Aan vooravond van duel met zijn ex-club: het sterke kalenderjaar van Ibrahima Seck

Ibrahima Seck, zowat de papa van de Franstaligen. (foto Belga) © belga
Redactie KW

Twee jaar op rij diende Essevee tijdens de wintermercato alle zeilen bij te zetten om, met gerichte versterkingen, zichzelf uit de degradatiezone te spelen. Evenveel keer mikte de club vol in de roos: twee jaar geleden met de komst van Hamdi Harbaoui, vorig seizoen met Ibrahima Seck. Aan de vooravond van de partij tegen zijn vorige werkgever, Racing Genk, lichten we de boomlange Senegalees door met Francky Dury en radioverslaggever Tom Boudeweel.

Te licht voor Genk?

Francky Dury: “Net als Hamdi Harbaoui het jaar voordien is Seck een voorbeeld voor jeugdspelers. Niet iedereen zou een mooi contract bij een topclub die veel wint, laten schieten om te vertrekken naar een ploeg in degradatiegevaar. Het illustreert hoe graag ze zélf op dat veld staan. Het is niet aan mij om te beoordelen of Genk een fout heeft gemaakt door hem te laten vertrekken. Typerend voor Ibrahima is dat hij zich nooit negatief heeft uitgelaten over zijn vorige werkgever. Hij wou meer spelen, betrokken zijn, een leider op het veld zijn. Zijn statistieken tonen aan dat hij die doelstellingen bij ons zeker heeft gerealiseerd.”

Tom Boudeweel: “Als je ziet wat Seck sinds zijn komst naar de Gaverbeek allemaal gespeeld heeft, is hij voor Zulte Waregem overduidelijk een goede transfer geweest. Toch woog hij volgens mij niet te licht voor Genk. Hij mocht daar eigenlijk niet weg, laat staan dat ie weg moést, want Philippe Clément heeft hem erg hoog zitten. In de wedstrijden waarin echt geknokt moest worden, konden ze hem bij Genk goed gebruiken. Wilden ze echt combineren, dan woog Seck iets te licht tegen mannen als Malinovskyi, Berge, Pozuelo en Heynen. Daardoor is hij wat uit de boot gevallen. Misschien was hij dit seizoen in Limburg meer aan spelen toegekomen, maar toch zal Seck zich zijn keuze niet beklaagd hebben. Hij wou absoluut zelf voetballen, iets waar hij in het Regenboogstadion ruimschoots de gelegenheid toe krijgt. Ook in Waasland-Beveren en Genk is hij nog erg graag gezien. Het is heus geen toeval dat hij, eenmaal de titel op zak was, in de kampioenenhulde van Genk werd betrokken.”

Voetballende kwaliteiten

Dury: “Ibrahima is iemand met een groot loopvermogen en een harde werker: zowel over de grond als in de lucht erg nuttig in de recuperatie en sober in de opbouw. Hij heeft mee voor de balans gezorgd die we in het eerste deel van vorig seizoen zo moeilijk vonden en is van goudwaarde in de zone tussen verdediging en aanval, ook omdat hij zich bij balbezit steevast aandient. En, niet onbelangrijk: hij wil altijd winnen.”

Boudeweel: “Ik heb met Seck een soort haat-liefdeverhouding, omdat ik hem ergens een wat rare speler vind: met zijn lange benen slaagt hij er uitstekend in veel ballen te recupereren. Als dat gelukt is, knipper ik vervolgens wel even met de ogen bij zijn balbehandeling, die soms nogal stuntelig is. Soms voert hij ook een dribbel uit op een moment dat je het niet verwacht. Zeker nu Damien Marcq opnieuw in de ploeg is gekomen, ben ik wel benieuwd naar de tweede seizoenshelft van Seck. Hij speelt nu net iets hoger, waardoor hij meer kan infiltreren. Op zulke momenten is hij moeilijk af te stoppen, wat hij in de thuismatch tegen AA Gent accentueerde met een knap doelpunt. Daarnaast is hij verdedigend én aanvallend kopbalsterk.”

Aan vooravond van duel met zijn ex-club: het sterke kalenderjaar van Ibrahima Seck
© BELGA

Mentaliteit

Dury: “Hij is iemand naar wie velen opkijken, wat volkomen terecht is. Hij praat ook veel in op de jongens. Voor gasten als Sissako (eveneens een Senegalees die, net als Seck, zijn opleiding bij Auxerre kreeg, red.), Oberlin en andere Franstaligen is hij heel belangrijk, ook naast het veld. Misschien voelt hij zich nog net iets beter sinds Damien Marcq opnieuw in de ploeg is gekomen: twee Franstaligen mét ervaring, automatisch zorgt dat ervoor dat alles iets vlotter verloopt. Het is nog te vroeg om over de toekomst te spreken, maar we willen ook volgend seizoen graag met Seck verder. Hij is hier gelukkig, voelt zich goed, speelt goed en veel… Daar mag hij ook in 2020 gerust een vervolg aan breien, ja.”

Boudeweel: “Je mag Seck gerust een prof van het zuiverste water noemen: hij blijft na een training regelmatig individueel verder werken. Mede door zijn prestaties is hij bij Zulte Waregem ook een leider in de kleedkamer geworden. Net als bij Waasland-Beveren groeide hij er zowat uit tot de papa van de Franstaligen. Dankzij die mentaliteit is hij een speler waar elke trainer spontaan verliefd op wordt. Bovendien verzorgt hij zich ook goed. Hij ligt nog onder contract tot 2022, maar wil volgens mij zeker niet zomaar weg. Hij speelt hier zijn matchen bij een subtopper en weet dat pakweg Club Brugge hem niet zal komen halen, al weet je natuurlijk nooit.”