‘Mama Meesseman’ en ‘Mama Mestdagh’ kijken uit naar de Spelen met hun Belgian Cats: “Dit moet hét hoogtepunt van hun carrière worden”

Sonja Tankrey, mama van Emma Meesseman, en Jo Baert, mama van Kim en Hanne Mestdagh. © Joke Couvreur
Philippe Verhaest

Historisch wordt het. Voor het eerst in hun geschiedenis hebben de Belgian Cats zich gekwalificeerd voor de Olympische Spelen, maar een volksverhuizing richting het land van de Rijzende Zon zal het niet worden: door de strenge coronamaatregelen zijn buitenlandse supporters niet welkom. Dat laten Jo Baert, mama van Kim en Hanne Mestdagh, en Sonja Tankrey, mama van Emma Meesseman, niet aan hun hart komen. “We zullen met plezier in het holst van de nacht opstaan om voor de televisie onze dochters aan te moedigen.”

Wanneer we in Ieper, de thuisstad van een flink deel van onze Belgian Cats, met Jo Baert (61) en Sonja Tankrey (61) aan tafel schuiven, is het Europees kampioenschap volop bezig. Daar misten Kim (31) en Hanne Mestdagh (28), Emma Meesseman (28) en de rest van het talentvolle team op een seconde na de finale, maar kaapten ze wel brons weg.

Een nieuw stukje eremetaal om aan hun stilaan indrukwekkende erelijst toe te voegen. Ook in 2017 keerden ze na het EK met een bronzen plak naar huis, een jaar later werden ze vierde op het WK. En vorig jaar werden de Cats uitgeroepen tot Ploeg van het Jaar, terwijl coach Philip Mestdagh – de man van Jo – Coach van het Jaar werd en Emma Meesseman tot Sportvrouw van het Jaar gekroond werd.

En nu volgen voor het eerst de Olympische Spelen, de absolute hoogmis voor elke topsporter. “Dit moet het hoogtepunt van hun carrière worden”, klinkt het bij de mama’s unisono. “En ze verdienen het ook. Onze dochters en hun teamgenoten werken kei- en keihard.”

Jullie zijn allebei echte basketmama’s. Hoelang al domineert de sport jullie leven?

Jo: “Sinds het prille begin, denk ik. Al mijn hele volwassen leven vormt basketbal de rode draad doorheen ons gezin. Naast Kim en Hanne, speelt ook onze zoon Robin (33), bij Basket SKT Ieper. En mijn man Philip is er 24 uur per dag mee bezig.” (glimlacht)

Sonja: “Dat is bij ons niet anders. Ik heb zelf zeventien jaar gebasket en ook onze zoon Thijs (26) speelt bij SKT. We zijn allebei sportieve gezinnen, maar hebben onze kinderen eigenlijk nooit richting de basketwereld geduwd. Welke sport ze kozen, was ons om het even. Maar we hebben er wel altijd op gehamerd dat ze hun jaar afmaakten.”

Maar basketbal kwam al snel bovendrijven…

Jo: “Kim was ook een goeie turnster en kon in het zwembad eveneens haar plan trekken. Maar basket was hors catégorie.”

Wanneer hadden jullie door dat jullie dochters net dat tikkeltje extra hadden?

Sonja: “Och, dat heeft nog vrij lang geduurd. Onze Emma was al snel erg groot voor haar leeftijd en kwam daardoor wat slungelachtig over, maar net als Kim en Hanne was ze eigenlijk redelijk goed in elke sport die ze beoefende. Ik denk ook dat het groepsgevoel een rol gespeeld heeft. Basketten doe je niet alleen.”

Ouders van sportende kinderen worden ‘s avonds en in het weekend vaak een veredelde taxichauffeur. Jullie ook?

Jo: “Ik ben zelfs aan 90 procent beginnen werken, om alle kinderen op tijd op hun trainingen en wedstrijden te krijgen. Het was vaak een krachttoer om die puzzel week na week in elkaar te laten vallen. Ik denk dat ik een paar auto’s heb versleten, tussen al die trainingssessies in. Maar met de glimlach. Voor je kinderen doe je alles.”’

Sonja: “Het basketverhaal heeft ons ook mooie dingen opgeleverd. Jo en ik zijn nu erg goeie vriendinnen, maar als onze dochters niet hadden gebasket, dan hadden we elkaar waarschijnlijk nooit leren kennen.”

Jo: “Dat klopt. Nog even over die autoritten… Toen onze dochters nog jonger waren, moesten we ze vaak al het hele land rondvoeren. Maar een GPS was toen nog een exotisch hulpmiddel en dus niet beschikbaar. Hebben wij getjoold, met de wegenkaart in de hand!”

Hoe trots zijn jullie op de carrière van Emma, Kim en Hanne?

Jo: “Dat kan je niet in woorden omschrijven. Ik denk ook dat we nog altijd niet ten volle beseffen wat onze dochters allemaal aan het presteren zijn. We worden als het ware meegezogen in hun verhaal.”

Sonja: “We zijn trouwens trots op ál onze kinderen, hoor. Welke weg ze ook inslaan. Maar wat de huidige lichting Belgian Cats aan het presteren is, daar moeten we collectief onze hoed voor afdoen. Ze hebben er eigenhandig voor gezorgd dat vrouwenbasketbal veel en veel populairder geworden is in ons land.”

Jo: “Ik weet nog dat we een interland in Antwerpen bijwoonden en de zaal gevuld was met de spreekwoordelijke drie man en een paardenkop. Nu lopen de tribunes, in niet-coronatijden, met gemak vol. Het Cats-effect.”

Sonja: “Weet je wat het leukste is? Wanneer je kindjes hoort zeggen dat ze fan zijn van Emma, Kim of Hanne. Daar doe je het toch voor, denk ik.”

Zien jullie de dochters nog vaak in levende lijve?

Jo: “Als we elkaar veertien dagen per jaar fysiek zien, zal het al veel zijn. De interlandbreaks in februari en november zijn daarvoor wel een zegen. Dan zijn ze weer even in het land.”

Sonja: “Het gekke is: vanaf het moment dat Emma opnieuw thuis is, is het alsof ze nooit is weggeweest. Dan valt het leven weer in zijn gewone plooi.”

Jo: “Het enige wat je niet kan uitschakelen, is dat basket altijd en overal het gespreksonderwerp bij uitstek is. Hier aan de keukentafel gaan Hanne en Kim dan met Philip in discussie over welke tactiek er gehanteerd moet worden…”

Hoe zit het met de speciale wensen wanneer ze eindelijk nog eens thuis zijn?

Sonja: “Eén constante: lekker eten. Dan gaat de barbecue aan of tover ik witloof met hespenrolletjes in kaassaus op tafel.”

Weet je wat het leukste is? Als je kindjes hoort zeggen dat ze fan zijn van Emma, Kim of Hanne

Jo: “Idem dito. Philip achter de barbecue, of een lekkere groentelasagne. Heerlijke momenten zijn dat. Of we gaan samen een pannenkoek eten op de Grote Markt van Ieper. Daar smul ik van. Letterlijk en figuurlijk. En af en toe moet Emma dan selfies uitdelen. Ieper is trots op haar.”

Jullie dochters zijn stuk voor stuk absolute toppers in hun vak. Moet je hen soms nog moed inspreken?

Jo:(glimlacht) “Allesbehalve, maar een moederinstinct is ontembaar, hé. Zo vraag ik Kim en Hanne vrijwel altijd of ze wel goed hebben kunnen slapen. Tips voor de match, daar waag ik me niet aan.”

Sonja: “Ik stuur Emma vaak een sms’je om ze succes te wensen, maar advies hoe ze een match moet aanpakken, daar waag ik me ook niet aan. Als ik dat doe, krijg ik al snel te horen dat ik haar mama ben, niet haar coach.”

Jo: “Het valt me op hoe bescheiden ze blijven. Typisch West-Vlaams, zeker? Doorzetten en werken.”

Op 23 juli gaan de Olympische Spelen van start. Maar zonder mama Jo en mama Sonja in de tribunes…

Jo: “Vorig jaar was alles geregeld om naar Tokio af te reizen. Maar toen kwam corona… En ook dit jaar is het niet mogelijk om als buitenlandse fan de Spelen fysiek mee te maken. Niet-essentiële reizen van en naar Japan zijn nog steeds niet aan de orde.”

Sonja: “Ergens nijpt het wel dat we er niet bij zullen zijn. Dit is een unicum, hé. Hét hoogtepunt van hun carrière. We reizen onze dochters regelmatig achterna en ontdekken dan altijd de stad of streek waar ze spelen. Dat zal nu niet mogelijk zijn.”

Jo: “Dan maar voor de televisie. Voorlopig spelen onze Cats twee keer om 21 uur en één keer om drie uur ‘s nachts. Dan zetten we de wekker en kruipen we in het holst van de nacht voor onze televisie. Om Kim, Hanne en Emma vooruit te schreeuwen.”

Hoe zullen ze het doen?

Sonja: “Vraag je ons nu om een pronostiek? Daar wagen we ons niet aan. Laten we hopen dat ze héél lang in Japan mogen blijven, en wie weet brengen ze wel olympisch eremetaal mee naar huis. We zien wel hoe het tornooi verloopt.”

Jo: “Hier in Ieper zullen in elk geval twee zeer grote supporters zitten. Dat staat wél al vast.”