Sportpsycholoog over een leeg Jan Breydel: “De dynamiek tussen spelers en fans zal gemist worden”

Bart Van Laethem, sportpsycholoog voor Sport'R, het gloednieuw sportmedisch centrum van AZ Delta in Roeselare. (foto Joke Couvreur)
Sam Bracke
Sam Bracke Medewerker KW

In normale omstandigheden zou een kolkend Jan Breydel Club Brugge komende zaterdag naar de eerste competitiezege van het seizoen schreeuwen, maar nu wordt het een stille, atypische bedoening. Club Brugge moet het tegen Charleroi met elf doen, zonder twaalfde man. Hoe groot is de impact daarvan? Wij gingen ten rade bij sportpsycholoog Bart Van Laethem. “Thuisvoordeel is niet alleen de twaalfde man.”

Topvoetbal in lege stadions: het blijft een vreemde situatie. Neem het publiek weg en je hebt al snel het gevoel dat je naar een veredelde oefenmatch zit te kijken. “Men spreekt van het nieuwe normaal, maar dat is het absoluut niet”, opent Bart Van Laethem, sportpsycholoog voor Sport’R, het gloednieuw sportmedisch centrum van AZ Delta in Roeselare. “Dit zal ook nooit de nieuwe standaard worden. We willen hier zo snel mogelijk vanaf. Al ben ik ook heel blij dat de competitie kan en mag starten, want de wereld smacht naar sport.”

In 2015 speelde blauw-zwart al eens achter gesloten deuren. Wegens terreurdreiging werd de Champions Leaguewedstrijd tegen Napoli zonder publiek gespeeld. Club verloor met 0-1. “Veel onderzoek naar de invloed van het ontbreken van publiek op de prestatie is er eigenlijk nog niet gedaan. Simpelweg omdat deze situatie zo vreemd en onnatuurlijk is. Er zijn ook weinig precedenten. Hoogstens af en toe als sanctie omwille van wangedrag van de supporters, maar dat zijn uitzonderingen”, aldus de 40-jarige Zedelgemnaar.

Over de invloed van een publiek op de prestaties is het dan ook heel moeilijk om algemene uitspraken te doen. “Het is te simpel om te stellen dat alle topsporters globaal beter presteren met aanwezigheid van publiek. Debutanten of nieuwe spelers kunnen meer tijd nodig hebben om zich comfortabel te voelen bij de dynamiek tussen supporters en het team, terwijl de ervaren rotten zich hier makkelijker van kunnen losmaken.”

“Daarnaast zijn prestatiedrijfveren en -triggers heel persoonsgebonden. Sommige spelers zijn gevoelig voor sfeer en publiek, hebben een natuurlijke passie voor aandacht. Voor hen is het publiek een enorme stimulans. Voor anderen zal het weinig tot geen effect hebben.”

“In principe zou een leeg stadion voor topatleten geen verschil mogen maken. De focus moet liggen op voorbereiding, afspraken, tactiek… In bepaalde omstandigheden wordt er zelfs geleerd om je als atleet af te sluiten van het publiek, om de focus optimaal te houden. Het zou dus in theorie geen invloed mogen hebben, maar in de praktijk is het een ander verhaal. Sport – en in het bijzonder voetbal – is pure emotie. We kennen genoeg verhalen waarbij de twaalfde man voor dat extraatje zorgde en de overwinning mee over de streep trok.”

“In principe zou een leeg stadion voor topatleten geen verschil mogen maken”

“Een enthousiast publiek kan enerzijds een stimulans zijn voor de thuisploeg om beter te presteren en mogelijk negatief inwerken op de motivatie van het bezoekende team. Anderzijds kan een al te kritisch, negatief ingesteld thuispubliek het thuisvoordeel zo onderuit halen. Het is trouwens niet zozeer de grootte, maar wel de nabijheid van het publiek die een verschil kan maken. Wanneer het thuispubliek positief stimuleert, duidelijk aanwezig is en zich laat horen, dan neemt de kans op een positief effect aanzienlijk toe.”

Voorlopig even geen volle stadions bij aanvang van de competitie.
Voorlopig even geen volle stadions bij aanvang van de competitie. “Men spreekt van het nieuwe normaal, maar dat is het absoluut niet.” (foto Belga)© BELGA

En zeker in Jan Breydel, dat bekend staat voor de fanatieke fans, kolkende sfeer en zinderende voetbalavonden. “Absoluut. En er is ook steeds meer interactie tussen spelers en publiek: de vlaggen, tifo’s, samen vieren, een ereronde… Die dynamiek zal zeker gemist worden. Toch moet ook dat genuanceerd worden, want het is voor elke club gelijk. Elk stadion zal leeg zijn.”

Kan en moet je als club tijd investeren om je op zo’n situatie voor te bereiden? “In mijn ogen niet, want het is zo onnatuurlijk. Bovendien is de benadering heel spelersafhankelijk, een algemene regel bestaat er dus niet. Het belangrijkste is dat je kijkt naar factoren die je kan controleren, de coronamaatregelen horen daar niet bij. Hoe sneller je deze tijdelijke situatie kan aanvaarden en hoe flexibeler je met deze verandering kan omgaan, hoe meer energie er over blijft om te focussen op het spelletje.”

Het normale waarderen

“Een speler die een leeg stadion als excuus gebruikt, moet zich op andere dingen leren focussen. Als topvoetballer is het de uitdaging om je zo snel mogelijk aan te passen. Verder is het hopen dat we snel weer normale omstandigheden krijgen. We zullen ‘het normale’ weer ontzettend waarderen.”

Al zal het niet makkelijk zijn om als speler – én als supporter – snel aan de lege stadions gewoon te worden. “We voelen ons het best bij de dingen die we gewoon zijn, zoals een vol stadion. Als iets een positief effect heeft op ons leven, kunnen we daar snel aan wennen. Maar voor een leeg stadion spelen, hoort daar absoluut niet bij. Ja, we kunnen er gewoon aan worden, maar dat willen we niet.”

Het is ook de vraag of je in deze omstandigheden nog kan spreken van een echt thuisvoordeel. “Dat is een moeilijke. Algemene waarheden zijn er in de psychologie amper, dus is nuance heel belangrijk. Thuisvoordeel zit hem soms in andere zaken dan de twaalfde man: een vertrouwde omgeving, de grasmat, de ballen, het comfort van het nest, de entourage…”, besluit Van Laethem, die vroeger zelf nog als voetballer bij Handzame in vierde klasse aan de slag was.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier