Het vroegere veld van KWS Houthulst wordt een woonwijk:“Kunstgrasveld was een vereiste om te verhuizen”

Erik Verbeure met zicht op het oude voetbalterrein van KWS Houthulst. Daar moet straks een volledig nieuwe woonwijk verrijzen. (foto MG)
Erik Verbeure met zicht op het oude voetbalterrein van KWS Houthulst. Daar moet straks een volledig nieuwe woonwijk verrijzen. (foto MG)
Redactie KW

Als je in het centrum van Houthulst door de Eugene de Grootelaan passeert, merk je tegenwoordig amper nog iets van het vroegere voetbalveld van KWS Houthulst. Op dit stuk grond van goed 11.000 vierkante meter, omarmd door de Broeders Xaverianenstraat, werd bijna een eeuw lang de geschiedenis van het plaatselijke voetbalgebeuren geschreven.

“De geschiedenis van Woudsport Houthulst gaat terug tot kort na de Eerste Wereldoorlog”, vertelt Erik Verbeure, die meer dan 33 jaar bestuurslid was van de club. “De broeders Xaverianen speelden toen een grote rol in de ontwikkeling van onze gemeente en daar was voetbal een belangrijke pijler van. In 1922 werd samen met enkele sportievelingen een voetbalploeg opgericht met als kleuren paars en oranje. Een kleurencombinatie die uniek is in het voetbal en verwijst naar de kerkelijke inspiratie van de stichters van toen. De eerste jaren werd er gespeeld op de Kouter in de weide van de familie Vanneste. Daarna stelden de broeders een stuk grond in de buurt van het klooster ter beschikking waarop tot eind 2018 gespeeld werd.”

Na de stopzetting van de competitie in november 1943 werd kort na de Tweede Wereldoorlog de draad weer opgenomen. “In die tijd was Houthulst op voetbalgebied een beetje the place to be ”, zegt Erik daarover. “Er waren op dat moment weinig ploegen actief in de streek, want clubs als Zarren, Merkem, Handzame, Jonkershove en zelfs Langemark bestonden toen nog niet. We hadden overal supportersclubs en er zijn hier destijds nog matchen gespeeld voor drieduizend toeschouwers.”

“Onze clubkleuren paars en oranje zijn een unieke combinatie in het voetbal”

“In die tijd was het voetbalgebeuren, en dat missen we nu in deze coronatijden een beetje, een wekelijkse ontmoeting waar de mensen een pintje kwamen drinken, en waar ze vooral stoom konden aflaten. Zo was de beleving op de oude site ook heel typerend voor onze ploeg. Er heeft hier altijd een soort fierheid geleefd van ‘wij zijn Houthulst en we gaan tonen dat we de beste zijn’. Ik herinner mij nog dat we in tweede provinciale spelden tegen het grote Knokke, waar Dennis van Wijk trainer was. Het veld lag er die dag echt slecht bij en op weg naar de kleedkamer had hij gezegd ‘er gaat hier vandaag niet gevoetbald worden’, maar er werd toch gespeeld. En we wonnen met 3-1, wat eens te meer aantoonde dat Houthulst een zeker thuisvoordeel had door de staat van het veld. De supporters zagen dat ook graag: spelers die vuil van het slijk van het veld kwamen en de truien die nat waren van het zweet …”

Erik Verbeure is eigenlijk afkomstig van Staden, waar hij zelf nog gevoetbald heeft. “Ik speelde ook nog bij Sleihage, dat toen nog een ploeg had en zetelde er ook in het bestuur. Toen ik in 1986 in Houthulst kwam wonen, werd ik al vlug aangesproken om te voetballen en in het bestuur te komen. We speelden toen dikwijls voor zeven- à achthonderd man en we besloten om een supportersclub op te richten. We gingen op zoek naar geschikte mensen en konden zo een sterke werking op poten zetten. Eén van de bekendste realisaties was de jaarlijkse verkiezing van Miss Woudsport, waar soms meer dan duizend man op af kwam en ook de jaarlijkse ploegvoorstelling voor aanvang van het seizoen kende heel wat succes.”

Café als kantine

“In mijn beginperiode hadden we nog geen kantine”, gaat Erik verder. “Recht voor de ingang was er toen een café dat werd uitgebaat door Georges Vandaele, die ook een populaire speler was. De mensen kwamen van het café naar het voetbal en aan de rust staken ze de straat over om een pintje te drinken. In 1978 werd de eerste kantine gebouwd. Later kwamen de eerste douches, maar die waren heel basic . Tot dan wasten de spelers zich nog in teiltjes met water uit de waterput. Stapsgewijs werd het sanitair verbeterd en toen er in 1997 een nieuwe kantine en douches kwamen, beschikten we over de beste accommodatie van de streek, wat dan weer voor een zekere trotsheid naar buiten toe zorgde.”

Verkaveling

“Ondertussen was er al een aantal jaren sprake van het verkavelen van het voetbalveld, maar voor mij kon dat enkel als er iets met meerwaarde, en dat was een kunstgrasveld, in de plaats kwam. Acht jaar geleden kon de stap naar dat kunstgrasveld niet gezet worden, zodat we hier bleven voetballen. Bovendien had een groot deel van het bestuur ook niet echt veel zin om de oude site te verlaten. Drie jaar geleden werd dan toch een opening gevonden om op de vrijetijdscampus aan de Paardendreef een kunstgrasveld aan te leggen. Geleidelijk aan was men ook gaan inzien dat verder voetballen op bouwgrond niet meer evident was. Uiteindelijk is alles zonder veel weerstand kunnen passeren en in januari zal het twee jaar zijn dat we volledig verhuisd zijn naar de vrijetijdscampus, waar de club kan pronken met een kwaliteitsvolle accommodatie die nog verschillende jaren zijn nut zal bewijzen.”

“Kort na de volledige verhuis is men begonnen met de verkaveling van het oude terrein”, zegt Erik. “Als je het niet weet, kun je nooit vermoeden dat hier nog gevoetbald werd. Van de oude site zijn enkel nog de afsluiting en de ballenvangers achter het doel aan de straatzijde blijven staan. Voor de rest is alles met de grond gelijk gemaakt om plaats te maken voor een woonproject van 35 woningen. Ondertussen is men ook bezig met het bouwen van de wijk. Het hoekhuis is bijna klaar en men is ook al begonnen met een aantal andere woningen. Als alles volgens plan verloopt, zullen de eerste bewoners tegen eind volgend jaar hun intrek kunnen nemen. Het is ook de bedoeling om dan samen met hen een campagne op te zetten om dit woonproject in de kijker te plaatsen.” (PB)