Racing Genk kijkt met plezier uit naar de terugkeer van Philippe Clement

Vorig seizoen vierde Philippe Clement nog de titel met Racing Genk. © belga
Frank Buyse
Frank Buyse Senior writer

Negen maanden na zijn vertrek als kampioenenmaker trekt Philippe Clement zondag opnieuw naar de Luminus Arena. Het wordt een heuglijk weerzien. “Club Brugge is al speciaal en nu is ‘Fille’ er ook nog bij”, zeggen teammanager Pierre Denier en T2 Domenico Olivieri, allebei anderhalf jaar heel close met Clement. Getuigen uit zijn ‘tweede thuis’: Denier moest de zwaantjes filmen en Olivieri moest vaak lachen met ‘dat klein kind’.

Hannes Wolf is in de hele spelers- en trainerscarrière van Pierre Denier bij Winterslag en Genk de … 36ste trainer waarmee de huidige teammanager werkt. Wel: “Philippe Clement behoort minstens tot de top vijf, wellicht zelfs tot de top drie van al die trainers.” Namen noemt allemansvriend Pierre Denier liever niet, maar het zegt veel over wat Clement na anderhalf seizoen als coach in Genk heeft achtergelaten. Domenico Olivieri, anderhalf jaar assistent-coach van Clement bij Genk, gaat nog verder: “Voor mij is hij, ook gezien de snelle evolutie van het vak, de beste met wie ik ooit werkte. De compleetste vooral. Zijn analyses, wedstrijdplannen, communicatie, controle over alles…”

Enorme winnaar

Ook omwille van de unieke resultaten – bekerfinale, 1/16de finales Europa League en landskampioen – die Clement er neerzette, zo vindt Denier. “Maar misschien nog belangrijker, omdat hij uit elke speler het maximum haalt. Kijk maar naar Clinton Mata bij Club. Naar Vanaken, naar Vormer… Clement kijkt nooit naar namen, hij durft ook bij Club jongeren kansen geven.” Denier heeft hem nog gekend als speler. Hij zag nauwelijks verandering toen de Antwerpenaar in december 2017 coach van Genk werd. “Het was als thuiskomen voor Fille. Hij kende hier nog heel veel mensen. Eigenlijk was hij nauwelijks veranderd. Ook als speler was hij al een leider die voor het bord de andere spelers aanwijzingen gaf. Een enorme winnaar, hé. In alles. Dat bleek al meteen op oefenkamp in Benidorm, hij kon zelfs geen spelletje padel verliezen. Hij won dus ook.”

Denier vergelijkt hem graag met Sef Vergoossen, kampioen met Genk in 2002. “Sef zei ook altijd: elk randfeit telt. Alles rond de ploeg dus. De velden, fitness, voeding, oefenkampen…” En indien het niet loopt zoals hij wil, kan hij lastig worden. “De kampioenenmatch op Anderlecht”, glimlacht Denier. “De politie-escorte die ons van het hotel naar het stadion moest brengen, daagde niet op. We zaten al snel vast op de Ring. Uiteindelijk kregen we in Wemmel wel het gezelschap van twee zwaantjes. Die reden amper 50 kilometer per uur, we dreigden te laat te komen. Philippe werd steeds nerveuzer. Dit kan toch niet?, riep hij. Hij gebood mij zelfs het te filmen, als bewijs indien het echt was misgelopen.”

“Ik moest die zwaantjes aan 50 per uur filmen!” (Pierre Denier)

Naast een steengoede coach, een winnaar en een perfectionist is hij ook een werkmier, weet Denier. “Toen Philippe bij ons kwam, vertrokken we meteen naar Benidorm op stage. Elke avond hield hij individuele gesprekken met de spelers. Vier spelers per avond, drie kwartier tot een uur per speler. Ik heb Philippe niet één keer na het diner in de bar van het hotel gezien. Hij was ook veelal als eerste op de club en ging als laatste weg. Indien nodig bleef hij overnachten in een flatje in Geel.”

Wederzijdse liefde

Maar bovenal is hij een peoplemanager. Olivieri: “Hij wil ook de mens achter elke voetballer kennen, hun familiaal leven en zo. Niet uit nieuwsgierigheid, maar om er desgevallend rekening mee te houden.” Denier: “Na het vertrek van Pozuelo maakte hij Trossard aanvoerder. Dat voelde hij heel goed aan. Met de staf gingen we regelmatig gaan eten, met de spelers teambuildings, vlotten bouwen, grote barbecues… Ik herinner me bijvoorbeeld nog enkele geweldige avonden in Lanklaar. Daar hield hij van.” En Genk hield van Clement. “Het is de pers die hem, vroeger meer dan nu, een grijs figuur noemde”, aldus Denier. “Omdat hij naar buiten uit altijd rustig was. Maar ik kan je verzekeren, onder elkaar, bij een glaasje champagne, was hij net heel warm en open. Met veel humor. Dat bleek ook op de kampioenenviering, toen hij daar zo vals begon te zingen. Hij kan er nu nóg om lachen. Wij ook. Mijn vrouw plaagt hem er elke weer mee: toe Philippe, zing nog eens voor ons. Nóóit meer, zegt hij dan.”

“De humor van Philippe in de kleedkamer was soms echt die van een klein kind”, schatert Olivieri. “Hij stak van alles uit. Indien een gsm afging, moesten koffiekoeken worden betaald. Dus zette hij maar stiekem het geluid aan van een gsm en belde dan naar dat nummer… Of vroeg hij bloedserieus aan een reporter met een micro waarop in koeien van letters Sporza stond: Ha, van VTM dus?”

Groot verlies

Uiteindelijk koos Clement op het einde van het seizoen voor Club Brugge. “Hij had er tien jaar gespeeld en was er zes jaar assistent. Voor een andere club was hij niet weggegaan”, meent Denier. “Wij wisten wat voor een groot verlies het zou zijn, Genk heeft er dan ook alles aan gedaan om hem te houden. Maar niemand heeft Philippe iets kwalijk genomen. Club was nog iets meer de club van zijn hart.” Maar Genk heeft er ook nog steeds een plaatsje: de Antwerpenaar komt ook dit seizoen nog geregeld samen met zijn staf van vorig seizoen. “We sturen elkaar regelmatig een berichtje”, aldus Olivieri. Zondag wordt het een hartelijk weerzien met héél Genk. “Iedereen is content Philippe hier terug te zien. Club Brugge is sowieso altijd al speciaal en nu met Philippe er bij…”

“Maar het zal zondag 90 minuten lang om de punten gaan”, weet Denier ook. “Wij moeten nog vol aan de bak om play-off 1 te spelen. Iedereen zal zich willen tonen.” Maar na zondag zal hun ex-coach opnieuw kampioen worden. Zo denkt Denier. “Ik geef een licht voordeel voor Club tegenover Gent.” Olivieri is dan weer vrij zeker: “Club kampioen. Het zou al heel raar moeten lopen, mocht dat niet het geval worden.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier