Michael Bultheel hoopt in Rio de Janeiro vooral eigen grenzen te verleggen

© BELGA
Michael Bultheel
Michael Bultheel Atleet uit Lendelede

Hordenloper Michael Bultheel wil in Rio zijn beste wedstrijd ooit lopen. Maar na de recente dopingonthullingen maakt hij zich weinig illusies, daarom hecht hij ook niet bijster veel belang aan zijn plaats. “Ik wil enkel mezelf verbeteren.”

“Op het moment van dit schrijven zijn er exact nog 66 dagen te gaan tot de Spelen in Rio van start gaan. Ik schrok heel even toen ik het naging, de laatste maanden zijn echt voorbij gevlogen en 66 dagen lijkt nu plots zo héél dichtbij, ik ben ooit nog eens langer dan dat op trainingsstage in Australië gegaan. 66 dagen betekent ook, als je het over een periode van 4 jaar bekijkt, dat de laatste rechte lijn nu echt wel ingegaan is. Het doel komt bij wijze van spreken in zicht. Er wordt me af en toe gevraagd wat míjn exacte doel nu is. Dat is héél eenvoudig: mijn beste wedstrijd ooit lopen.”

“Geraakt de sport ooit nog uit deze vicieuze dopingcirkel ? Ik vrees ervoor !”

“Hoeveelste ik hier mee dan uiteindelijk eindig, heeft voor mij nog heel weinig betekenis. De laatste 2 jaar ben ik namelijk mijn naïviteit volledig verloren. Waar ik vroeger dacht dat dopinggebruik een eerder marginaal fenomeen was (we werden toch allemaal streng gecontroleerd ?), hebben de recente ontluisterende onthullingen over overheid gesubsidieerde dopingsystemen, een tot op het bot corrupte internationale atletiekfederatie en de complete afwezigheid van controles buiten competitie in een groot aantal landen mij helaas tot inkeer doen brengen. Ik sta dan ook niet meer aan de startlijn om beter te lopen dan iemand anders (want is hij wel clean of niet?), maar om beter te lopen dan mezelf. Dit is trouwens één van de basisprincipes in de motivationele sportpsychologie: taak- en niet ego-georiënteerd denken, waarbij je tracht te focussen op het proces en niet op het eindresultaat. Dit helpt me alleszins om echt te genieten van mijn ‘Road to Rio’, maar ik besef dat ik gemakkelijk praten heb.”

Mijn leven staat of valt niet met wat mijn uiteindelijke resultaat in Rio zal zijn. Hoewel financieel een belangrijke aderlating (het merendeel van mijn vrienden studeert deze zomer af als arts-specialist, ik heb nog bijna 4 jaar te gaan), heb ik toch de zekerheid van een vaste job, wat de meeste collega-atleten niet kunnen zeggen. Voor hen wordt dit resultaat dan natuurlijk veel belangrijker, want rechtstreeks gecorreleerd met hun inkomen. Wat natuurlijk de cirkel rondmaakt, want hoe meer je levensonderhoud op het spel staat, hoe meer je geneigd zal zijn om er alles aan te doen om dit te verzekeren. Ook doping nemen. Zeker als de huidige perceptie is dat nagenoeg iedereen aan het spul zit. Geraakt de professionele sport ooit uit deze vicieuze cirkel ? Ik vrees ervoor.”