2 x 7 vragen aan Clinton Mata: de vrolijke nummer 77 van Club Brugge

Clinton Mata: "Ik kan nergens beter zitten dan bij Club Brugge." © Kris Van Exel
Frank Buyse
Frank Buyse Senior writer

Toen Clinton Mata in 2018 voor Club Brugge tekende, liep Wesley al rond met het nummer 7 op zijn rug. Waarop de Belgisch-Angolese verdediger voor het rugnummer 77 koos, hij voegde er gewoon zijn geboortedag aan toe: 7 november 1992. Vorig seizoen werd Mata (27) bij de landskampioen verkozen tot Speler van het Jaar en hij verlengde zonet zijn contract tot 2024. Op de vooravond van de topper tegen Anderlecht (waar hij zelf bijna speelde): 7 voetbalvragen en 7 persoonlijke vragen aan de vrolijkste nummer 77 van Westkapelle en omstreken. “Mijn verhaal bij Club Brugge is nog niet af.”

Speler van het Jaar, Club Brugge 2019-2020

“Alleen jammer dat we het de dag waarop het werd bekendgemaakt niet uitgebreid konden vieren door de lockdown. Maar mijn familie, mijn pa voorop, was wel héél trots. De beste speler van een kampioenenploeg, met Gouden Schoenen als Vanaken en Vormer… C’était fou! Natuurlijk dankte ik die verkiezing aan de goede prestaties van de hele ploeg, maar het was toch een beloning voor de speler die zich bij de jeugd bij Visé en Eupen, en zelfs later bij Charleroi, altijd moest bewijzen. Toen ik in tweede klasse voetbalde, had niemand gedacht dat ik ooit bij Club Brugge zou spelen, laat staan dat ik er zou worden uitgeroepen tot beste speler. Het is alleen gelukt door keihard te werken. Ik hoop dat het veel jonge spelers kan motiveren.”

RSC Anderlecht

“Dat Club-Anderlecht zondag eindelijk opnieuw een topper is tussen twee titelkandidaten, betwijfel ik. Dat gaat niet zo snel. Anderlecht won de voorbije jaren niets meer en maakte een moeilijke periode door. De ploeg is helemaal geherstructureerd en was lange tijd op zoek naar een nieuwe filosofie. Dan vraagt het meer tijd om weer titelkandidaat te zijn. Het wordt in elk geval een eerste serieuze test en waardemeter voor hen, na Cercle Brugge, Waasland-Beveren en Eupen.”

“Ik had komende zondag in paars-wit shirt kunnen spelen, ja. Twee jaar geleden toonden zij ook concrete interesse. Had Anderlecht zich toen even enthousiast als Club getoond, ik speelde in Brussel. Dan had ik het afgelopen jaar al veel miserie meegemaakt, klopt. Maar Club toonde veel meer liefde. Ze wilden mij er absoluut bij, dat was het grote verschil. Club bleek ook de perfecte keuze. De cultuur en de mentaliteit van de club zijn mij op het lijf geschreven. No sweat, no glory. Knokken, altijd doorgaan.”

Hertha Berlijn

“Haha, Hoffenheim en Bayer Leverküsen toonden deze zomer ook interesse, maar Hertha Berlijn was echt heel concreet. Hun technisch directeur liet duidelijk verstaan dat ze me wilden. Ze hebben Club Brugge gecontacteerd en wilden financiële inspanningen doen. Het interesseerde mij ook wel, de Bundesliga is mijn favoriete competitie. Er was trouwens ook interesse uit Engeland, van Fulham. Maar Club had al eerder de intentie mijn contract te verlengen en we kwamen snel tot een overeenkomst. Logisch, (spreidt enthousiast de armen en schalt:) I’m happy here! (richt zich tot Lisa aan de receptie). Lisa, I stayed for you! (schatert) Neen, serieus, ik heb de pro’s en de contra’s afgewogen en heb besloten dat ik nergens beter kan zitten: een topclub die al vijf jaar de Belgische competitie domineert en elk jaar Europese stappen zet. Ik zeg je: mijn verhaal hier is nog niet afgelopen.”

R Antwerp FC

“Onze slechte start begon met die bekerfinale, daarna volgden ook nog nederlagen tegen Charleroi en Beerschot. Tja, hoe verklaar je dat? We hadden blijkbaar een paar lesjes nodig. We zijn oververdiend kampioen geworden op basis van onze regelmaat, goed voetbal en de samenhang in de ploeg. Maar we waren blijkbaar die zaken die ons kampioen hadden gemaakt, onbewust wat vergeten. Waarop de coach ons duidelijk heeft gemaakt dat we aan een nieuw hoofdstuk moesten beginnen. In de eerste helft in Genk was het terug, hoe we toen meteen druk zetten. Daar werden we weer het Club van vorig seizoen.”

De Machine

“Het is mijn favoriete bijnaam. Ik ga altijd voluit, ook op training. Ik ben dan misschien wel een zacht persoon, maar eenmaal op het veld ben ik een machine, een vechtjas die met niemand medelijden heeft. Dan telt alleen presteren. Ik beschouw het voetbal als een jungle waarin alleen overleven telt. En toch heb ik niet de reputatie van een snoeiharde verdediger, ik maak zelden of nooit zware fouten en pak nauwelijks kaarten. Maar ik ben wel fanatiek als ik die bal wil.” (lacht)

(lees verder onder de foto)

Clinton Mata: de Machine.
Clinton Mata: de Machine.© Kris Van Exel

“Ik zit ook vaak in de fitness, ik wil fysiek het maximum kunnen brengen. Ja, het klopt dat ik ook op dat vlak steeds meer mijn limieten opzoek. Vorig seizoen haalde ik in een sprint tegen Kylian Mbappé mijn recordsnelheid: 37,7 kilometer per uur. Dat ik de volgende match tegen Standard geblesseerd uitviel, was het gevolg. Mijn spieren waren overbelast. Al haal ik op training regelmatig 35 per uur, hoor. En dat ik soms dicht zit bij een 60 VO2 Max (maximaal zuurstofopnamevermogen, red.) is misschien straf, maar ik wil evolueren naar 62, 63 of zelfs 65. Dat is een kwestie van nog harder trainen.”

Aanvaller

“Ja, het klopt dat ik pas bij Charleroi werd omgeturnd tot verdediger. Daarvoor, bij de jeugd van Visé en Eupen, speelde ik op haast alle posities. Eerst lange tijd als aanvaller en dan steeds meer achteruit, links en rechts, op het middenveld, achteraan… Ik speelde eigenlijk overal. Pas onder Felice Mazzu werd ik definitief een flankverdediger.”

“Ik weet nog dat Mazzu toen dreigde mij aan de leiband te leggen, want aanvankelijk waren mijn offensieve impulsen iets te groot. Ik heb achteraf wel altijd gezegd dat mijn ervaring als aanvaller een groot voordeel was omdat ik beter kan anticiperen, ik dénk nog vaak als een aanvaller. Maar ik moet zeggen dat ik intussen wel veel liever verdediger ben. Absoluut! Niet dat het gemakkelijker is, maar ik voel nu eigenlijk dezelfde sensatie bij het terughalen van een doorgebroken spits als toen ik als aanvaller een goal maakte. Raar, hé?”

Champions League

“Zo belangrijk dit jaar voor Club! De groepsfase overleven, was al van voor het seizoen de ambitie van zowel de club als de spelers. Het haalt van beiden de status en de waarde naar boven. Ik ben hier intussen al in mijn derde jaar, ik deed Europees al veel ervaring op en vorig seizoen was het net niet, nu moet het wel lukken. Daarom ook hoopte ik op een haalbare loting. Niet op een grote naam. Komaan, vorig speelde ik al tegen en op Real Madrid, de grootste club ter wereld. Groter kan toch niet meer? Zo ver mogelijk doorgaan, dat telt voor mij.”

God

“Het klopt dat ik elke dag God bedank voor het leven dat ik mag leiden. Ik dank hem voor veel: dat ik gezond ben, dat ik adem… Want Hij beslist daarover, niet wij. Hij waakt over ons. En ik bedankte hem ook toen we kampioen werden en ik Speler van het Jaar werd. Ik bid ook vaak en lees regelmatig de bijbel. Ik respecteer elke opinie, elk geloof en elke atheïst, maar ik ben nu eenmaal diepgelovig. Wat ik al bereikt heb in het leven, heb ik niet alleen gedaan, maar dank ik ook aan Hem. Dat is geen houding, dat zit in mij. Ik ben dan wel iemand die de hele dag blijgezind is en lacht en grappen maakt, dát zit ook diep in mij.”

Maldegem

“Ja, de helft van de ploeg woont in het mondaine Knokke, maar ik woon zelf als vrijgezel liever in het landelijke Maldegem. In mijn huisje in het dorp, met een klein tuintje. Niks tegen Knokke hoor, ik vind het er best leuk en je kan er beter eten dan in Maldegem. (lacht) Ik bezoek ook graag de Brugse restaurants, maar ik zoek nu eenmaal liever de rust op. Dat kreeg ik al mee van mijn kinderjaren, mijn geboortedorp Battice nabij Verviers was ook zo kalm. Ik hou van de mentaliteit in een dorp, toch verschillend van de stad. De mensen kennen me er wel en groeten me, maar vallen mij er niet lastig.”

De liefde

“Mijn moeder vraagt het mij ook altijd: wanneer komt er eens een goed lief? (schatert) Mijn zus is twee jaar jonger en heeft al een kindje, maar mama wil nog kleinkinderen. (ernstig) Maar daarvoor moet ik dus eerst een goede vrouw vinden. Een onenightstand is voor een voetballer misschien gemakkelijk, maar dat is niets voor mij. Hoeveel voetballers laten zich daar niet aan vangen? Ze maken verkeerde keuzes en zitten dan plots met een kind. Neen, ik wil een goede vrouw, iemand die achter jou kan staan. Dat komt nog wel, toch zeker voor mijn 30ste. (lacht) Maar ik ben zeer selectief. Ze moet aan een aantal criteria voldoen: de juiste waarden en principes hebben, respect hebben en evenwichtig en eerlijk zijn.”

(lees verder onder de foto)

Clinton Mata over de liefde:
Clinton Mata over de liefde: “Mijn moeder vraagt wanneer ik een lief zal hebben.”© Kris Van Exel

“Maar pas op, ik ben graag alleen. Dat ben ik nu al een hele tijd gewoon, al van mijn 21ste. In het begin vond ik het wel moeilijk, ik voelde mij wel eens eenzaam. Maar intussen leef ik bijna als een robot, het is een mechanisme geworden. Ik kom thuis, eet en beslis dan of ik nog even weg ga. Daar moet ik aan niemand toestemming voor vragen. Het zal toch een aanpassing vergen.”

Deejay

“Ja, ik speelde DJ op het lockdown-kampioenenfeestje van Club, maar ik ben heus geen échte DJ. Ik draai thuis geen plaatjes of zo. Ik hou ook niet speciaal van techno of hiphop, ik ben gewoon gek op alle muziek. Dan kom ik thuis, ga ik in mijn zetel zitten en kan ik uren luisteren waarbij ik de hele tijd meezing. Maar er moet wel een melodie in zitten. Luister, man, dit is mijn absolute favoriet. Hier droom ik helemaal van weg.” (haalt gsm boven en zweeft helemaal weg bij Metallica’s Nothing Else Matters)

Piano

Ohlalala… Hoe weet je dat? Ik volgde pianolessen, ja. Ik ben ook gek van klassieke muziek. Zoals van Andrea Bocelli. (haalt weer gsm boven en zingt met gesloten ogen luid en intens gelukkig Con te Partiro mee) Eigenlijk wilde ik liever viool leren spelen, maar dat is nog moeilijker. Toen men me zei dat het wel vier jaar duurt vooraleer je viool kan spelen, heb ik gekozen voor piano. Na zes maanden had ik dat al in de vingers. Ik volgde pianolessen, maar dat is stilgevallen door de lockdown. Annemie, de dame die mij les gaf, is al iets ouder en ze durfde de draad niet terug op te pakken na de lockdown. Maar ik ga zeker zo snel mogelijk hervatten. De dag dat ik er klaar voor ben, geef ik een recital voor alle supporters van Club. Op de middenstip van Jan Breydel, ja!” (schatert)

Metser

“Echt, indien ik geen voetballer was geworden, was ik metser geworden. Niet zozeer omwille van het zware, fysieke werk waar ik van hou, maar huizen bouwen vond ik altijd al fascinerend. Ik had daar geen lego-blokjes voor nodig, ik keek vooral graag naar huizen. Toen ik nog op school zat, droomde ik ervan verder te studeren in die richting. Na mijn carrière bouw ik misschien toch wel eens zelf een huis. Of ga ik er tenminste aan mee helpen.”

Black Lives Matter

“Dat zegt mij evenveel als jou en iedereen. Elk leven is belangrijk. Zo’n beweging is noodzakelijk zolang er racisme bestaat. Ik ben Angolees van oorsprong, voetbalde in Wallonië en Vlaanderen… Natuurlijk maakte ik ook wel eens racisme mee. Vooral als jeugdvoetballer dan. Later had ik er niet zoveel last van en ik ben ook niet het type dat meteen op de barricaden springt. Wat Romelu Lukaku doet is zeer ok, maar ik voel me minder activist. Tijdens een match ben ik nog nooit met racisme geconfronteerd geweest. Ik ga me ook niet snel mengen in grote maatschappelijke discussies. Ik probeer op mijn manier een voorbeeld te zijn van verdraagzaamheid. Maar zo’n beweging is vooral belangrijk voor onze kinderen, voor de volgende generatie, dat ze er niet meer mee geconfronteerd wordt. Zij moeten beseffen dat racisme echt niet normaal is.”