Twee talenten van Hockey Club Roeselare in de nationale selectie

Aege Swaenepoel en Louis Vanrenterghem op de hockeysite op Onze Kinderen die stilaan uit de voegen aan het barsten is. Een tweede terrein voor de club zou welkom zijn. © Stefaan Beel
Wouter Vander Stricht

Hockey Club Roeselare kan de instroom aan leden nog nauwelijks aan. Maar er is niet enkel veel kwantiteit, ook de kwaliteit mag er zijn. Roeselarenaar Aege Swaenepoel en Izegemnaar Louis Vanrenterghem schopten het beiden tot in de nationale selectie en dromen ervan prof te worden.

Aege Swaenepoel (14) en Louis Vanrenterghem (15) spelen samen bij de U16 van Hockey Club Roeselare. Aege schoof er – net als op school – al een jaartje naar boven. Hij speelt bij een hogere leeftijdscategorie, in het Klein Seminarie zit hij in het vierde jaar en volgt hij Latijn. Ook Louis volgt Latijn in dezelfde school en hetzelfde jaar, maar ze zitten niet bij elkaar in de klas. “Een schoolploeg in het Klein Seminarie? Vooral in het eerste jaar zijn er wel wat hockeyspelers in onze school bij gekomen, we zouden wel aan een team geraken.”

Tussen Antwerpenaars

Maar dat is voorlopig niet aan de orde. De twee kwamen al op de radar van de scouts van de hockeybond. Aege, die met pa Dirk, mama Nathalie Declercq en zus Anthe (16) in de Meensesteenweg in Roeselare woont, speelt ook nog voetbal. “Bij de U17 van De Ruiter. Maar wedstrijden doe ik niet meer mee, die vallen te vaak samen met het hockey. Ik heb kennis gemaakt met de hockeysport toen mijn zus op voorzet van een vriendin begon te spelen. Ik sloot me ook aan en pikte het spelletje snel op. Ondertussen trainen we ook drie keer per week. Ik mocht vervolgens ook gaan trainen bij de districtselectie van Oost- en West-Vlaanderen. En van daaruit ben ik in de nationale ploeg geraakt. Komende zondag moet ik naar Antwerpen gaan trainen. Ik ben de enige West-Vlaming in de selectie en gezien de meeste hockeyspelers uit het Antwerpse zijn, vinden de nationale trainingen daar plaats. Ik moet dus op mijn ouders rekenen om te brengen.”

Carpoolen met Louis is geen optie. “In de club spelen we samen bij de U15, maar in de nationale selectie zit Aege bij de U15 en ik bij de U16”, aldus Louis.

Toen ik startte speelden we nog op gewoon gras op De Zilten – Louis Vanrenterghem

Louis was er overigens al bij van bij de opstart van de club. “Tien jaar geleden ben ik begonnen, de club was toen nog veel kleiner. We trainden toen op De Zilten en op echt gras. Dat is heel wat anders dan spelen op kunstgras”, herinnert de zoon van Bart Vanrenterghem en Barbara Wullaert en de jongere broer van Victor (19) zich. Het U16-team van HCR waarbij het duo speelt begon overigens met enkele overwinningen aan het seizoen. “Mijn trainingen van de nationale ploeg vinden plaats op maandag, niet op zondag zoals bij Aege.”

Louis Vanrenterghem is doelman en krijgt daarvoor ook nog specifieke training. “Ik ben wel bijna iedere dag bezig, de dagen dat ik niet op de club of met de nationale ploeg moet gaan trainen, ga ik lopen. Tijdens de wedstrijd moet ik niet veel afstand afleggen, maar in ons doelmannenpak is het vaak flink zweten.”

Echte teamsport

Nationale doelman en held op de Olympische Spelen Vincent Vanasch is een van de grote voorbeelden van Louis. “En zet daar Arthur Van Doren gerust ook bij.” Aege heeft dan weer een boontje voor Arthur De Sloover. “Een West-Vlaming die het tot de nationale ploeg schopte. Hij was hier recent op bezoek op de club, maar ik kon er toen niet bij zijn. Ook Antoine Kina is een van mijn favorieten.”

Louis is als doelman heel moeilijk te verschalken – Aege Swaenepoel

Aege maakt zijn debuut bij de nationale ploeg, maar Louis had al een volledig jaar achter de rug. “Alles is wat anders verlopen door corona. Maar je moet je daar wat in de ploeg werken. Die andere spelers kennen elkaar vaak al van in hun eigen club of omdat ze vaak tegen elkaar spelen. Maar we houden daar de West-Vlaamse eer hoog”, benadrukt Louis. “Hockey is ook een supertoffe sport. Een echte teamsport, want je moet echt samenwerken om te kunnen scoren. Dus moet je wel een klik maken met je teamgenoten.”

We laten beide jonge kerels ook eens elkaar beoordelen. Aege: “Louis is een heel goede doelman, zeker met een shot is hij moeilijk te verschalken. Hij pakt bijna alles. En ook in één tegen één situaties is hij erg sterk. Hij zou liever omvallen dan iemand te laten scoren.”

Louis: “Aege heeft een heel goed shot, als middenvelder is hij ook erg beweeglijk. Hij is erg moeilijk te bekampen.”

De nationale jeugdselecties zijn misschien een opstapje naar meer. “Prof worden? Dat willen we zeker”, zeggen ze in koor. “Ook de prestatie van de Red Lions op de Olympische Spelen hebben we uiteraard gevolgd. Het zou een droom zijn om daar ook ooit te staan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier