Belgische topcoach in Zwitserland: op bezoek bij Jan Callewaert

Redactie KW

Voor onze rubriek ‘doorgevraagd’ trekken we deze week op buitenlands avontuur. Wevelgemnaar Jan Callewaert (44) groeide op in Sint-Eloois-Winkel en week later uit naar Namen. De basketbalcoach verhuisde een jaar geleden met zijn gezin naar het Zwitserse Fribourg. Daar werd hij met succes trainer van het damesteam en hoofd van de jeugdopleiding. Die keuze heeft hij zich nog niet beklaagd, want hij pakt er tal van prijzen: “Ik heb hier op één jaar tijd een enorme vooruitgang geboekt.”

1. Je bent nu een jaar aan de slag bij Fribourg. Hoe kwam men bij jou terecht?

“Ik beschik naast de nodige diploma’s op Belgisch niveau ook over een Europees FIBA-diploma. Daarvoor volgde ik opleidingen in Italië, Turkije en Oekraïne. Als er een mooi buitenlands voorstel op mijn weg kwam, wilde ik er zeker over nadenken. Dan besliste mijn vorige club Waregem om er in Eerste Nationale mee op te houden. Mijn manager zette mijn cv op Eurobasket en al snel kwam Fribourg op de proppen. Dan heb ik niet lang meer getwijfeld.”

2. Wat ontbrak er om een historische quadrupel binnen te halen?

“Van de vier mogelijke prijzen (Supercup, ligabeker, Swiss Cup en titel) grepen we enkel naast de beker. In de finale kenden we een collectieve offday en verloren we met twee punten verschil tegen een sterk Winterthur. Zij haalden in de winter twee Amerikaanse aanwinsten binnen. Wij daarentegen sukkelden met wat blessures en ik moest goochelen om maar drie buitenlandse speelsters tegelijk op te stellen – wat hier een regel is. Voor de buitenwereld lijkt dat simpel, maar ik moet tegelijk de jeugd zoveel mogelijk kansen geven en prijzen pakken. Wij zijn ook de beste ploeg in Zwitserland en iedereen wil ons als underdog kloppen.”

Het grootste verschil is dat de Belgian Cats geen underdog meer zijn, maar ze hebben ervaring genoeg om daarmee te kunnen omgaan

3. Wat wil je volgend seizoen bereiken?

“We willen sowieso zo veel mogelijk prijzen pakken en daarnaast de jeugdschool verbeteren: gericht op zoek naar Zwitserse talenten en zo ook Europees hoge toppen proberen te scheren.”

4. In welke mate kan je de Zwitserse met de Belgische competitie vergelijken?

Met mijn ploeg zou ik in België kandidaat zijn voor alle finales. Het bestuur is ook ambitieus om elk jaar beter te doen. Maar eigenlijk missen we wel wat concurrentie in onze competitie.”

5. Je bent hoofd van de jeugdopleiding en het damesteam. Hoe vallen beide te combineren?

“Het is in ieder geval hard werken. Ik kan er wel mijn twee passies combineren en zelf beslissen welke talenten ik op het hoogste niveau een kans geef.”

6. In Zwitserland zijn er vier landstalen, waaronder vooral Frans in de streek van Fribourg.Engels is dan weer de baskettaal bij uitstek. Wat spreek jij?

“Alle trainingen met de jeugd doe ik in het Frans, bij de eerste ploeg is Engels de voertaal en met speelsters individueel zoveel mogelijk in hun eigen taal, als ik die machtig ben natuurlijk.”

7. Volg je nog andere sporten op de voet?

“Mijn gezin en job zijn het allerbelangrijkste, maar als ik tijd heb volg ik graag Europees topbasketbal en andere sporten. Ik ben een echte sportfreak. (lacht) Ik analyseer hoe er gespeeld wordt, maar volg evengoed persconferenties en interviews. Ik maakte hier bijvoorbeeld kennis met ijshockey, wat in Zwitserland sport numero 1 is. Ik wil altijd bijleren, zowel op als naast het veld.”

8. Wat zou een volgende sportieve uitdaging kunnen zijn?

“We proberen met het hele gezin op zoek te gaan naar het juiste evenwicht tussen een carrière en stabiliteit. Wij zijn avontuurlijk ingesteld en ik heb een fantastische vrouw, maar ik ga pas op het juiste moment een nieuwe uitdaging aan. Op dit moment kan ik hier ook nog stappen vooruit zetten en ik wil dat mijn familie gelukkig is. Ik heb nog een hele checklist met doelen – de hoogst haalbare – en ik durf ook de sprong te wagen, als de kans zich voordoet. Een nationale ploeg trainen, misschien zelfs bij de heren, en Olympische Spelen halen is ambitieus, maar ik ben ervan overtuigd dat ik het aankan.”

9. Heeft je gezin het daar naar zijn zin?

“Vanaf volgend jaar werkt mijn vrouw parttime als leerkracht Engels in een school in Fribourg. Opvang is hier erg duur en daarom proberen we zoveel mogelijk zelf voor onze kinderen te zorgen. Onze oudste dochter Chloé (5) gaat hier al een jaar naar school, maar onze jongste spruit Anna (2) zal dat nog niet doen. Fribourg zelf is erg kindvriendelijk, er zijn allerlei culturele activiteiten, terrasjes en restaurants èn een prachtig natuurgebied vlakbij met het Gantrisch Nationaal Park (Berner Alpen). Er heerst ook een echt dorpsgevoel. De Sarine kronkelt hier door het middeleeuwse centrum met historische trappen en bruggen. Een echte aanrader!”

De vrouw van Jan met hun twee kinderen.
De vrouw van Jan met hun twee kinderen.© gf

10. Wat doe je zelf nog in je vrije tijd?

“Ik heb maar twee dagen in de week wat vrije tijd. Het schoolsysteem in Zwitserland is ook anders. We proberen met het gezin dan ook zoveel mogelijk het land te verkennen. De natuur is fantastisch, we ontdekken en integreren in de Zwitserse cultuur. Daarnaast probeer ik ook zelf nog zoveel mogelijk te sporten. Je moet als coach het voorbeeld zijn voor je spelers, ook op conditioneel vlak.”

11. Is het leven in Zwitserland zo duur als wordt gezegd?

“Ja, maar als je alles goed bestudeert en creatief bent, zijn er altijd oplossingen. Op het vlak van voeding is vooral vlees erg duur, meer dan twee keer de prijs in België. Op restaurant is vooral de drank erg duur en een aantal verplichte verzekeringen zijn op z’n zachtst gezegd nogal gepeperd. In ruil krijg je wel op zowat elk vlak gegarandeerd kwaliteit.

12. Wat mis je het meeste aan België?

“Het is misschien raar om te zeggen, maar vooral de passie van speelsters en supporters die vuriger zijn dan in Zwitserland. Ik probeer dat gevoel ook hier zoveel mogelijk over te brengen. Daarnaast natuurlijk familie en vrienden. Maar na een jaar zijn we in Fribourg al goed geïntegreerd. Een nieuwe cultuur en andere gewoontes ontdekken zijn noodzakelijk om je aan te passen, maar ik zoek vooral naar evenwicht. Op het veld probeer ik zoveel mogelijk zaken uit onze topsportcultuur over te brengen.”

Jan met de damesploeg na de League Cup-winst.
Jan met de damesploeg na de League Cup-winst.© gf

13. Je woonde al een tijdje in Namen toen je naar Zwitserland vertrok.Hoe West-Vlaams ben je nog?

“Nog heel West-Vlaams! (lacht) Ik ben fier dat mijn roots daar liggen, want ik vind dat daar iets in de genen zit wat topsport bevordert. Je moet natuurlijk in de eerste plaats getalenteerd zijn, maar het is iets makkelijker in bepaalde streken omdat jonge sporters worden voortgestuwd door de rijke sportgeschiedenis. In Zwitserland is er haast te veel comfort. Ik moet hier mensen uit die comfort zone halen en het op een andere manier aanbrengen. Dat is voor mij ook interessant gegeven.”

