Bingoal-Wallonie Bruxelles telt drie profs uit Ploegsteert: Jonas Castrique, Kenny Molly en Franklin Six

Franklin Six, Kenny Molly en Jonas Castrique. (foto Eric Cornu)
Tom Vandenbussche

Twintig dagen. Dat is het aantal dagen verschil in leeftijd tussen Kenny Molly (23) en Jonas Castrique (23). Daartussen, vijf dagen jonger dan Molly en vijftien dagen ouder dan Castrique, zwemt Franklin Six (23). Generatiegenoten dus. Ploegmaats ook, bij Bingoal-Wallonie Bruxelles. En bovendien alle drie van Ploegsteert, bekend omwille van wijlen Frank Vandenbroucke.

Jonas Castrique, Kenny Molly en Franklin Six: drie Ploegsteertse profwielrenners bij Bingoal-Wallonie Bruxelles. Het is in de lobby van Hotel Diamante Beach in Calpe dat we op een vrijdagavond met hen hebben afgesproken. We zijn halverwege januari en Bingoal-Wallonie Bruxelles bereidt zich aan de Spaanse oostkust voor op een nieuw wielerseizoen. Molly en Six weten intussen al hoe het werkt. De eerste, perfect tweetalig, maakte vorig jaar een bevredigend profdebuut bij de Waalse opleidingsploeg van Christophe Brandt, de tweede begint straks zelfs al aan zijn derde campagne bij de grote jongens. Voor Castrique is dit allemaal nieuw. Hij, de jongste van de drie en de enige uit het geboortejaar 1997, verwierf pas in november 2019 zekerheid over zijn eerste profcontract. Calpe, een populair stageoord bij menig wielrenner, biedt echter geen geheimen meer voor de drie.

Molly: “Voor mij is het al de zesde of zevende keer dat ik hier op stage kwam. De eerste keer? Dat moet als eerstejaarsjunior geweest zijn, toen ik nog voor de Tieltse Renners uitkwam.”

Castrique: “Ik ben hier voor de vijfde keer. Ook ik kwam hier als junior voor het eerst, samen met streekgenoot Stan Dewulf (uit Stavele en nu prof bij Lotto-Soudal, red.).”

Six: “Ook voor mij zal dit de vijfde keer in Calpe zijn. In mijn eerste seizoen bij de beloften kwam ik hier voor de eerste keer.”

Waarom Calpe?

Six: “Iedereen komt naar hier, dus denk ik dat dit de beste plaats is.”

Molly: “Klopt volledig.”

Castrique: “Dit is gewoon de beste plaats om te komen trainen.”

Six: “Omwille van het weer. De routes hier, met zowel vlakke wegen als beklimmingen. De vele goede hotels. De fietsenwinkels die je hier indien nodig uit de nood kunnen helpen. De vele ploegen die naar hier komen. Het leven dat hier goedkoper is. We vinden hier alles wat we nodig hebben.”

Hebben jullie hier favoriete beklimmingen?

Molly: (knikt) “De Coll de Rates en Bernia. J’aime bien.”

Castrique: “Ik geen enkele. (de rest proest het uit) Ik ben geen klimmer, hé.”

Six: “Voor mij is dat ook Bernia. Het landschap, een klein, rustig weggetje omhoog en een mooie beklimming die niet te lastig of te lang is. En de afdaling is magnifiek.”

Drie profrenners uit Ploegsteert die binnen de twintig dagen van elkaar geboren zijn. Hoe uitzonderlijk is dat?

Castrique: “Ik wist dat, maar heb er nog nooit echt bij stilgestaan. Eigenlijk is dat wel straf, hé? (denkt even na) Ploegsteert is een echt wielerdorp.”

Six: “Dat komt door de mensen die er wonen. Allemaal kennen ze de familie VDB, maar vergeet niet dat er ook heel wat andere sporters van Ploegsteert zijn. Dan denk ik bijvoorbeeld aan voetballer Jonathan Blondel. Je hebt ook La Course du Souvenir, de bekende loopwedstrijd op 11 november. Ploegsteert is een dorp waar men leeft voor de sport en waar de inwoners je naar mooie prestaties vooruit stuwen. Er zijn heel wat voorbeelden om te volgen en wij zijn op ons niveau gekomen met dank aan zij die voor ons kwamen. Hopelijk kunnen wij ook de goesting om te sporten doorgeven aan zij die na ons komen.”

Castrique: “Ik denk toch dat koers in Ploegsteert sowieso sport nummer één is.”

Six: “Absoluut. Er is dan ook een wedstrijd voor amateurs in de maand september. En er zijn het hele jaar door brevetten voor wielertoeristen.”

Castrique: “Als je tegen een wielerliefhebber zegt dat je van Ploegsteert bent, zal hij weten waar dat ligt. Als je die vraag aan een voetbalfan stelt, zal hij dat niet weten.”

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?

Castrique: “Franklin en ik kennen elkaar al van toen we samen naar de kleuterschool in Ploegsteert gingen.”

Six: “Ik ken Kenny dan weer van toen zijn vader Johan verzorger van mijn nonkel (Frank Vandenbroucke, red.) was, meer dan vijftien jaar geleden.”

Castrique: “Mijn eerste ontmoeting met Kenny dateert van toen ik bij de jeugd koerste en zijn vader vroeg of ik eens met zijn zoon wilde gaan trainen.”

Molly: “Jij moet toen eerstejaarsnieuweling geweest zijn, want ik ben pas als tweedejaars beginnen te koersen.”

Castrique: “Toen Johan mij die vraag stelde, dacht ik: trainen met dat kleine dikkerdje? (iedereen proest het uit, Six komt niet meer bij van het lachen) Het is er trouwens niet meteen van gekomen, maar twee maanden later zag ik Kenny en was hij niet meer dat kleine dikkerdje. Hij was vijftien of twintig kilogram vermagerd.”

Molly: (grijnst) “Niet overdrijven, hé.”

“Kenny geeft zich als coureur altijd aan 100 procent. Franklin doet dat aan 99 procent”

Castrique: “Vanaf toen trainden we af en toe samen, maar pas vanaf de beloftecategorie zijn we almaar vaker met elkaar beginnen op te trekken. Samen met les Ch’tis, een groep wielertoeristen in onze streek.”

Molly: “Jens Vandenbogaerde (viervoudig West-Vlaams kampioen op de weg bij de elite zonder contract, red.) rijdt tegenwoordig vaak mee, nu hij in Nieuwkerke woont.”

Six: “En Audric Leleu, belofte bij het opleidingsteam van Bingoal-Wallonie Bruxelles.”

Molly: “Hij is hier nu niet in Calpe, omdat hij thuis voor zijn examens aan het studeren is. Maar eigenlijk zijn we in deze ploeg met vier renners van hetzelfde dorp.”

Castrique: “Mijn zus, Alana, die bij de dames van Lotto-Soudal rijdt, fietst ook geregeld mee.”

Six: “En Cameron (Vandenbroucke, dochter van Frank VDB, red.) natuurlijk ook.”

Castrique: “Er zijn dagen waarop ze met tachtig zijn om te fietsen.”

Molly: “Straf, hé. Je kan het vergelijken met de wielertoeristen van Vélocyclist uit Lendelede, met Andrew Vancoillie.”

In welke mate komen jullie zelf uit een wielerfamilie?

Molly: “Bij mij heeft enkel mijn vader een link met het wielrennen, als verzorger (Johan is dit seizoen als verzorger bij Bingoal-Wallonie Bruxelles aan de slag, red.).”

Castrique: “Mijn zus koerst dus ook. En mijn opa uit Roeselare heeft eveneens in competitie gekoerst, maar nooit professioneel.”

Six: “Mijn familie (ook vader Sébastien was een uitstekende eliterenner zonder contract, red.) kennen jullie, hé. (grijnst) En mijn zus Sofia is samen met de Franse profwielrenner Damien Touzé van Cofidis (vorig jaar als neoprof derde op het Frans kampioenschap op de weg, red.).”

Typeer elkaar eens als coureur en als mens.

