Stien Vanhoutte is prof in het schaatsen: “Dromen van de Olympische Spelen”

Stien Vanhoutte vorig jaar in actie in Heerenveen. © Belga
Sam Bracke
Sam Bracke Medewerker KW

Vijf jaar geleden stond de toen 20-jarige Stien Vanhoutte als een van onze toppers in het skeeleren in onze eindejaarsreeks ‘De Sterren van Morgen’. Intussen maakte ze succesvol de overgang naar het schaatsen en blijft ze dromen van de Olympische Spelen.

“De herinneringen aan dat interview van vijf jaar geleden zaten ver, maar nu je het zegt, komt het weer bij me op”, glimlacht Stien Vanhoutte. Ze woont nog steeds in Gistel, maar vertoeft voor het schaatsen vaak in het buitenland. “Het was een van mijn eerste ‘grote’ interviews met alles erop en eraan. Ik werd ook in een galajurk gestoken, dus dat was wel een leuke ervaring.”

In vijf jaar tijd is er veel veranderd in het leven van de intussen 25-jarige dame. “Iets meer dan drie jaar geleden ben ik met schaatsen begonnen, wat uiteraard op sportief vlak een enorme verandering was. Want vergis je niet: schaatsen is een compleet andere sport waarin ik echt vanaf nul moest herbeginnen. Enerzijds maakte ik snel progressie en kon ik vrij snel debuteren op internationaal niveau, maar anderzijds merkte ik al snel dat ik op het vlak van techniek nog heel veel moest leren. Ik heb nog altijd het gevoel dat ik nog niet op hetzelfde niveau kan presteren als in het skeeleren, wat soms frustrerend is, maar ik werk hard verder.”

Andere levensstijl

Het schaatsen was niet alleen sportief een grote verandering, maar ook in levensstijl. “Voor het schaatsen moet ik vaak richting buitenland. Skeeleren kon ik altijd gewoon thuis doen, in Zandvoorde, maar voor het schaatsen moest ik richting het noorden van Nederland, Heerenveen. Daar trainde ik twee seizoenen en sinds dit seizoen train ik in het Duitse Inzell. Ik ben dus vaak weg van huis, wat toch een grote verandering in manier van leven met zich meebracht. Het is een supergrote uitdaging, waar ik al heel veel uit heb geleerd.”

Schaatsen is ook een sport die meer aandacht krijgt, zeker in Nederland. “Ik merk dat ik veel meer gevolgd word door het brede schaatspubliek. De pers volgt de resultaten van grote wedstrijden ook van veel dichterbij, terwijl dat bij skeeleren eigenlijk alleen maar het geval was bij EK’s of WK’s. Dat schaatsen een olympische sport is, zal daar ook wel veel mee te maken hebben.”

Skeeleren blijft mijn eerste grote liefde

Toch heeft Stien ook het skeeleren nog niet volledig de rug toegekeerd. “Komend seizoen wil ik ook weer wat meer skeeleren, want het blijft mijn eerste grote liefde en de sport waarmee ik ben opgegroeid. Ik mis het soms en wil het ook niet zomaar loslaten. Mijn mooiste herinnering komt ook uit het skeeleren, toen ik in 2019 Europees kampioene werd. Vooral omdat ook mijn zus Fran toen EK-goud pakte bij de junioren. In de zomer wil ik weer wat meer skeelerwedstrijden meepikken. Tegelijk blijft het schaatsen heel belangrijk, dus ik weet nog niet precies aan welke wedstrijden ik zal kunnen deelnemen”, aldus Stien, die vooral in de nummers van 500 tot 1.500 meter gespecialiseerd is.

Stien was vijf jaar geleden onze ‘Ster van Morgen’.
Stien was vijf jaar geleden onze ‘Ster van Morgen’. © KW

Stien slaagde er niet in om zich te plaatsen voor de Olympische Spelen in Peking. “Ik wist dat het niet makkelijk zou zijn, maar het blijft een ontgoocheling. Op de wereldbekerwedstrijden was het me al snel duidelijk dat het niveau dit jaar heel hoog lag. Bovendien liep het bij mij, door een samenloop van omstandigheden, niet helemaal perfect. Ik had onder meer wat problemen met mijn materiaal. In een jaar waarin iedereen top is, moet alles meezitten. Als dat niet het geval is, kom je er simpelweg niet.”

Techniek en snelheid

“Maar ik blijf niet bij de pakken zitten en blijf ervan dromen om ooit op die Olympische Spelen te staan. Dat is echt wel het doel en ik heb de komende jaren nog genoeg tijd om te blijven werken aan mijn techniek en mijn snelheid. Intussen trek ik me ook op aan de prachtige ervaringen die ik dankzij het schaatsen al mocht meemaken. Zo was ik er bij op de World Cup in onder meer Japan en Canada. Dat zijn dingen de me altijd zullen bijblijven.”

En zoals elk nadeel zijn voordeel heeft, kan Stien zich door het missen van de Spelen de komende weken volledig op haar studies kinesitherapie focussen. “Omdat ik geen groot tornooi meer heb om naartoe te werken, maak ik van de gelegenheid gebruik om mijn laatste jaar in eerste zit af te werken. Daardoor zal ik komende zomer wat relaxter kunnen trainen. Het is trouwens de bedoeling om na het afstuderen ook werk te zoeken dat ik met mijn sport kan combineren”, besluit Stien.