Bernard Bode is de drijvende kracht achter VK Iebac: “Ik ben hier vrijwel iedere dag aanwezig”

Bernard Bode zet zich al 50 jaar met hart en ziel in voor VK Iebac. © TOGH
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

Al meer dan 50 jaar is Bernard Bode (70) de drijvende kracht achter VK Iebac. Na al die jaren blijft hij zich iedere dag inzetten voor de Ieperse basketbalclub. “Op het moment dat je je engageert in een sportclub, doe je dat voor iedereen”, vertelt Bernard, die terugblikt op de tumultueuze aankoop van de sportzaak, de successen en de moeilijkheden voor zijn club.

Wie de zaal en kantine van VK Iebac in de Crescendostraat betreedt, wordt terug gekatapulteerd naar de vorige eeuw. De toiletten buiten, de asbest golfplaten, de trofeeën in de stoefkast … Bernard Bode voelt er zich als een vis in het water. Al meer dan 50 jaar is de site zijn tweede thuis. “Rang of stand spelen hier geen rol. Iedereen is gelijk. Veel clubs hebben een sponsoravond, onze sponsoravond is een zak frieten of een belegd broodje”, typeert de voorzitter zijn club.

U noemt de club uw tweede familie?

“Ik heb mijn vrouw leren kennen op een oudejaarsavond van Iebac. Jan (Vandenhove, red.), de secretaris, is mijn schoonbroer. De anderen zijn geen bloedverwanten, maar evengoed familie. Alles wat je ziet, hebben we met onze eigen handen gebouwd.”

Dit jaar is het 40 jaar geleden dat jullie de zaal kochten. Dat zorgde voor heel wat commotie?

“Iedereen noemde het de Athlonzaal, maar dat was de zaal van de paters Capucienen. De paters wilden de zaal verkopen. De nieuwe sportzaal in de Leopold III-laan was niet toereikend voor drie clubs en we wisten dat we uit de boot gingen vallen. Ik herinner me die donderdag goed. We hadden tot middernacht om te beslissen. Vijf minuten na middernacht komen we buiten bij de paters en is de zaal eigendom van VK Iebac. Consternatie bij de anderen. Diezelfde nacht lieten we een deurwaarder komen om vast te stellen wat bij het gebouw hoorde. ‘s Morgens rijden er zeven camionetten op om alles wat niet vastzat mee te nemen. Gelukkig hadden we onze voorzorgen genomen, maar dat heeft veel kwaad bloed gezet.”

Is die vete er nog steeds?

“Bij de oude garde zeker. Ze moesten eigenlijk kwaad zijn op zichzelf omdat ze niet wilden samenwerken. Het is nu beter, maar een jaar of acht geleden kwam er een jeugdploeg van Melco hier spelen en die gastjes mochten van hun begeleiders niet binnenkomen in de kantine. Ze moesten in de sluis blijven staan. Hoe kortzichtig kun je zijn?”

Hebt u er zelf nadeel van ondervonden?

“Toen papa (oud-schepen en erevolksvertegenwoordiger Marcel Bode, red.) stopte, ging ik waarschijnlijk in de politiek gegaan zijn mocht ik niet bij Iebac zitten. Op het moment dat je je engageert in een sportclub, doe je dat voor iedereen. Of ze groen, geel, blauw of rood zijn, dat speelt voor mij geen rol. Ieder kind moet zich hier kunnen amuseren, los van de strekking van de ouders. Dat heeft ondertussen al veel paadjes geëffend. Nu is er bijvoorbeeld een nieuw bestuur aan de macht, maar de verstandhouding is heel goed.”

Wat was uw drijfveer om u hiervoor te engageren?

“In 1990 werd ik ziek. Onze kleinste, Bernard Junior, was anderhalf jaar oud, maar ik kon hem niet meer opheffen. Ik was 49 kilo vermagerd. In het ziekenhuis in Leuven zei ik: als ik het geluk heb om erdoor te geraken, dan zal ik mijn vrije tijd spenderen aan de jeugd. Ik ben hier vrijwel iedere dag. Enkel de zondagnamiddag is heilig voor mij.”

Bent u een voorzitter die zich ontfermt over de jeugd?

“We zijn familie. Als ik weet dat iemands mama ziek is, dan zal ik niet nalaten om op training eens te vragen of het al beter is. Een tijdje geleden begon ik te merken dat er drugs gebruikt werden in de buurt van de zaal. Ik ben toen drie maanden dag en nacht komen kijken. Stel je voor dat die vuiligheid in je club komt. We hebben gevallen gehad. Zo belde ik eens naar een moeder om te vragen waarom haar 16-jarige zoon niet meer naar de trainingen kwam. Ze viel uit de lucht en zei dat hij iedere week kwam trainen. Wat bleek: hij zat aan de drugs. Ik heb me dan over hem ontfermd en de sleutel van de zaal gegeven, zodat hij naar hier kon komen om te shotten.”

Het voorzitterschap is meer dan het runnen van de club?

“Je hebt ook het beheer van de zaal, administratie, facturen … Om geld in het laatje te krijgen, organiseren we iedere maand een activiteit: een eetfestijn, koekenverkoop… Het probleem is wel dat ik een bepaalde leeftijd begin te bereiken, maar we gaan niet wanhopen. Zo lang we kunnen, doen we voort. Is er morgen iemand die zich presenteert als perfecte kandidaat, dan zal ik geen twee minuten twijfelen om de fakkel door te geven.”

Hoe krijgt u de rekening in balans?

“Door hard te werken en creatief te zijn. Toen we de zaal kochten, hebben we allemaal borg gestaan met ons eigen huis. Mochten de vrouwen dat geweten hebben, dan denk ik dat er veel scheidingen zouden zijn geweest. Dat schept wel een band. Als er iets moest gedaan worden, dan stond iedereen hier wel. Dat zijn van die kleinmenselijke dingen die het DNA van je club uitmaken.”

Zou u zonder de club kunnen?

“Als directe vraag is dat moeilijk te beantwoorden. Je bent er zodanig mee vergroeid. Als je ziek bent, kan je niet anders. Van eind november tot begin januari was ik buiten strijd, maar ze hebben het hier allemaal perfect kunnen bolwerken zonder mij. Je realiseert je dat je toch niet onmisbaar bent.”

Bent u een trotse Ieperling?

“Zeker. Mijn ouderlijk huis ligt in de Slachthuisstraat, zelf heb ik gebouwd in de Fazantenlaan. We zijn allemaal fiere Ieperlingen en we steken dat niet weg. Als ik hoor dat iemand van Ieper is, dan voel ik toch altijd een soort verbondenheid. Onlangs ben ik met Jan Durnez en Paul Breyne naar de tentoonstelling van Louise Dehem gaan kijken. Dat was prachtig om te zien, maar ik vond het raar dat we in het College nooit iets van haar gehoord hadden. Nochtans is ze een Ieperlinge om te koesteren.”

BIO Bernard Bode

Privé: Bernard Bode werd geboren in Ieper op 20 maart 1952, als zoon van Marcel Bode en Elisabeth Vanhoutte. Hij is getrouwd met Niki Vandenhove.

Loopbaan: Bernard begon als stagiair gerechtsdeurwaarder bij meester ‘t Kindt in Menen. Toen het kantoor moest worden stopgezet, waagde hij de overstap naar de energiesector. Eerst bij Gaselwest als promotor gas en elektriciteit, later bij Electrabel als contactpersoon voor de aardgasinstallateurs en ten slotte als energiespecialist bij Eandis.

Vrije Tijd: Bernard Bode is al 50 jaar voorzitter van VK Iebac. Hij vertoeft ook graag in Koksijde.