Eén op de zes West-Vlamingen gaat altijd met de fiets naar het werk

We fietsen almaar vaker naar het werk. Eén op de zes West-Vlamingen springt altijd op zijn of haar fiets voor het woon-werkverkeer.© KDS
We fietsen almaar vaker naar het werk. Eén op de zes West-Vlamingen springt altijd op zijn of haar fiets voor het woon-werkverkeer.© KDS
Olaf Verhaeghe

De fiets wordt in West-Vlaanderen almaar populairder om naar het werk te rijden, zo blijkt uit de mobiliteitsbarometer van hr-dienstenbedrijf Acerta. Net geen 31 procent van het woon-werkverkeer in 2020 gebeurde met de fiets, al dan niet in combinatie met de auto of het openbaar vervoer. Eén op de zes West-Vlamingen gebruikt nu zelfs altijd de fiets om naar het werk te gaan. Maar ondanks de opmars van de tweewielers blijft de auto wel veruit het meest gebruikte vervoersmiddel.

Heel vaak kwamen we in 2020 niet op het werk, maar op de momenten dat de West-Vlamingen naar de werkvloer reden, kozen ze meer en meer voor de fiets. Dat blijkt uit de jaarlijske mobiliteitsbarometer van hr-dienstenbedrijf Acerta.

Net geen 31 procent van de West-Vlaamse werknemers sprong op de fiets richting het werk. Een jaar eerder was dat nog maar 28,4 procent. Sommigen combineren de fiets met de auto of het openbaar vervoer. Maar zo’n 16 procent van de West-Vlamingen geeft aan elke dag de fiets van stal te halen op momenten dat ze naar het werk moeten.

In heel België gebruikt nu één op de drie de fiets voor het woon-werkverkeer, een sprong vooruit van maar liefst 9,1 procent in vergelijking met 2019. “De fiets is niet meer weg te denken uit het mobiliteitspalet”, oppert Thijs Deklerck, kantoordirecteur van Acerta in Roeselare. “Het is een flexibel, milieuvriendelijk vervoersmiddel en dankzij de populaire e-bikes zijn ook grotere pendelafstanden vlot haalbaar.”

Eén op de vijf heeft bedrijfswagen

Weinig verrassend blijft de auto wel koning, ook in West-Vlaanderen. Acht op de tien woonwerkverplaatsingen gebeurde (minstens deels) met de privé of bedrijfswagen. Iets hoger dan het belgische gemiddelde van 78,3 procent. Eén op de vijf bedienden uit de private sector beschikt trouwens over zo’n bedrijfsauto. Dat zijn er opnieuw 5,5 procent meer dan in 2019 en een kwart meer in vergelijking met vijf jaar geleden.

Acerta pleit in dat opzicht voor een mobiliteitsbudget, afhankelijk van iemands functie. “De bedrijfswagen hoeft niet per se gebannen te worden, maar we moeten de automatische link aan een bediendefunctie durven herzien”, aldus Thijs Deklerck. “Haal daarom de bedrijfswagen uit het standaard loonpakket en voorzien een budget waar de werknemer zelf de gewenste invulling aan kan geven.”

Openbaar vervoer is verliezer

Trein, tram en bus kregen het voorbije coronajaar klappen. Het openbaar vervoer werd minder ingeschakeld voor het woonwerkverkeer dan het jaar voordien. Nog 8 procent van de Belgische werknemers gebruikt af en toe het openbaar vervoer, 6 procent doet dat altijd. In West-Vlaanderen komen we amper aan de helft van dat nationale gemiddelde.

Welk vervoersmiddel wordt (deels) gebruikt voor het woon-werkverkeer in West-Vlaanderen? Acerta zocht het uit.© gf
Welk vervoersmiddel wordt (deels) gebruikt voor het woon-werkverkeer in West-Vlaanderen? Acerta zocht het uit.© gf

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier