Belgische beloften dromen van goud

Stan Dewulf. © belga
Redactie KW

De Belgische beloften mogen ambitieus zijn voor het WK. Liefst drie van de zes renners zijn al prof en dus hoort de Belgische delegatie bij de favorieten. “Maar gemakkelijk wordt het niet”, aldus kopman Jasper Philipsen op een persmoment van de Belgische ploeg donderdagavond.

Stan Dewulf, Brent Van Moer en Jasper Philipsen zijn de drie Belgische profs tussen de beloften. “Als het reglement het toelaat, waarom zouden we dan niet rijden bij de beloften”, oppert Brent Van Moer. “We gaan gewoon onze kans. We weten dat we bij de favorieten gerekend worden, maar dat betekent niet dat we zomaar naar de wereldtitel gaan fietsen. Het zal niet simpel zijn om goud te behalen, maar we zijn een sterk blok en dat moeten we uitspelen.”

Voor België is het eigenlijk simpel. Ze kunnen wachten tot de laatste 700 meter en moeten Philipsen gewoon in een zetel naar de sprint loodsen. “In theorie lijkt dat zo. We kunnen wachten”, weet Philipsen. “Ik moet dan hopen op een goede dag. De finish ligt me wel, het gaat een stukje omhoog, het is op de macht en ik hoop dat ik nog fris genoeg ben om een goede sprint uit mijn benen te schudden.”

“Maar ik ben niet de uitgesproken kopman. We moeten het nog over tactiek hebben, maar we hebben nog troeven die we kunnen uitspelen. Als het tot een sprint komt, zal ik mijn ding doen. Het zal een eerlijke sprint zijn, de sterkste wint. Veel druk voel ik niet, niet meer dan anders. Ik leg mezelf ook druk op, ik wil hier graag presteren, maar het wordt geen eitje om hier die regenboogtrui te veroveren.”

Bij de junioren namen de Amerikanen de wedstrijd in handen. Moet het Belgisch blok zich daarop inspireren? “Misschien wel”, vindt Van Moer. “Zij hadden wel een kopman die er enorm bovenuit stak. Hij was de grote topfavoriet. Bij de beloften is er niet zo’n jongen die er met kop en schouders bovenuit steekt. In de eerste plaats moeten we ervoor zorgen dat we nooit achter de feiten aan hollen. Zeker richting dat plaatselijke rondje moeten we ervoor zorgen dat we geen achterstand van een minuut of zo hebben op een kopgroep. Als er tien man weg is en er is niemand van ons bij, dan rijd je al bijna in een verloren positie. We moeten de koers onder controle houden, niet dat we daarom moeten aanvallen, maar we mogen gewoon niet in het defensief komen.”

De beloften rijden hun wedstrijd vrijdagnamiddag.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier