Sint-Maarten of Sinterklaas: welke kindervriend komt waar?

© Hans Vanneste
Hannes Hosten

Wie is de grootste kindervriend? Sinterklaas of Sint-Maarten? In heel Vlaanderen zwaait die eerste overduidelijk de scepter (en de staf) op 6 december, enkel bij ons in West-Vlaanderen houdt de tweede stand op 11 november. Want vergis je niet als je jouw schoentje klaar zet: de taakverdeling van beide lookalikes is een ingewikkeld kluwen in West-Vlaanderen.

Eerst voor alle duidelijkheid: Sint-Maarten en Sint-Nicolaas (Sinterklaas dus) zijn twee heel verschillende figuren. Beide heren leefden in de vierde eeuw en waren bisschop. Sint-Maarten in Frankrijk, Sint-Nicolaas in het huidige Turkije. Antoon Naert, volkskundige en vroegchristelijk archeoloog uit Ichtegem, schreef heel wat bijdragen over Sinterklaas, Sint-Maarten en Zwarte Piet. “Sint-Maarten is een historische figuur van wie we zeker weten dat hij bestaan heeft”, vertelt hij. “Van Sinterklaas zijn we dat minder zeker. Mogelijk is hij een samenvoeging van enkele verscheidene Nicolaasfiguren.”

11 november, feestdag van Sint-Maarten

6 december is het naamfeest van Sint-Nicolaas en de datum waarop de heilige zou zijn gestorven. “De feestdag van Sint-Maarten, 11 november, is dan weer de dag waarop zijn lichaam van zijn sterfplaats Candes naar zijn bisschopsstad Tours werd overgebracht, geheel tegen de gebruiken in”, weet Antoon Naert. “Maar in Tours wilden ze het Candes niet gunnen. De devotie rond Sint-Maarten werd er sterk uitgebouwd, ook omdat dat het belang van de bisschopszetel onderstreepte en het de stad geld opbracht.”

“Sint-Maarten verdwijnt meer en meer van de kaart, behalve op die plaatsen waar hij echt van belang is als heilige”

“Later werd 11 november het begin van de vastenperiode voor Kerstmis, zoals er nu een 40-daagse vastentijd voor Pasen bestaat. Vandaar dat Sint-Maartensavond een soort vastenavond werd, met carnavaleske gebruiken. Het was bovendien het einde van het agrarische jaar en in sommige kalenders – er waren er meerdere in voege – de start van een nieuw kalenderjaar. Contracten van landwerkers liepen ten einde, belastingen moesten worden betaald, er vonden jaarmarkten plaats… zo werd Sint-Maarten een scharnierpunt in het jaar.”

Zuip- en zwelgpartijen voor Sint-Maarten en Sinterklaas

“Sint-Maarten is al in de vroege Middeleeuwen erg populair. Sint-Nicolaas wordt dat pas in de volle middeleeuwen, als zeelui uit het Italiaanse Bari in 1087 zijn lichaam gaan roven uit Myra in Turkije”, legt Antoon Naert uit. “Vanaf dan wint Sinterklaas aan belang. Het is een halfvastenfeest, ook met markten, verkleedpartijen… Eigenlijk zoals Sint-Maarten. Vanaf dan beginnen beide door elkaar te lopen. Bij beide feesten werden ook bedeltochten gehouden, maar dan wel nog door volwassenen. Beide heiligen werden in onze streken gevierd, maar van cadeautjes was nog geen sprake.”

Welke kindervriend komt waar?

“In de 17de en 18de eeuw lopen de zuip- en zwelgpartijen echt uit de hand en wordt het feest ‘verburgerlijkt’ tot een huiselijk familiefeest. Dat geldt zeker in protestantse milieus in Nederland. Het feest is niet uit te roeien, maar de protestantse kerken proberen het te beheersen. In de 19de eeuw, met de opkomst van de pedagogie, wordt het meer en meer een kinderfeest met een opvoedende functie.”

“Sinterklaas, die het sterkst staat in de steden, wordt in die periode zeker verburgerlijkt. Maar ook in de landelijke regio’s, waar meer Sint-Maarten gevierd wordt, gaan de hogere sociale klassen zich spiegelen aan de steden en Sinterklaas vieren. Zo verdwijnt Sint-Maarten meer en meer van de kaart, behalve op die plaatsen waar hij echt van belang is als heilige. En zo komen we bij de huidige Sint-Maartenskaart”, aldus Antoon Naert. “Net in de periode van de verburgerlijking van het Sintfeest, 17de en 18de eeuw, bestaat het bisdom Ieper, waarvan Sint-Maarten de patroonheilige is. Vandaar dat hij populair blijft in de Westhoek, het vroegere bisdom Ieper. En dan zijn er ook de losse parochies met een Sint-Maartenskerk: Loppem, Koekelare, Ardooie…”

Sinterklaas in de massamedia

“In de jaren 60 en 70 van de 20ste eeuw geven de massamedia Sinterklaas de wind in de zeilen, maar er ontstaat een volkse tegenbeweging van mensen die identiteit en heemkunde belangrijk vinden en die heel fanatiek trouw blijven aan Sint-Maarten. Op sommige plaatsen worden ook bietenstoeten in het leven geroepen die helemaal niets met een bestaande traditie te maken hebben. Organisatoren kiezen daarbij uit het bestaande repertorium: vuren, bieten, liedjes… en bedenken zo zelf een nieuwe traditie. Bestaande bietenstoeten worden dan weer snel gezien als een eeuwenoude traditie, maar dat is bijna nergens echt het geval.”

“Er zijn ook plaatsen waar Sinterklaas, onder invloed van de massamedia, de geefheilige is geworden, maar waar ook nog altijd de traditionele Sint-Maartensviering met bedelzingen en stoeten bestaat. Daar zit geen lijn in”, zegt Antoon Naert. “De massamedia zorgen voor een standaardbeeld van de Sint. Zo moet je tegenwoordig weten dat het paard van Sinterklaas ‘Slechtweervandaag’ heet. Eigenlijk een vondst van Hugo Matthysen, bedenker van de tv-reeks Dag Sinterklaas, maar vandaag de norm. Vroeger werd het allemaal niet zo gestuurd van bovenaf. Maar een kruisbestuiving tussen beide Sinten is er altijd geweest.”

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier