“Waarom zou Club de finale van de Europa League niet kunnen halen?”

Julien Cools over Noa Lang (foto): “Clement gaat heel goed met hem om.” (foto Belga)© BELGA
Julien Cools over Noa Lang (foto): “Clement gaat heel goed met hem om.” (foto Belga)© BELGA
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Sportjournalist

In de Jupiler Pro League is Club oppermachtig, maar hoe zwaar weegt blauw-zwart in Europa? In het vooruitzicht van de heenwedstrijd van de 1/16de finales van de Europa League tegen Dinamo Kiev donderdag deden we een rondvraag bij drie generaties Club-iconen. Julien Cools (73), Philippe Vande Walle (59) en Sven Vermant (47) klinken eensluidend: “Behalve tegen de absolute topclubs uit de grootste competities zijn de kansen voor dit Club altijd fifty-fifty.”

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Julien Cools: “Lang is een voorlijn op zich”

“Dit is zeker het beste Club in járen”, zegt Julien Cools die met Club in 1976 de finale van de UEFA-beker haalde en twee jaar later zelfs de finale van de Beker der Landskampioenen bereikte. “In België zijn ze nu hors catégorie , maar ook op Europees vlak vind ik dit Club heel sterk. In de Europa League kunnen ze tegen iedereen spelen zonder dat je op voorhand moet zeggen: ze gaan verliezen. Behalve tegen de absolute topclubs uit de grote competities zijn de kansen eigenlijk altijd fifty-fifty. Zoals wij een Europese finale spelen, wordt natuurlijk almaar moeilijker. Maar misschien zijn ze wel in staat om zoals in 1988 en in 1992 tot in de halve finale te geraken. En dan weet je nooit.”

“Ik denk dat ze ook in Europa kunnen uitblinken. Zoals wij destijds zijn ze een heel complementaire ploeg met een middenveld met veel scorend vermogen. Het is bovendien een groep waar probleemjongens als Dennis uit weggefilterd zijn, waardoor het een echt team is geworden. Zo deed Ernst Happel het ook: er was alleen plaats voor mannen die voor elkaar door het vuur gingen. We waren conditioneel heel sterk en je was nooit klaar met ons. Zo gaat ook Clement te werk. Hij bouwt een ploeg met spelers die elkaar aanvullen.”

“De kern is groot en ze zijn heel stabiel. Het is ook veelbetekenend dat ze twee toppers als Dost en Lang konden aantrekken. De ene staat altijd op de juiste plaats om af te werken en de andere dolt met de tegenstanders dat het een lieve lust is. Met volk in de tribunes zou dat kraaien van de pret zijn geweest. In het begin dacht ik dat er met hem problemen zouden komen. Als je hem vroeg verving, dan zag je dat er iets in hem opborrelde. Maar ik denk dat Clement heel goed met hem omgaat. Hij pint hem niet vast op de flank, maar laat hem zwerven, geeft hem veel vertrouwen en praat veel met hem. Iedereen sloot hem intussen in de armen. Volgens mij zit het heel snor in die ploeg.”

“Dit is een Club waar je trots op kunt zijn. In doel is Mignolet een klasse apart. Ik zette hem op 1 voor de Gouden Schoen. De achterlinie straalt iets uit met in de eerste plaats de enorme klasse van Mata en met Denswil er nog bij zijn ze op links defensief sterker geworden. Het middenveld is top, met een wat onderschatte Rits, en Lang is een voorlijn op zich. Ik ben fier dat ik een van de iconen van Club ben. Elke keer ik op de club kom, ben ik blij. Hopelijk kan ik het nieuwe stadion nog meemaken”, besluit Julien Cools.

Philippe Vande Walle: “Meer kans om te stunten met 12de man in het stadion”

“In België speelt Club een verdieping hoger dan de rest, op en naast het veld”, zegt Philippe Vande Walle, die met Club in 1988 de halve finale van de UEFA-beker haalde. “De fundamenten zijn stevig. Op Europees vlak kan je natuurlijk niet even snel dezelfde ontwikkeling maken. Maar je profiteert er wel van om jaar na jaar Champions League te spelen. Daar word je ook sterker van. Je merkt ook dat Club zijn kern op drie snelheden uitbouwt: op korte, middellange en lange termijn.”

“Spelers als Mata, Lang, Vormer en Vanaken zijn outstanding , maar alles wordt opgevangen in een collectief. Clement benadrukt het in elke speech. Dat is tegenwoordig belangrijk om iedereen scherp te houden. Iederéén bluv goan , de hele club, in alle geledingen. Ons succes destijds was ook deels gebaseerd op vriendschap, cohesie en karakter. We waren van niets en niemand bang en bleven altijd gaan. De exponent van het huidige Club is voor mij Mata: een Franstalige speler die zich aanpaste, plezier uitstraalt en mentaliteit en kwaliteit brengt. Met wat Club in de Champions League leerde, denk ik wel dat het voorbij Kiev kan geraken en in de Europa League tot een verrassing in staat is. Sindsdien is de kern trouwens alweer versterkt. Ik weet niet of een finale dit jaar haalbaar is, maar ik zou zeggen: waarom niet? Al zouden ze met de 12de man in het stadion meer kans maken om te stunten.”

Sven Vermant: “Het gat is nog niet dichtgereden, maar…”

“Kiev kunnen ze aan”, stelt Sven Vermant, die in zijn carrière zowel met Club Brugge als met Schalke 04 Champions League speelde. “Natuurlijk, cadeaus worden er niet gegeven en omstandigheden zijn er altijd in verschillende vormen – een bal op de paal of een scheidsrechterlijke beslissing in je nadeel. Maar normaal moeten ze er in twee wedstrijden voor kunnen zorgen dat ze de volgende ronde halen. Ze doen er in elk geval alles aan om op alle vlakken succesvol te kunnen zijn. Mochten ze ooit de finale van de Europa League spelen, dan zal dat niet iets zijn dat uit de lucht is komen vallen. Maar iets waaraan jaar na jaar is gebouwd.”

“In België werd er door consequent en gestructureerd te werken vooruitgang en stabiliteit gecreëerd. Zo kon er een grote voorsprong op de rest genomen worden. Maar ook het Europese verhaal is er een om voor te applaudisseren. Als ik hun Europese wedstrijden zie, dan zeg ik niet dat het gat dichtgereden is, want uiteindelijk gaat het daar over heel andere budgetten. Maar toch: als wij vroeger Champions League speelden, wist je dat in de poules de derde plaats het hoogst haalbare was, terwijl je nu het gevoel hebt dat het niveau dat deze ploeg brengt beter is dan vroeger.”

“De pure kwaliteit van de spelers ligt heel hoog. Dat zie je ook aan hun transferwaarde. Er is een duidelijke visie over de manier van werken en over het voetbal. Dat maakt het makkelijker om de juiste spelers aan te trekken en om jonge spelers verder te ontwikkelen en die dan zoals Diatta door te verkopen.”

“Dit Club beschikt over gigantisch veel voetballende kwaliteiten om op verschillende manieren – tussen de lijnen of op snelheid – oplossingen te vinden en tot scoringskansen te komen. Iemand als Rits voor de verdediging biedt veel mogelijkheden in de opbouw, omdat hij daar onder druk in de kleine ruimte niet bang is om de bal te vragen en door de pressing heen te spelen. De kern is van een heel hoog niveau én heel goed uitgebalanceerd. Mata, Rits, Vanaken, Vormer, Dost, Lang, … er zijn veel steunpilaren waarop teruggevallen kan worden. En zie wie ze nog allemaal kunnen inbrengen! Ja, omdat de voorbije tien jaar de financiële middelen gestaag werden opgebouwd, schat ik dit Club sterker in dan dat van Sollied uit mijn tijd.”

Dynamo Kiev – Club Brugge: donderdag 18 februari om 18.55 uur.