Zeven Trappers rijden van Wevelgem naar Compostela: “Afzien en genieten tegelijkertijd”

De Trappers zorgden voor een straffe prestatie. © HV
Redactie KW

De Trappers zijn een koninklijke fietsclub uit Wevelgem met een geschiedenis van meer dan 50 jaar. Jacques Vancraeyveld (75) gaf de aanzet. Hij had al veel mooie verhalen gehoord over een tocht naar Santiago de Compostela en hoewel nog goed van lijf en leden, vroeg hij zij zich af hoeveel tijd hem nog restte om de onderneming te wagen.

“Ik was bij een goede fietsvriend en er werd wat gezeverd. Ik kreeg een grote paternoster om mijn nek en op een af andere manier was dat de start. We hadden Lourdes en Rome al in de benen. Deze keer zou het Compostela worden.” Er volgde een rondvraag naar andere geïnteresseerden en samenkomsten om de plannen uit te werken. Joost Vuylsteke vertelt: “De routes, het aantal fietsdagen, de hotels, de begeleiding onderweg, de was, de terugkeer met het vliegtuig en wat dan met de fietsen, en natuurlijk ook het budget: er was veel te bespreken. Onze conditie was redelijk, maar er lag ook fysiek werk voor de boeg. Op zondag met de Trappers, tijdens de week met de Donderdagtrappers en soms nog extra kilometers elk apart.”

Loden hitte

Op zondag 28 augustus vertrokken Jan Boudewyn, Frank Vanderhauwaert, Luc Messelis, Jacques Vancraeyveldt en La Mamma Jeaninne Stragier, Patrick Messely en Martine Decreton en Joost Vuylsteke onder massale belangstelling. “Een groep van 60 fietsers begeleidde ons tot Quesnoy-sur-Deule en vanaf dan stonden we er alleen voor. Wout, kleinzoon van Jaqcues, reed de eerste drie dagen mee. “Wat er speciaal was? De mooie uitzichten, deel uitmaken van de groep en samen met mijn grootvader meerijden, natuurlijk.”

De Trappers aan de kathedraal van Santiago de Compostella.
De Trappers aan de kathedraal van Santiago de Compostella. © GF

Joost vult aan: “Het was afzien en genieten tegelijk. Eén keer was het 20 kilometer gestaag klimmen. Dan rijdt iedereen op eigen tempo naar boven, met de tong tussen de tanden, en je vraagt je af Waarom toch?, maar als je samen boven komt, is dat een super gevoel. We deden de Ibañeta-pas tot 1.015 meter en de Cruz de Ferro was zelfs 1.500. O Cebrero was een heel mooi oud stadje.”

Eén lekke band

Initiatiefnemer Jacques komt erbij. “Het was toch heel zwaar. De opeenvolging begon te wegen, we hadden geen rustdag. En ook naast de fiets. Soms was het met de zware valiezen twee verdiepingen de trap op, na een dag van acht uur fietsen. Maar ik ben heel tevreden. En als je aankomt aan de kathedraal geeft dat een heel bijzonder gevoel. Iedereen staat daar te zingen en te dansen. Dat leeft daar echt. We hebben ook maar één lekke band gehad en enkel onze laatste dag heeft het serieus geregend. Nu even geen grote projecten meer, al staat een toer rond Vlaanderen mogelijk nog op de agenda”, besluit Jacques.