Christophe Sercu: “Zesdaagse van Gent zal dit wel overleven”

© belga
Tom Vandenbussche

Geen Lotto Zesdaagse Vlaanderen-Gent deze week. De 80ste (!) editie moest door corona naar 2021 worden doorgeschoven. Dat is ook voor wedstrijddirecteur Christophe Sercu (50) wennen. Ditmaal geen korte nachten in ‘t Kuipke, wel bureauwerk overdag in Waregem. In de service course van Sport Vlaanderen-Baloise maakt de Izegemse teammanager van het procontinentale opleidingsteam zich op voor 2021. “Laat ons duimen voor een coronavrij seizoen”, benadrukt Sercu.

Normaal was de Gentse Zesdaagse vrijdag aan zijn vierde avond toe. Christophe Sercu glimlacht eens. “Normaal, ja. Normaal zaten we nu halverwege de Zesdaagse en was ik zelf ook aan mijn derde of vierde korte nacht toe. Nu zal het vooral een dag op kantoor zijn.” Op kantoor dus. Daar bedoelt Sercu, die in oktober zijn 50ste verjaardag vierde, de service course van Sport Vlaanderen-Baloise mee, het professionele wielerteam dat in de tweede klasse van het internationale wielrennen uitkomt. “In een normaal jaar is dit voor mij de drukste periode van het jaar. Er is enerzijds mijn werk voor de ploeg en anderzijds de Zesdaagse. Voor dat laatste valt een groot deel nu weg, zeker deze week. Ik zal niet zeggen dat het een rustige periode is, maar het is toch alleszins een pak kalmer dan gewoonlijk.”

Zijn werk voor Sport Vlaanderen-Baloise zet zich wel gewoon voort, geeft de Izegemnaar aan. “Ons licentiedossier voor 2021 is intussen binnen en ook alle operationele activiteiten van dit jaar liggen achter de rug. Wat ons nog rest, is administratief werk. Alle ogen zijn nu gericht op komend seizoen. Het contact met organisatoren van wedstrijden bijvoorbeeld. Allerhande voorbereidingen ook. Neen, dat verloopt niet even vlot als andere jaren. Ik had niets anders verwacht. Neem nu de jaarlijkse ploegstage in januari. Op dit moment is er wel een duidelijk plan om het te laten plaatsvinden, maar in tegenstelling tot andere jaren op dit moment hebben we nog niets geboekt. Ons vast hotel van de laatste jaren in Calpe heeft beslist om ook in januari de deuren te sluiten. Dus zijn wij op zoek naar een nieuwe locatie. Alleen is de realiteit zo dat we niet zover vooruit kunnen kijken. Alles wat vandaag wordt uitgesproken, kan over twee dagen alweer anders zijn. We moeten afwachten.”

Er wordt veel gesproken over de crisis op de weg en in het veld, maar hoe zit het met de toekomst van de piste?

Sercu: “De Zesdaagse was dit jaar normaal aan zijn 80ste uitgave toe. Die wordt nu gewoon met een jaartje uitgesteld. De Zesdaagse is in het verleden slechts een paar keer niet georganiseerd. Door de Tweede Wereldoorlog. Omdat ‘t Kuipke in de jaren zestig (in 1962, red.) eens afgebrand is. En dit jaar dus nog een keer. Het coronavirus is de derde reden waarom het moest worden geannuleerd. Maar dat zal niet het einde van de Zesdaagse van Gent betekenen. Het zal volgens mij sterk genoeg zijn om de coronacrisis te overleven.”

Christophe Sercu:
© Frank Meurisse

“Wat de piste in het algemeen betreft: deze winter zal er niet veel competitie meer zijn. Er is een afgeslankt EK geweest (waar België niet aan deelnam, red.). De zesdaagsen zijn allemaal geannuleerd. Door de nieuwe programmatie waren er deze winter sowieso geen Wereldbekers meer gepland. En de kampioenschappen zullen in het beste geval naar een latere datum verplaatst worden. Voor de pistiers zal de winter ditmaal een voorbereiding als wegcoureur zijn.”

Als we nu op de voorbije maanden terugkijken, hebben de wegrenners ondanks corona wel nog een aanvaardbaar seizoen kunnen afwerken. Ook Sport Vlaanderen-Baloise. Het valt als procontinentaal team minder op voor het grote publiek, maar jullie hebben echt wel een degelijk jaar achter de rug.

Sercu: (knikt) “We waren al heel goed begonnen in januari en februari met topvijf- en toptienplaatsen in Mallorca en Valencia. Daarna wonnen we met Kenneth Van Rooy zelfs bijna een rittenkoers van eerste categorie, de Ronde van Antalya in Turkije. Jammer dat we op één seconde van eindwinst strandden. We hadden evengoed kunnen winnen en dat zou heel mooi geweest zijn. Toen werd het seizoen abrupt stopgezet, maar ook na de heropstart eind juli deden we het meteen goed met een pak ereplaatsen die door verschillende renners behaald werden. We hebben goed gewerkt. De meerderheid van onze renners was op niveau. 2020 was voor de ploeg een goed jaar.”

Ik heb op de huidige UCI-ranking eens nagekeken hoeveel van de 50 beste Belgische renners bij jouw ploeg rijden of gereden hebben.

Sercu: “En hoeveel zijn het er?

Christophe Sercu:
© BELGA

Twintig.

Sercu: (knikt bevestigend) “Dat is dus 40 procent. Best wel veel. En dan moet je weten dat er nog heel wat ex-renners van ons niet in die top 50 staan, maar wel van groot belang zijn voor hun ploeg. Dat maakt me best wel trots.”

Ik vond de aanwezigheid van Fabio Van den Bossche in de vroege vlucht van de Ronde van Vlaanderen heel mooi om te zien. Fabio was met zijn twintig jaar de jongste deelnemer van het hele pak, reed ruim 170 kilometer in de aanval en finishte als 67ste op zeven minuten van Van der Poel en Van Aert.

Sercu: “De Ronde was voor Fabio een mooie prestatie. Dat is een understatement. Hij is meegegaan in de ontsnapping, heeft lang kunnen standhouden en sleepte dan ook nog eens een deftige uitslag uit de brand. Voor Fabio was dat nogmaals het bewijs van zijn talent. Maar om het nu de prestatie van Sport Vlaanderen-Baloise in 2020 te noemen? Dat durf ik niet te zeggen. De ploeg heeft over het algemeen meer dan zijn best gedaan in de wedstrijden die we konden rijden. We zijn in de procontinentale UCI-ranking als achtste op 19 teams geëindigd. Rekening houdend met de beperktheid van ons budget en onze jonge ploeg (Sport Vlaanderen-Baloise trekt in principe alleen renners aan die in de beloftecategorie uitkomen, red.) is dat verre van slecht. Ik hecht veel belang aan die ranking.”

Christophe Sercu:
© BELGA

Wat is persoonlijk jouw mooiste herinnering aan dit seizoen?

Sercu: “De podiumplaats van Amaury Capiot in het eindklassement van de sterk bezette Ronde van Wallonië. Het was echt niet evident om als renner van onze ploeg zo’n prestatie te leveren. Dat is overigens niet zonder gevolgen gebleven. Amaury kon een mooie transfer naar Arkéa-Samsic (de ploeg van Nairo Quintana en Nacer Bouhanni, waar ook ex-Sport Vlaanderen-Baloise-renners Benjamin Declercq en Christophe Noppe voor rijden, red.) versieren. Financieel zet hij een mooie stap vooruit en bij die goed gestructureerde Franse ploeg zal hij ook sowieso een heel mooi programma kunnen afwerken. Amaury kende de voorbije jaren bij ons al heel wat pech door tal van valpartijen. Anders zou hij al vroeger een stap hogerop gezet hebben.”

Capiot is niet de enige die vertrekt. Ook Milan Menten (Bingoal-Wallonie-Bruxelles) en Edward Planckaert (Alpecin-Fenix) zoeken andere oorden op. Daarnaast zijn er ook twee renners die geen nieuw contract kregen: Kevin Deltombe en Emiel Planckaert.

Sercu: “Dat hoort nu eenmaal bij de wielersport. Renners komen en renners gaan. Sommigen vertrekken zelf en van sommigen nemen wij afscheid. Geen woord kwaad over Emiel en Kevin (beiden hebben nog geen uitzicht op een profcontract voor 2021, red.), maar op een bepaald moment wordt beslist dat het sportief onvoldoende was en we te weinig progressiemarge in hen zagen.”

De gevolgen van de coronacrisis zijn uiteraard voelbaar. Hoe heb jij dat gemerkt?

Sercu: “Wat me opviel, was dat er plots veel geïnteresseerden waren om bij ons wegkapitein te worden. Maar wat ik vooral wil benadrukken: in 2021 zullen wij opnieuw zes neoprofs tellen, wat het belang van deze ploeg onderstreept. Het gaat stuk voor stuk over renners die al een tijd op onze radar stonden en bewust de keuze voor ons hebben gemaakt. Ze zouden wel eens alle zes vlot de overstap naar het procontinentale niveau kunnen maken.”

Christophe Sercu:
© BELGA

Wat mij opvalt: met Aaron Verwilst, Jordi Warlop en de ingeweken Lindsay De Vylder telt Sport Vlaanderen-Baloise in 2021 amper drie West-Vlamingen. In 2017 waren dat er nog twaalf. Jouw Eernegemse ploegleider Hans De Clercq, nochtans een ingeweken Oost-Vlaming, kreeg indertijd zelfs geregeld de opmerking dat jullie West-Vlaamse renners bevoordelen.

Sercu: (haalt de schouders op) “Daar was natuurlijk niets van aan. Wij proberen altijd de beste renners te nemen die op dat moment beschikbaar zijn. We houden er helemaal geen rekening mee of die dan in West-Vlaanderen of Limburg wonen. Maar het klopt wat je zegt. En dan krijg je soms wel eens zo’n opmerking, maar wakker lig ik daar niet van.”