daarna ben ik met de auto naar Brugge gereden voor het interview met Tom en straks moet ik naar de kapper voor mijn haar en naar mijn masseur in Izegem, Ronny Mistiaen. Het is een rustdag, want morgen (woensdag, red.) rijd ik in Wingene een koers met de ploeg.” We knikken bevestigend omwille van zijn gedrevenheid en vragen hem of hij nog vrijgezel is. Eamon lacht. “Ik ben alleszins niet bewust aan het zoeken. I am having fun. Ik geniet van het leven, hier in West-Vlaanderen.”

***

Het einde van het interview nadert en we wijzen de Amerikaan erop dat hij ons nog de betekenis van zijn tattoo moet uitleggen. Eamon knikt enthousiast. “In Amerika klagen renners als ze in de kou moeten trainen, hier fietsen Niki en Laurens zelfs vijf uur door de sneeuw. De mentaliteit in België en Nederland is helemaal anders en daar houd ik van. De koers, mijn vrienden die als familie voor mij zijn, het Belgische bier, de geschiedenis van de streek met de Wereldoorlogen… Naar hier zal ik altijd terugkeren. De vriendschappen die ik in West-Vlaanderen heb opgebouwd, zijn voor eeuwig.”

Eamon 'Franck' Lucas:

Eamon wordt er zowaar zelf emotioneel van. “Op mijn 17de heb ik mijn land achter me gelaten om mijn droom te verwezenlijken. Die droom is West-Vlaanderen. En deze tattoo staat daar symbool voor. Het vertelt over hoe ik momenteel ben en hoe ik in het leven sta. Altijd zal ik een link met West-Vlaanderen hebben.”

“Nog altijd op loopwedstrijd tegen Froome aan het wachten”

Op 7 juni van dit jaar speelde zich in de slotronde van de koers voor beloften en elite zonder contract in Gullegem een bijzonder tafereel af. Eamon Lucas, één van de tien koplopers, kwam ten val en besloot al lopend de resterende 200 meter tot de finish af te leggen. “Die dag wist ik: ik ga winnen, want ik voel me de beste in koers. Maar de slotkilometer was hectisch met smalle straten en twee bochten kort na elkaar. Je moest vooraan zitten. Ik ben een sprinter en durf mijn ellebogen te gebruiken. En ik weeg 86 kg. Je moet al heel veel kracht hebben om mij ten val te brengen. Toch is één andere renner – zijn naam ga ik hier niet noemen, want we zijn geen fan van elkaar – daarin geslaagd. We hadden een minuut voorsprong op het peloton, maar mijn fiets was kapot. En dus dacht ik: I have to run. Zo werd ik nog tiende.”

Leuk weetje: na afloop daagde Eamon prompt Chris Froome, die tijdens de Tour in 2016 was beginnen te lopen op de Mont Ventoux, uit om een wedstrijdje te lopen. De Amerikaan kan een brede grijns niet onderdrukken als we ernaar vragen. “Jammer genoeg heeft Chris nog niet tegen mij willen racen. Ik ben nog altijd op die loopwedstrijd tegen hem aan het wachten.”