Molly: “Jonas is als wielrenner een beest. En snel aan de meet. Als mens is hij een vertrouwenspersoon, iemand die jou zal helpen als je dat nodig hebt. Franklin is als coureur snel aan de meet. En zeker in les sprints de panneaux. De plakkaatsprints op training. (iedereen proest het uit van het lachen) En hij heeft al veel pech gekend.”

Castrique: (droog) “Sinds zijn geboorte eigenlijk.”

Molly: (grijnst) “Als profrenner had hij het geluk nog niet aan zijn zijde. En op menselijk vlak: c’est un VDB, maar niet qua mentaliteit.”

“Als renner is Kenny veeleisend voor zichzelf. Als mens is dat eigenlijk hetzelfde”

Castrique: “Kenny geeft zich 100 procent als wielrenner. Als mens is het iemand op wie je kan rekenen en die weet wat hij wil. Franklin is als wielrenner 99 procent. (Molly grijnst) En als mens ook iemand die weet wat hij wil. Soms leidt dat tot complexe situaties, omdat het niet gaat als je niet akkoord met hem bent.”

Six: “Kenny is als wielrenner heel serieus en veeleisend voor zichzelf. Als mens is dat eigenlijk hetzelfde. Omdat hij weet wat hij wil, zal hij alles doen en laten voor zijn wielercarrière. Jonas heeft de voorbije jaren heel veel pech en dus veel hoogtes en laagtes gekend in koers. Net daarom kon hij nog nooit een volledig seizoen afwerken en is zijn motor nog te klein. We hopen dat dit eerste seizoen als prof hem die motor zal geven. Als mens is Jonas verstrooid.”

Kenny: “En hij is vrijgezel.” (Six grijnst)

Wat wensen jullie zichzelf toe voor 2020?

Molly: “Vooral een goede gezondheid, geen blessures en mooie resultaten.”

Six: “De gezondheid, dat is het belangrijkste. En geen blessures. Als je lichaam in orde is, zal de rest ook wel komen.”

Castrique: “Voor mij geen blessures en een geslaagd seizoen. (knipoogt) En een vriendin.” (algemene hilariteit)

Wie is Jonas Castrique?


Privé

23 jaar. Geboren en getogen in Ploegsteert. Woont in Ploegsteert. Vrijgezel. Broer van Alana Castrique, Belgisch kampioene op de weg en in het tijdrijden bij de U23.


Sport

Sinds 2020 profwielrenner bij Bingoal-Wallonie Bruxelles. Won in 2018 Omloop van de Grensstreek in Wervik. Werd in 2019 tweede in een rit in de Ronde de l’Oise.


2020

Start zijn seizoen in de Ster van Bessèges en Ronde van Antalya. Eerste koers in België wordt Kuurne-Brussel-Kuurne of Le Samyn.

Wie is Kenny Molly?


Privé

23 jaar. Geboren en getogen in Wulvergem. Woont in Ploegsteert. Is samen met Inès Schryvers. Zoon van Johan Molly, verzorger bij Bingoal-Wallonie Bruxelles.


Sport

Sinds 2019 profwielrenner bij Bingoal-Wallonie Bruxelles. Viel als neoprof op door zijn aanwezigheid in tal van vroege vluchten en werd derde in de verkiezing van de Jongeren IJzeren Briek.


2020

Start zijn seizoen zondag in La Marseillaise. Rijdt daarna de Ronde van Murcia, Clasica de Almeria en Tour du Haut-Var. Eerste wedstrijd in België wordt Bredene-Koksijde Classic.

Wie is Franklin Six?


Privé

23 jaar. Geboren en getogen in Ploegsteert. Woont in Ploegsteert. Is samen met Fien Janssens. Petekind van wijlen Frank Vandenbroucke.


Sport

Sinds 2018 profwielrenner bij Bingoal-Wallonie Bruxelles. Won als belofte Brussel-Opwijk (2016), Wingene Koers (2016) en Handzame Challenge (2017).


2020

Start zijn seizoen in Ster van Bessèges en de Ruta del Sol. Eerste wedstrijd in België wordt Kuurne-Brussel-Kuurne.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier