Wouter ‘Connard’ Lierman pakt uit met eerste soloalbum: “Bruggelingen moeten af van hun bescheidenheid”

Wouter 'Connard' Lierman. © Davy Coghe

Met een ingenieuze videoclip voor ‘Wie Ziej Gie?’ kondigt Wouter ‘Connard’ Lierman de komst aan van zijn debuutalbum ‘Connichiwa’. In deze eerste single in samenwerking met producer Cozone en dj Dizzy Dee wordt meteen de toon gezet en maken we kennis met de veelzijdigheid van deze creatieve duizendpoot. Met zijn debuutalbum wil de Brugse rapper duidelijk maken dat hij niet alleen gekomen is om zijn eigen stad, maar ook ook zijn welverdiende plaats binnen het muzieklandschap te claimen. “Er zijn zoveel talentvolle artiesten, maar die krijgen niet altijd hun kans…”

Bij het ter perse gaan van deze krant, was de clip Wie Ziej Gie? al ruim 5.200 keer bekeken. Op de kop een week nadat het nummer gelanceerd werd. “Ik had dat niet durven dromen. Ik zou al blij geweest zijn met 1.000 views op dit moment, eerlijk gezegd. Het nummer is heel goed onthaald, ‘t Hof van Commerce heeft het zelfs gedeeld. De reacties zijn super lovend, ook door het bordspel. Ik krijg reacties dat het de marketingtruc van het jaar is”, lacht Wouter ‘Connard’ Lierman. Hij maakt deel uit van de hiphopband Grafgravers, maar wou het nu ook solo proberen.

Op zijn debuutalbum Connichiwa horen we hoe de Brugse rapper die in Gent woont, terugblikt op zijn afgelegde route als artiest en hoe hij op zoek gaat naar zijn eigen plaats tussen de vele beloftevolle rappers uit de provincie. Om dit in beeld te brengen maakte Connard, die naast rapper ook grafisch vormgever is, een eigen versie van het bekende bordspel Wie is het?. Hiervoor illustreerde hij 48 bekende en minder bekende gezichten uit de West-Vlaamse rapscene. Zo passeren onder meer Flip Kowlier, Brihang, Ntrek, Kleine Sanders, Skumic, De Feesters, als ook zijn eigen Grafgravers de revue.

Je clip is opgenomen in Brugge en niet in Gent, waar je woont.

“Ik ben in Gent blijven plakken na mijn studies, maar ik ben van Brugge. Ik heb me dat zelfs nooit afgevraagd waar ik die clip zou opnemen. Mijn verhaal gaat over m’n jeugd, mijn leven, mijn vrienden hier in Brugge. M’n grootvader en zijn vriendin figureren zelfs in de clip. Zij spelen het bordspel. Mijn grootvader aan m’n vaders kant is al iets ouder, dus ik vond het wel fijn dat ik hem zo kon vereeuwigen. Mijn grootouders aan m’n mama’s kant leven ook nog, maar zijn iets jonger. Zij zouden nog mee kunnen rappen.” (lacht)

Ik vind dat de stad wat meer aandacht mag geven aan het creatieve. We hebben in Brugge heel veel beloftevolle artiesten

De release party van het album gaat ook door in jeugdhuis Comma, omdat ik daar ooit voor het eerst op het podium stond en daar veel feestjes meemaakte.”

Net als vele West-Vlamingen ben je na je studies blijven plakken in Gent. Waarom?

“Ik heb grafische vormgeving gestudeerd aan de Luca School of Arts en daarna had ik meteen werk bij het reclamebureau Guillaume Duval in Antwerpen, maar ik wou niet naar daar verhuizen. Antwerpen is te groot voor mij. Ik hou van kleine steden, ik wil de lucht nog kunnen zien als ik buiten kom. Dus ben ik in Gent blijven plakken. Al was mijn plan eigenlijk om na m’n studies naar Chili te trekken en daar een kunstproject op poten te zetten voor straatkinderen. Maar een jobaanbod van het grootste reclamebureau van België sla je natuurlijk niet zomaar af. Op die leeftijd die kans krijgen, het is idioot als je die dan niet aanneemt. Het was een heel zware job, maar ik heb er heel veel geleerd.”

Keer je nog terug naar Brugge?

“Nu nog niet, later misschien wel. Nu moet ik te veel naar Antwerpen en Brussel voor m’n werk. Gent is een ideale uitvalsbasis. Ik kom wel nog veel naar Brugge, mijn ouders wonen hier, net als heel wat van mijn vrienden. Ik ben en voel me nog altijd een Bruggeling.”

Je bent grafisch vormgever, maakt deel uit van een hiphopband, pakt nu uit met je eigen album… Heb je de creativiteit mee van thuis?

“Zeker. Mijn papa is de poppenmaker van Brugge en mijn mama maakt maskers en is bezig met airbrush. Het is een familietrekje. Mijn broer is minder creatief, maar hij is wel heel gepassioneerd door motors. Hij is ook heel gedreven in wat hij doet.”

We hoorden in Wie Ziej Gie? dat je vader je zot verklaarde toen je op jezelf begon.

“Mijn vader is opvoeder, mijn moeder verpleegster. Toen ik zei dat ik zelfstandige wou worden, zei hij dat dat niet in ons bloed zit. Wij zijn geen zelfstandigen, zei hij. Hij was sceptisch. Maar het is al heel mijn leven zo dat ik mezelf een beetje moet bewijzen tegenover mijn vader. In het middelbaar wou ik drukkerij en grafische doen, een beroepsrichting. Daarna wou ik hogeschool doen en toen verklaarde m’n vader me ook zot. (lacht) Dat was voor mij een reden om mezelf nog meer te bewijzen, want mijn vader is m’n held. Toch steunen mijn ouders me in alles, het zijn schatten van mensen.”

Je rapt dat je van ASO, naar KSO, naar TSO, naar BSO ging. Was het eenvoudig om dan hogere studies te beginnen?

“Het is niet omdat je kiest voor een richting, dat die daarvoor je hele leven bepaalt. Dat ik die ‘grote’ overstap maakte, heeft mij net superveel gemotiveerd om er het beste uit te halen. Ik heb op m’n vijftiende gekozen om de grafische richting uit te gaan, omdat ik toen al wist wat ik wou doen. Ik ken mensen van mijn leeftijd die nog altijd niet weten wat ze willen doen. En ik had natuurlijk die creatieve kriebel mee van thuis.”

Je maakt al zes jaar deel uit van de West-Vlaamse hiphopband Grafgravers en nu pak je solo uit, waarom?

“We zijn van overal in West-Vlaanderen en dat is ook onze charme. We hebben elkaar heel spontaan leren kennen en we rapten in het Engels toen we voor het eerst uitpakten in het West-Vlaams. Dat werd heel goed onthaald en we hebben daar verder op gebouwd. We doen niet de grootste festivals, maar het loopt wél heel goed.”

Schrijf het maar op: ik ben een heel trotse Bruggeling

“Als je met een groep werkt, hang je natuurlijk ook af van de verschillende smaken van iedereen. Je kunt ook niet helemaal je eigen verhaal vertellen, want iedereen moet aan het woord komen. Ik had het gevoel dat ik veel te vertellen had en zo is dat eigenlijk gegroeid tot een album.”

Dat je Connichiwa doopte…

“Konnichiwa is Japans voor goedemiddag, aangename kennismaking. Maar dat is ook weer een referentie naar Brugge, omdat we hier vroeger overrompeld werden door Japanners.” (lacht)

Hoor ik een trotse Bruggeling bezig?

“Schrijf maar een heel trotse Bruggeling. Al vind ik wel dat het creatieve hier in Brugge nog wat meer aandacht mag krijgen. We hebben hier heel veel beloftevolle artiesten en ik heb het gevoel dat die nu allemaal boven water zullen komen in de komende jaren.”

Wouter 'Connard' Lierman.
Wouter ‘Connard’ Lierman.© Davy Coghe

“Maar we zijn Bruggelingen, we zijn bescheiden en beschaamd. We zijn geen Antwerpenaren die zichzelf makkelijk verkopen. We moeten geen Antwerpenaren worden, maar we moeten af van die bescheidenheid.”

Je hebt het bordspel Wie is het? omgevormd naar Wie Ziej Gie? voor je clip, leuk bedacht!

“Met de Grafgravers hebben we heel wat optredens in West-Vlaanderen, maar het gebeurt maar sporadisch dat we mogen optreden in Gent en Antwerpen. Er is weinig kruisbestuiving. Niet veel organisatoren durven beginnende artiesten een kans te geven. Daarom heb ik dat spel gemaakt. Wij met de Grafgravers zitten in een luxepositie omdat wij met veel zijn en een netwerk hebben, waardoor we kansen krijgen. Maar er zijn zoveel artiesten die ook talent hebben, maar die kansen niet krijgen. Er is geen platform om te groeien en te ontwikkelen. Terwijl wij hier wel met een groeiende scene zitten. Ik heb 48 rappers getekend voor het bordspel, maar ik kan er gemakkelijk nog 48 tekenen.”

“Los daarvan toont het spel ook een beetje m’n zoektocht naar mijn plaats tussen al deze beloftevolle artiesten. Ik heb er heel veel reacties op gekregen, ik hoop dat de provincie West-Vlaanderen het oppikt en er iets mee doet om onze scene meer in de kijker te zetten. Want we zitten boordevol talent!”

Het album Connichiwa wordt uitgebracht op 24 januari onder Phatmark Collective. De release party is op 15 februari in jeugdhuis Comma in Brugge. www.phatmark.be

De tips van Wouter Lierman

Leuk adresje

“Dok54, de pop-up zomerbar op de voormalige scheepswerf langs de Pathoekeweg. Die is weliswaar alleen maar in de zomer open, maar er zijn plannen om volgend jaar uit te pakken met een winterbar. Dat kan ik alleen maar toejuichen. Brugge verdient zoiets. Dok54 mixt het industriële met het moderne. Een culturele ontmoetingsplaats met expo’s en workshops. Ik hield er afgelopen zomer ook mijn eigen expo. Ik heb ook de vormgeving mogen doen voor Dok54.”

Mooiste plekje

“Het Minnewaterpark. En dat zal nooit veranderen. Ik ben er opgegroeid, de saga, het verhaal er rond, het cactusfestival dat er al altijd leeft, het wereldfestival Feest in ‘t Park. Ik heb vroeger zoveel in het park geravot, ik ken ieder plekje vanbinnen en vanbuiten.”

Reisbestemming

“Ik heb mijn hart verloren aan Zuid-Amerika en Chili is daar mijn favoriete land. Ik heb daar als local geleefd. Het is ook het langste land van Zuid-Amerika, met aan de ene kant sneeuw en aan de andere kant de woestijn, fantastisch toch?!”

“De laatste jaren reis ik niet meer zoveel, door mijn werk. De volgende reis die gepland staat is New York, want iemand van de Grafgravers trouwt er volgend jaar met een New Yorkse. Ik zou dan ook Cuba willen meepikken.”

Shoppen

“Als ik shop, dan is het in Fresh, de lifestyle boetiek van Thomas Albrecht in de Sint-Jakobsstraat. Ik heb de luxe dat Thomas dezelfde smaak heeft van kledij als ik. Als ik dus iets deftigs nodig heb, ga ik naar daar. Maar eigenlijk hecht ik niet veel belang aan kledij. Ik draag heel graag wijde kleding. Ik draag ook heel veel kleding die ik zelf gemaakt heb voor andere artiesten. Ik draag mijn kleren tot ze niet meer draagbaar zijn. Ik ben geen shopper, ik hecht geen waarde aan kleding. Ik wil geen kast vol kleren die ik niet draag. Een outfit kiezen is voor mij het bovenste nemen wat in mijn kast ligt. Ik ben dus echt niet bewust met mode bezig.”