14. In welke mate volg je het Belgische en het West-Vlaamse basketbal in het bijzonder nog?

“Ik volg alle clubs waar ik ooit actief ben geweest, zeker Wibac uit Sint-Eloois Winkel. Ik heb fantastische herinneringen aan mijn periode bij die club. Als ik in de buurt ben, probeer ik zeker eens een wedstrijd mee te pikken. Ook bij Waregem, waar ik vorig jaar vertrok, wens ik de mensen veel succes die er nu hard werken om terug te keren naar eerste nationale. Dat zal moeten gebeuren met veel eigen jeugd, maar het is zeker mogelijk op korte termijn.”

15. Met Naomie Mayombo speelde er al een Belgische bij Fribourg. Volgen er nog?

“Naomie heeft nu besloten zich te concentreren op wat na haar carrière volgt. Dit jaar was ze al niet voor de volle 100% professioneel door de combinatie met haar job. Natuurlijk zijn er speelsters die mij interesseren

16. Lig je nog wakker van de Belgische politiek?

“Vorige week zijn mijn schoonouders met een volmacht voor ons gaan stemmen. Ik ben geen kenner, maar ik volg het wel. Mijn vrouw is Waals en op politiek vlak erg geëngageerd. Daardoor heb ik Wallonië ook leren appreciëren en ga niet akkoord met de manier waarop veel Vlamingen denken.

17. Welk restaurant of café in je geboortestreek is een echte aanrader en waarom?

“In Sint-Eloois Winkel was ik vaste klant bij de Chaplin. Ik heb er zelf nog achter de toog gestaan en muziek gedraaid. Op een zatte avond heb ik er zelfs eens met een groepje opgetreden. (lacht)

18. Heb je een zoete zonde?

“We zijn levensgenieters. We sporten veel, maar we eten ook graag lekker en uitgebreid. De kaas is hier fantastisch, aan chocolade kan ik al helemaal niet weerstaan. Maar ik verbruik genoeg calorieën om me dat te kunnen permitteren.

19. Heb je zelf nog tijd om op reis te gaan?

“Ik zou graag de hele wereld zien, maar we moeten keuzes maken. Momenteel ontdekken we alles in de buurt. Deze zomer gaan we op reis naar België, even terug naar onze vrienden en familie. Reizen is zo verrijkend, we ontdekken enorm graag andere culturen, zeker de Scandinavische landen wekken mijn interesse. Maar het heeft ons veel energie gekost om vorig jaar met het hele gezin te verhuizen, dus genieten we nu van een iets rustigere zomer.

Jan steekt de beker met alle plezier de lucht in.
Jan steekt de beker met alle plezier de lucht in.© gf

20. De Belgian Cats beginnen eind juni aan hun EK. Hoe ver kunnen ze volgens jou geraken?

“Als iedereen fit is, denk ik toch dat ze een heel eind kunnen komen. Het grootste verschil is dat ze geen underdog meer zijn, maar ze hebben ervaring genoeg om daarmee te kunnen omgaan. We moeten in België sowieso leren om trots te zijn op wat we presteren in de sport. We hebben tal van goede atleten en topcoaches maar de steun van bovenaf ontbreekt soms.”

21. Is Antwerpen in staat BCO van de titel te houden?

“Zeker weten. Ik denk dat ze dat ook al bewezen hebben. Het zijn sowieso twee Belgische ploegen die over uitstekende coaches beschikken, maar ook een project op lange termijn met veel jonge Belgen en een jeugdschool. Ze weten heel goed waar ze mee bezig zijn.”

22. In Kortrijk is een grote fusieploeg ontstaan en ook andere clubs springen op de kar van schaalvergroting.Wat vind je daar van?

“Dat is iets wat veel te weinig gebeurt, terwijl het absoluut nodig is om de kloof met de absolute top te verkleinen of zelfs te dichten. Het is heel eenvoudig: als je de krachten van verschillende organisaties kan bundelen, kan je gewoon meer bereiken. Alleen moet iedereen eigenbelang aan de kant kunnen schuiven en denken in functie van het project.”

Callewaert steekt de beker met veel plezier in de lucht.
Callewaert steekt de beker met veel plezier in de lucht.© gf