Met het levensbelangrijke eerste doelpunt, dat KV Kortrijk op weg zette naar 0-2-winst in Charleroi, brak de nieuwe spits Felipe Avenatti niet alleen de ban voor de Kerels, maar ook voor zichzelf. De gewezen Uruguayaanse jeugdinternational stond ruim vijftien maanden droog.
Vorige zaterdagavond, 9de minuut op het veld van Charleroi: Brendan Hines-Ike, nog een nieuwkomer, zwiept de bal vanaf rechts voor doel, waar Felipe Avenatti opduikt om uit te pakken met zijn handelsmerk: het betere kopbalwerk. Tot de immense vreugde van de Uruguayaan belandt het leer buiten het bereik van doelman Rémy Riou tegen de netten. Avenatti is even van de wereld. “De renaissance van mijn carrière”, glundert hij. “Spelen was voor mij al een overwinning op zich na de gezondheidsproblemen die me vorig jaar maanden aan de kant hielden. Van scoren had ik al helemaal niet durven dromen. Ik durfde er vooraf zelfs niet aan denken hoe ik mijn goal zou vieren.”
Je realiseerde vorige zomer een droomtransfer toen je kon tekenen voor Serie A-club Bologna, maar belandde al snel in een nachtmerrie. Wat was er aan de hand?
“Bij de obligate medische testen, die in Italië bijzonder streng geworden zijn, werden bij bepaalde inspanningen hartritmestoornissen vastgesteld. De onderzoeken in het ziekenhuis van Bologna sleepten lang aan. Na drie maanden wist ik nog altijd niet of ik profvoetballer zou kunnen blijven. Ik besloot me te laten onderzoeken in de Verenigde Staten, waar ik gedurende een maand aan een fysiologische behandeling werd onderworpen. Begin december kreeg ik eindelijk groen licht om de trainingen te hervatten.”
Aan de dood heb ik nooit gedacht, al was ik wel bang dat ik geen normaal leven meer zou kunnen leiden
Zijn die hartritmestoornissen dan niet levensbedreigend?
“Het blijkt dat ik ermee geboren ben, daarom heb ik het probleem nooit eerder gevoeld. De dokters hebben me verzekerd dat het nooit zal weggaan, maar ik mag wel aan topvoetbal blijven doen. Een hele geruststelling.”
Heb je, voor je de ware toedracht kende, nooit gevreesd dat je zou eindigen als Fiorentinaspeler Davide Astori, die veel te jong stierf aan hartfalen?
“Aan de dood heb ik nooit gedacht, al was ik wel bang dat ik geen normaal leven meer zou kunnen leiden, dat zelfs een sprintje inzetten om de bus tijdig te halen er niet meer zou inzitten.”
Waarom ben je de concurrentie voor een basisplaats niet aangegaan bij Bologna nu je weer volledig fit bent?
“Aangezien we met vijf, zes spitsen aan de voorbereiding begonnen, wist ik dat ik niet veel in actie zou komen. Het bestuur liet me de keuze, maar om amper twee, drie wedstrijden op een heel seizoen te spelen wou ik echt niet blijven. Ik wil me in de kijker spelen van de nationale ploeg. Die is in Uruguay zo sterk dat je wel in een Europese topcompetitie aan de bak moet komen.”
Waarom koos je vijf zomers geleden voor de Italiaanse competitie?
“Mijn thuisland telt een pak Italiaanse immigranten, waardoor we veel van hun gewoonten geërfd hebben, niet alleen op het vlak van eten. Ook het Italiaanse klimaat doet ons aan thuis denken. Bovendien heb ik van vaders kant Italiaanse roots. De Avenatti’s wonen in de buurt van Turijn.”
Wat deed je beslissen om tijdelijk in België te komen voetballen?
“Het was vooral op aanraden van mijn makelaar, want om eerlijk te zijn reikt mijn kennis van de Belgische competitie niet verder dan Anderlecht, Brugge, Genk en Standard. Er waren ook aanbiedingen uit de Serie B en van een Kroatische club, maar mijn manager zei: ‘België is de gedroomde vitrine voor je verdere carrière. Het is een fysieke competitie die volledig bij je mogelijkheden past.’ Met wat ik al gezien heb, moet ik hem gelijk geven.”
Welk soort aanvaller ben jij?
“Een meevoetballende spits, die graag iemand in steun heeft en graag wat uitzakt om zich in het spel te laten betrekken. Maar mijn echte sterkte ligt voor doel, daar kan ik mijn lengte en kopspel uitspelen. Ik krijg wel eens het etiket opgeplakt dat ik te braaf ben en best nog wat agressiever mag worden in de duels. Mijn rechtstreekse opponenten schrik inboezemen, dat is inderdaad nog een werkpunt.”
Je brak in het seizoen 2012-2013 door bij River Plate, maar niet de Argentijnse topclub.
“Ik heb nog nooit gevoetbald in Argentinië. Het Uruguayaanse River Plate speelt in Montevideo, de stad waar ik ben opgegroeid. We woonden op nauwelijks 100 meter van het legendarische Estadio Centenario, waar in 1930 de allereerste WK-finale werd gespeeld én werd gewonnen door Uruguay.”
We woonden op 100 meter van het legendarische Estadio Centenario, waar in 1930 de eerste WK-finale werd gewonnen door Uruguay
Jij maakte je vijf jaar geleden bijna onsterfelijk bij de nationale ploeg U20.
“Klopt. Ik loodste mijn land met een kopbalgoal, het enige doelpunt van de wedstrijd, voorbij topfavoriet Spanje naar de halve finale van het WK U20, een evenaring van de beste Uruguayaanse prestatie ooit. We stonden op het punt om geschiedenis te schrijven, maar in de finale riep Frankrijk ons een halt toe. Dat ze daar pas in slaagden na strafschoppen, maakte de nederlaag voor ons extra zuur, ook al hadden de Fransen een team vol sterren als Pogba, Kondogbia, Thauvin en Digne.”
Na dat WK kwam je nogal halsoverkop naar Europa.
“Zeg dat wel. We waren met River Plate in afzondering voor een wedstrijd in de kwalificaties voor de Copa Libertadores toen mijn makelaar me liet weten dat hij een transfer voor me had versierd naar Ternana, in de Italiaanse Serie B. Oké, maar ik wou in schoonheid afscheid nemen door die wedstrijd nog te spelen. We waren inmiddels minder dan twee uur voor de aftrap. Maar daar kon dus geen sprake van zijn. Ik had me maar eens zwaar moeten blesseren. Bij Ternana is gelukkig alles goed gekomen. Ik beleefde er vier mooie seizoenen waarin ik vaak scoorde. Toen ik in 2016 trouwde, organiseerden we naast een groot familiefeest in Montevideo ook een feestje in Umbrië.”
Eerste klasse A
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier