Het grote bekerdebat: “Antwerp moet het doen met de overschot”

Vijf club-iconen op een rij: Franky Van der Elst, Lorenzo Staelens, Hugo Broos, Sven Vermant en Dany Verlinden. Zij pakten de voorlopig laatste dubbel in 1977. (foto Christophe De Muynck)
Frank Buyse
Frank Buyse Senior writer

De eerste dubbel van Club Brugge dateert van 1977. De tweede en voorlopig laatste was onder Hugo Broos, 19 jaar later. In Broos’ ploeg toen: Lorenzo Staelens, Franky Van der Elst, Dany Verlinden en Sven Vermant. Zet de vijf samen rond tafel en al snel klinkt het eensgezind: de derde dubbel van Club is in de maak.

In de dagen voor de bekerfinale tussen Club en Antwerp, die op 22 maart moest plaatsvinden, was iedereen ervan overtuigd dat de beker winnen voor Club moeilijker zou zijn dan kampioen worden. Blauw-zwart telde op één speeldag van het einde van de reguliere competitie al 15 punten voorsprong. Dát kon niet meer mislopen. Antwerp, de enige club waar blauw-zwart in competitie van had verloren, kwam in die periode dan weer sterk opzetten én rook sinds lang nog eens een eerste prijs. Maar ruim vier maanden later liggen de kaarten toch anders. De Great Old is door het vertrek van Bolat, Hoedt en Arslanagic onthoofd. Terwijl bij Club geen enkele speler is vertrokken. Bovendien is Club intussen al officieel kampioen. En dat scheelt ook, weten onze gasten rond de tafel. Zij pakten op zondag 17 mei 1996 de dubbel, een week nadat ze met Club al kampioen waren geworden.

Staelens: “Het is altijd een voordeel om al een prijs op zak te hebben.”

Broos: “Al is dat effect door alle coronaperikelen nu wel minder. Nu zal bekerwinst eerder een vertrouwensboost geven voor de competitie. Die titel is volgens mij al in het achterhoofd van Club verzeild geraakt.”

Van der Elst: “Club wil absoluut die dubbel pakken. Het zou nog maar de derde keer in de geschiedenis zijn, dat is een supermotivatie. Corona maakt het bovendien extra speciaal. De spelers die hem nu winnen zullen over twintig jaar nog altijd meteen kunnen zeggen dat het tijdens de coronacrisis was.”

Franky, je staat toch bekend om je sterk voetbalgeheugen? Je weet wellicht nog de opstelling van Club destijds?

Van der Elst: “Ik ben nu wel veel ouder en ben toch al veel vergeten.”

Staelens: “Stond ik achterin of op het middenveld? Ik weet het niet meer.”

Broos: “Ik zou er een stuk of acht kunnen noemen.”

Hugo Broos (68) – Trainer

Speler: ’83 – ’88

Trainer: ’91 – ’97

Prijzen als speler: beker ’86, kampioen ’88

Prijzen als trainer: kampioen ’92 en ’96, beker ’95 en ’96

Aantal matchen als speler: 206

Probeer maar. We helpen even: Club speelde met tien Belgen en één buitenlander.

Vermant: “Die buitenlander was Stanic, hij maakte toen de twee goals.”

Jullie kwamen wel eerst op achterstand.

Staelens: “Vroeg in de match. Door Torma.”

Van der Elst, nog steeds hard nadenkend: “… den Dany, Renier, Borkel, Gert Claessens, de Med…, Gert Verheyen… Spehar moet er dan toch ook zijn bij geweest?”

Broos: “Die zat op de bank. Het was zijn eerste jaar bij Club.”

Vermant: “Ik was toen pas 20, in een heel ervaren ploeg.”

Jullie werden de week voor de bekerfinale kampioen. Er wordt wel eens gezegd dat een bekerfinale winnen in één match, mooier en intenser is dan een titel, na een lang seizoen.

Van der Elst: “Mag ik opmerken dat we onder Gerets ook de dubbel hadden kunnen pakken? Maar we waren al wéken kampioen, de dash was er uit tegen de bekerfinale: 4-0 tegen Genk.”

Staelens: “Genk was toen meer gedreven dan wij. Na een titel kan het alle kanten uit. De honger kan nog groot zijn of net dat tikkeltje minder.”

Dany Verlinden (56)

Speler: ’88 – ’04

Prijzen: beker ’91, ’95, ’96, ’02, ’04

kampioen ’90, ’92, ’96, ’98, ’03

Aantal matchen: 569

Broos: “De kans om een dubbel te winnen, laat je niet liggen. Het is al 24 jaar geleden. Club zal er toch op gebrand zijn. Je begint die wedstrijd niet met het idee bwa we zijn toch al kampioen.”

Staelens: “Een titel is meer de bekroning van een heel seizoen, maar of dat nu minder intens is? In de beker kan het soms van kleine zaken afhangen. Dat seizoen waren we bijvoorbeeld in de kwartfinales maar nipt voorbij Luik geraakt, 2-1 na verlengingen. “

Vermant: “Een bekermatch is toch altijd iets anders dan een competitiematch.”

Van der Elst: “Je kan ook de beleving niet meer vergelijken. Wij vroegen na de finale…”

Het grote bekerdebat:
© BELGA

Staelens: “… de chauffeur nog eens om naar de Platse te rijden. Er stond geen kat.”

Broos: “Ik herinner me ook dat we het vorig seizoen ook de beker wonnen, tegen Ekeren. Anderlecht was toen al kampioen. De journalisten vroegen mij meteen ‘blij met de troostprijs?'”

Vermant: “Het is natuurlijk wel zo dat het halen van de groepsfase van de Champions League het belangrijkste blijft. Daarom zal voor mij de competitie altijd voorrang krijgen.”

Kondigt deze bekerfinale zich eigenlijk moeilijker aan dan die van 1996 tegen het kleine Cercle? Cercle was toen achtste geëindigd, op meer dan 30 punten…

Broos: “Dat weet ik nog niet zo zeker. Het blijft een derby.”

Verlinden: “Geen enkele bekerfinale is gemakkelijk. AA Gent verloor ze vorig jaar ook van een tweedeklasser. Zoals Westerlo indertijd maar nipt won van Lommel.”

Van der Elst: “Ik beschouw Club Brugge wel als favoriet.”

Vermant: “Antwerp hoorde vorig seizoen tot de sterkste ploegen van het land. Maar het is moeilijk in te schatten waar ze nu staan.”

Ze hebben wel Mbokani aan boord kunnen houden.

Van der Elst: “Van hem zijn ze toch heel erg afhankelijk. Als hij niet scoort, wordt het moeilijk voor Antwerp.”

Broos: “Zonder hem zou Antwerp geen schijn van kans hebben.”

Staelens: “Zou het een drama worden voor Antwerp.”

Franky Van der Elst (59)

Speler: ’84 – ’99

Prijzen: beker ’86, ’91, ’95, 96

kampioen ’88, ’90, ’92, ’96, ’98

Aantal matchen voor Club: 615

Hoe fel is Antwerp, dat ook nog eens Coopman zwaar geblesseerd zag uitvallen, verzwakt door het vertrek van vier belangrijke spelers?

Broos: “Indien Antwerp zijn nieuwe spelers als Verstraete en Butez had mogen opstellen, waren ze sterker geweest dan in maart, vind ik. Nu moeten ze het doen met de overschot, om het een beetje denigrerend te zeggen.”

Antwerp wordt dus een hapklare brok voor Club?

Van der Elst: “Het zal nog niet allemaal op punt staan bij Antwerp, maar een hapje is de ploeg nooit.”

Broos: “Zo’n finale is altijd apart. Zonder publiek wordt het al helemaal speciaal. Club mag Antwerp niet onderschatten. “

In welke mate krijgen we met Leko in plaats van Bölöni als Antwerpcoach een andere bekerfinale?

Van der Elst: “Leko speelt wat gedurfder, aanvallender voetbal. Bölöni houdt meer rekening met tegenstander, kiest meer voor mandekking, zet zijn ploeg lager op het veld.”

Staelens: “Leko zal, omdat het tegen zijn ex-ploeg is, net dat tikkeltje liever willen winnen dan Bölöni.”

Broos: “Die trainerswissel geeft een extra pigment aan die finale. Leko heeft twee succesvolle seizoenen achter de rug bij Club. Nu met zijn nieuwe ploeg meteen een eerste belangrijke wedstrijd tegen zijn ex-club, dat is toch speciaal.”

Club scoorde vorig seizoen wel vlotjes maar had geen echte goalgetter. Een hele periode scoorden de aanvallers niet. Is dat niet het grote verschil met het Club van in ’96, dat met Mario Stanic de topscorer van de competitie voorin lopen had?

Vermant: “Maar ook de anderen scoorden regelmatig. Gert Verheyen, Spehar, Lorenzo, ik: vier, vijf spelers in totaal. Bij Club was vorig seizoen Hans Vanaken dan misschien wel topscorer, ze werden wel vlotjes kampioen.”

Sven Vermant (47)

Speler: ’93 – ’01 en ’05 – ’08

Prijzen: beker ’95’, ’96

kampioen ’96, ’98

Aantal matchen: 411

Broos: “Toch blijf ik er bij: om prijzen te winnen, heb je een echte doelpuntenmaker nodig. Club kende vorig seizoen toch ook momenten waarin ze een spits als Stanic hadden kunnen gebruiken. Club heeft trouwens meestal wel zo’n spitsen gehad. Iemand die het kan openbreken als het vast zit.”

Dat klinkt als: Krmencik.

Staelens: “Die is toch niet te vergelijken met Stanic. Die had snelheid, techniek, torinstinct. Hij maakte er 25 dat seizoen, geloof ik. Maar heeft Club dat nodig? Ze geven defensief zo weinig weg dat ze niet veel doelpunten nodig hebben.”

Broos: “Okereke kan dit seizoen die rol misschien op zich nemen. Het lijkt toch alsof hij zijn vertrouwen heeft teruggevonden.”

Van der Elst: “Als ik de ambities van Club hoor in Europa, dan denk ik toch dat er nog een nieuwe spits bij zal komen.”

Staelens: “Soms loopt het vreemd met spitsen. Herinneren jullie Jankauskas nog? Een goeie spits maar hij raakte hier moeilijk geïntegreerd.”

Van der Elst: “Ik weet nog hoe Jankauskas zich afsloot. In zijn huis bleven zelfs de rolluiken de hele dag omlaag.”

Volgens Gert Verheyen pakte Eric Gerets Jankauskas en Nordin Jbari zo hard aan dat het meelijwekkend werd.

Staelens:(grijnzend) “Dat Nordin werd aangepakt, vonden wij niet zo erg.”

Een beeld uit Antwerp-Club van vorig seizoen, met vooraan topschutter Dieumerci Mbokani. Franky Van der Elst:
Een beeld uit Antwerp-Club van vorig seizoen, met vooraan topschutter Dieumerci Mbokani. Franky Van der Elst: “Als hij niet scoort, mag Antwerp het vergeten.” (foto belga)© BELGA

Kan Club zijn schwung kwijtspelen als het onverwacht toch naast de beker grijpt?

Vermant: “Dat hangt af van de manier waarop, maar het zal geen weerslag hebben, denk ik.”

Verlinden: “Ik denk dat ook de druk van bovenuit hoog wordt gehouden.”

Vermant: “Het zit in de cultuur van dit Club: bestuur, staf en spelers – iedereen heeft de neus in dezelfde richting.”

Van der Elst: “Het staat buiten kijf dat Clement daarmee overweg zal kunnen. Hij is een meester in peoplemanagement.”

Laatst gehoord: Clement was pas een top peoplemanager geweest indien hij de in ongenade gevallen Diagne aan boord had kunnen houden.

Verlinden: “Als je die toch had opgesteld, heb je als trainer toch niets meer te zeggen, Hugo?”

(instemmend geknik rond de tafel)

Broos: “Luister, Dany. Een tijd geleden had ik het er nog over met Aimé Anthuenis. Die zei ook: Antwerp heeft Lamkel Zé toch ook nooit buiten gebonjourd? Bölöni blijft hem toch ook opstellen? En die heeft toch juist hetzelfde gedaan?

Staelens: “Voor Aimé kon altijd veel. Indertijd zat bij Anderlecht Jan Köller voor de training de hele tijd platte boerkes te laten. Ik zei allez, Aimé, vind jij dat normaal? Waarop Aimé zei: Köller shot er elke week twee binnen, wat kan ik zeggen?”

Van der Elst: “Lamkel Zé is wel van Antwerp, hem wegsturen zou kapitaalsvernietiging zijn.”

Vermant: “Club betaalde wel een huurprijs van 3 miljoen euro voor Diagne. Dat is ook kapitaalsvernietiging.”

Broos: “Eerlijk: Ik had hem ook terug gepakt.”

Staelens: “Met Spehar kwam je ook niet overeen, hé, Hugo. Maar hij maakte wel twintig goals.”

Lorenzo Staelens (56)

Speler: ’89 – ’98

Prijzen: beker ’91, ’95, ’96

kampioen ’90, ’92, ’96, ’98

Aantal matchen: 375

Verlinden: “Zonder penalty’s, geloof ik.”

Staelens: “Neen, want ik gaf die. En IK gaf ze niet af! (geschater) Ik herinner me een penalty op Gent. Normaal gaf Booij de penalty’s maar Foeke was geschorst. Waarop Amokachi de penalty opeiste. Tot iemand zei: gij niet! De reden waarom schrijven jullie beter niet.”

(begrijpend gelach)

Om af te ronden: Jullie komen allen uit een ander tijdperk van Club, dat van Antoine Vanhove, zeg maar. Maar we hebben de indruk dat Club nog steeds jullie club is, niet?

Van der Elst: “Ik steek niet weg: dit ís mijn club. Dat is logisch, als je er vijftien jaar hebt gespeeld. Op straat werd ik vorig seizoen door de mensen niet aangesproken over KV Oostende, hoor. Dat ging altijd over Club. Op een of andere manier blijf je één van Club. En ik vind dat wel een fijne gedachte: erbij horen.”

Dany, jij mag dat in dienst van Cercle Brugge niet luidop zeggen, zeker?

Verlinden: “Moeilijke vraag. (even stilte) Het ligt héél gevoelig. Ik speelde van 1988 tot 2011 voor Club. Dat is 23 jaar, een stuk van je leven. Maar toch wordt dat bij de buren niet in dank afgenomen. Allez, bij een bepaalde groep van de Cercle-supporters, het zijn er ook geen duizend, hé.”

Staelens: “Moeilijk, bij Cercle: duizend supporters… Zet er bij (lacht) aub.”