Sinds april 2023 woedt er een bloedige burgeroorlog in Soedan. Volgens de Verenigde Naties zijn ongeveer 14 miljoen mensen ontheemd. Het aantal dodelijke slachtoffers is onduidelijk, maar zou volgens verschillende schattingen meer dan 150.000 bedragen. Voor Wor (40) uit Soedan, die in Oostende woont, is het voortdurende geweld in het Afrikaanse land nooit veraf. Zijn broers en zussen bleven immers achter: “Elke dag dat ik wakker word, denk ik aan mijn familie en aan de bevolking.”
“Ik ben sinds 23 december 1999 in België. Ik ben hier met mijn nonkel en zijn kinderen gekomen. Hij zei dat ik dan later een beter leven zou hebben. Het is goed dat ik hier ben”, vertelt hij.
Ondertussen maakt hij zich wel zorgen over zijn familie die in Soedan achterbleef: “Elke dag dat ik wakker word, denk ik aan hen en aan de bevolking. Mijn ene zus is nu in Bentiu in Zuid-Soedan en mijn andere zus is met haar gezinnetje in het Kakuma-vluchtelingenkamp in Kenia. Zij vluchtten destijds in 2015 van Zuid-Soedan naar Khartoem, maar moesten nu opnieuw vluchtten door de burgeroorlog in Soedan.”
Contact met broer
Zijn broer zit nog altijd vast in de Soedanese hoofdstad Khartoem. “Zijn spullen, zijn paspoort, alles is hem ontnomen door de militairen. Ze zitten daar opgesloten in een kamp en mogen niet naar een ander gebied of naar een andere stad gaan.”
“De militairen komen de huizen binnen en vermoorden de zwarte Soedanezen en de katholieken”
Ondertussen kan Wor weer met zijn broer spreken, maar zelfs dat was lang niet mogelijk. “De eerste weken van april heb ik hem nog gesproken, maar nadat zijn gsm werd afgepakt door militairen had ik geen contact meer. Dat was erg moeilijk. In september kreeg ik opnieuw contact met mijn broer via iemand die hem zijn telefoon laat gebruiken. Op die manier heb ik hem gisteren nog gesproken”, vertelt hij.
Oorlogsgruwel
De burgeroorlog in Soedan verloopt op een ongelofelijk gruwelijke wijze, waarbij het woord genocide al meermaals viel. “De militairen komen de huizen binnen en vermoorden de zwarte Soedanezen en de katholieken. Peter, een pastoor die ik persoonlijk ken, is door hen vermoord samen met 17 kerkleden”, getuigt Wor. Vrouwen en meisjes worden ook verkracht.
“Mijn broer heeft me verteld dat er een militair dreigde hem te vermoorden. Die zei tegen hem: ‘Ik ga je doodmaken.’ De militair kende mijn broer persoonlijk, bij naam. Mijn broer stond vroeger in het onderwijs en omstaanders reageerden: ‘Ga je nu een leerkracht vermoorden? Jij mag dat niet doen.’ Die mensen kenden hem nog.”
Harde realiteit
Ondertussen is het ook voor Wor zelf zwaar: “Ik voel het fysiek en emotioneel. Ik kan soms wel een goed moment hebben en lachen, maar het blijft altijd draaien in mijn hoofd. Zoiets blijft in je hart en in je geest. Want de mensen verdienen dat niet. Ze worden weggejaagd door de oorlog en dat is niet oké. Er is niets anders dat ik wil dan dat de mensen in Soedan hun vrijheid terugkrijgen.”
“Het is geen film, maar de realiteit. Ik weet hoe de oorlog voelt”
Hij weet zelf maar al te goed wat de mensen er doormaken: “Van 1993 tot 1999 was er oorlog tussen Noord- en Zuid-Soedan, die vooral bevochten werd in Zuid-Soedan. Ik ben weggevlucht uit de oorlogszone in Bentiu, naar Khartoem. Een vriend is voor mijn ogen doodgeschoten terwijl we aan het spelen waren. Dat is geen film, maar de realiteit. Ik weet hoe de oorlog voelt. Je hebt honger, maar je denkt daar niet aan. Je denkt alleen: wanneer gaat die oorlog stoppen?“
Geen hulp mogelijk
“Ik zal het nooit vergeten. Troepen van Noord-Soedan vechtten tegen die van Zuid-Soedan. Ik liep ertussen. Je hoort een kogel pas wanneer hij al lang weg is. Ik heb gewoon veel geluk gehad. Als het niet jouw tijd is, dan is het jouw tijd niet. Als ik vandaag de beelden zie van vrouwen met hun kinderen die vluchten, brengt het me terug naar de tijd toen ik daar nog was.”
Nu is het voor hem jammer genoeg moeilijk om zijn familie door die loodzware ervaring te helpen: “Er is geen weg om te helpen, want alles is gesloten. Er wordt geen hulp toegelaten door de strijdende partijen. Ik wil gewoon dat de oorlog zo snel mogelijk stopt en de bevolking de hulp krijgt die ze nodig hebben.”
Resolutie diplomatieke actie in Soedan
In een resolutie die kamerlid Annick Lambrecht (Vooruit) indiende, wordt de regering opgeroepen tot onmiddellijke diplomatieke actie in Soedan. De Kamercommissie Buitenlandse Betrekkingen keurde de resolutie unaniem goed.
Naast de tienduizenden doden en miljoenen vluchtelingen en ontheemden, heerst er in Soedan een acute hongersnood. De toegang tot humanitaire hulp wordt belemmerd. Er zijn ernstige mensenrechtenschendingen en seksueel geweld wordt er ingezet als een oorlogswapen.
“België kan, als lid van de EU en VN, en als voortrekker voor vrede en mensenrechten een actieve rol spelen om mensen in Soedan te helpen. Ons land kan helpen bij de totstandkoming van een staakt-het-vuren, met veilige en onbelemmerde toegang voor humanitaire hulp en een internationaal wapenembargo”, zegt Lambrecht.
De voorzitster van de commissie, CD&V-Kamerlid Els Van Hoof, wijst op de andere maatregelen in de resolutie om de oorzaken van het conflict weg te nemen, zoals onderzoek naar goudstromen, sancties tegen profiteurs en uitsluiting van Soedanees goud en grondstoffen uit Europese ketens.