Ruud Vormer: “Je hoopt altijd op een uitschietertje, zoals Oostende tegen Club Brugge”

Ruud Vormer: “Het wordt heel moeilijk nu. We hebben nog drie wedstrijden en stel je voor dat Eupen zondag wint van Anderlecht …” © Belga
Redactie KW

Ruud Vormer was er bij Zulte Waregem weer bij na zes weken afwezigheid door een sleutelbeenbreuk. De Nederlander was zichtbaar aangeslagen na de 0-2-nederlaag tegen Antwerp. “Je hoopt toch dat je thuis een keertje wint en een uitschietertje neerzet. Zoals KV Oostende tegen Club Brugge, 3-0, maar dat gebeurt dan weer niet.”

Coach Frederik D’Hollander kon opnieuw rekenen op Ruud Vormer. De middenvelder zag dat Antwerp Essevee de eerste twintig minuten overspoelde. “Dat wisten we op voorhand, hè”, zei Vormer. “Ze gingen tussen de linies spelen. Dan is het aan onze om de keuze te maken: doordekken of achteruit lopen. Zij deden dat goed.”

Antwerp kon dat tempo niet de hele wedstrijd volhouden. “Ze twijfelden een beetje en wij hadden kansjes met Vossen en Ndour. Na 70 minuten begon ik er wel wat in te geloven, daarom baal ik ook zo hard. Maar goed, Antwerp had veel kansen. Ze hebben verdiend gewonnen.”

Vormer gaf aan dat hij met een slecht gevoel in de mixed zone stond. “Het wordt heel moeilijk nu. We hebben nog drie wedstrijden en stel je voor dat Eupen zondag wint van Anderlecht … Dan wordt het nog lastiger. Maar goed, we moeten positief blijven en de moed erin houden.”

“Mijn breuk is ook nog niet helemaal dicht, maar ik wilde gewoon voetballen voor de club”

Het was op zich een klein medisch wonder dat Vormer weeral aan de aftrap kon verschijnen, zes weken nadat hij een breuk in het sleutelbeen opliep. “Ik had een lang gesprek met de chirurg en mijn breuk is ook nog niet helemaal dicht. Maar het is vastgezet met een plaatje en er zit al wat meer kalk omheen.”

“Het was natuurlijk een risico, maar dat risico bestaat ook nog over twee maanden. Ik wilde gewoon voetballen voor de jongens en de club. Ik heb er helemaal niet aan gedacht eens ik op het veld stond, anders wordt het helemaal niets.”

(Jochen Coorevits)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier