Balletschool Marie-Ellen verplaatst ‘Assepoester’ naar 21 april 2021: “Maar harde werk is niet voor niets geweest”

Voor één keer mochten de meisjes hun masker laten zakken voor de foto. Tijdens de training moeten de leerlingen hun mondmasker te allen tijde dragen. © JRO
Jeffrey Roos
Jeffrey Roos Medewerker KW

Balletschool Marie-Ellen vzw zag in mei haar voorstelling van ‘Assepoester’ in het Oostendse Kursaal uitgesteld worden door het coronavirus. Met 21 april 2021 prikten ze nu een nieuwe datum. “Maar het harde werk tijdens de voorbereidingslessen is niet voor niets geweest”, aldus hoofddocente Marita Engels.

Balletschool Marie-Ellen vzw geeft balletlessen aan jongens en meisjes vanaf drie jaar. Het kan daarvoor rekenen op een docententeam van zes mensen. Marita Engels is de hoofddocente en geeft klassieke lessen en initiatie pointes. De kleutertjes komen terecht bij Birthe Claeys en ook G-dans voor kinderen met een beperking heeft ze onder haar vleugels. Manon Dedrie neemt dan weer de leerlingen uit de eerste drie jaren van het lager onderwijs voor haar rekening. Annelies Van Daele doet dat met de tweede helft van de lagere school. Sydney Vanbesien en Fien Swinnen geven les aan de oudsten van de balletschool.

“Het vooroordeel dat je lenig moet zijn om balletles te volgen, houdt geen steek”, vertelt hoofddocente Marita Engels. “Uiteraard is dat meegenomen, maar lenig word je op training. Iedereen kan zijn of haar eigen grenzen verleggen. Men moet er vooral zin in hebben en liefst muzikaal aangelegd zijn. Men moet goed kunnen onthouden, motorisch vaardig zijn en ook wat kunnen acteren. Veel kan je met goede coaching en heel veel oefening aanleren. Volhouden is daarbij een van de hoofdvereisten.”

Dansstages

Balletschool Marie-Ellen vzw werd opgericht door Chris Ellen in het schooljaar 1977-1978. In het najaar van 1977 overleed de oprichtster plots waardoor Marita, al jaren de assistente van Chris, onvoorzien de balletschool onder haar vleugels kreeg. “Het was helemaal niet de bedoeling om plots de balletschool te runnen. Toch is het me gelukt om de balletschool om te bouwen tot het instituut dat ze nu is”, vindt Marita.

Marita is autodidact dansdocente. Ze is gediplomeerd leerkracht en schoolde bij via diverse internationale dansstages en zelfstudie. Haar lessen kwamen onder invloed van de Vaganovaperiode, waar ze haar eigen accenten in steekt. “Ook nu is er nog invloed van binnen- en buitenlandse docenten. Er kwamen al verschillende generaties van mijn danslessen genieten en ondertussen zijn er ook al tal van kinderen en oud-leerlingen die de weg naar de balletbarres gevonden hebben”, gaat Marita verder. “Van in het begin werkte ik graag met verhalen om die dan te kunnen tonen aan het grote publiek. Dat doen we nog steeds elke twee jaar. Ik weet nog goed: het eerste avondvullende ballet was ‘De kleine zeemeermin’, nog lang voor de Disneystudio’s hun eigen bewerking maakten. Zo passeerden heel wat sprookjes de revue, telkens bewerkingen van hun originele versies.”

Verhaal van eigen grootouders op podium

Marita durft echter wel eens afwijken van de normale verhaallijn. “Zo was er ooit een ode aan Oostende en aan James Ensor en er was een evocatie van het Beleg van Oostende. In 2018 heb ik er dan weer een persoonlijke toets ingestopt. Het verhaal herdacht WO I in Oostende. De rode draad was dan een waargebeurd liefdesverhaal van twee jonge mensen tijdens de oorlog. Het was het verhaal van mijn eigen grootouders”, aldus Marita.

De tweejaarlijkse avondvullende voorstellingen zijn ondertussen het waarmerk van de balletschool geworden. Ze zijn vermaard en trekken een groot dupliek aan. “We traden op in verschillende zalen, maar in 1988 nam ik, na heel wat omzwervingen, het besluit om op te treden in het Kursaal van Oostende. Het eerste verhaal dat we daar brachten was ‘Oinkbeest’. Elke twee jaar volgde een nieuw verhaal en dat ging zo verder tot het Kursaal in 2004 het startschot gaf voor een grote renovatie. Daardoor moesten we uitwijken. Sinds 2006 gaven we opnieuw elke twee jaar een voorstelling in het vernieuwde auditorium van het Kursaal.”

Hard getraind

Dat deden ze tot het coronavirus in maart kwam opzetten en zo roet in het eten strooide. “Op 2 mei van dit jaar stond ‘Assepoester’ op het programma. Onze leerlingen hadden hard getraind en we waren bijna klaar om het beste van onszelf te geven op het grote podium. De volledige culturele sector moest echter alle voorstellingen schrappen en ook wij moesten dat doen door de lockdown. Dat was voor hen een grote teleurstelling. Maar het harde werk van de meisjes en jongens tijdens de lessen in de voorbereiding van Assepoester is niet voor niets geweest. We prikten met 21 april 2021 ondertussen een nieuwe datum voor het stuk. We hopen dat die voorstelling wel kan doorgaan”, besluit Marita.