Virginie Gobert is klaar om café Lagaar te openen: “Enkel het bier moeten ze nog leveren”

Uitbaatster Virginie Gobert van café Lagaar. (foto Frank) © Frank Meurisse
Wouter Vander Stricht

Op 1 april zou Virginie Gobert het nieuwe gezicht worden van café Lagaar aan het station in Izegem, maar de lockdown stak daar een stokje voor. Ook in haar vorige café De Vlasbloem langs de Brugsesteenweg in Hulste kon ze nauwelijks afscheid nemen.

“Op vrijdag 13 maart zag ik mijn klanten voor het laatst. Er was nog een groot afscheidsfeest gepland, dat hebben we mogen schrappen. Net als een biljarttornooi dat op de kalender stond.” Virginie zou normaal vanaf 1 april de tapkraan in café Lagaar hanteren, ze liep al enkele weken mee met de vorige uitbaatster Lintsie Vansteenkiste en leerde zo het café al kennen.

De link tussen Virginie en Lagaar heet Paul Berlamont. “Hij was vroeger een klant van mij in De Vlasbloem. Met Paul en zijn vrouw is alles goed, zelf heb ik wel corona gehad. Kort na de lockdown heb ik 14 dagen moeten uitzieken. Maar ondertussen zijn we al een tijdje volop in de weer. Op dit moment zijn ze nog de dakgoten en de ramen aan het schilderen, maar ook binnen hebben we een en ander veranderd. De boom hebben we uit de serre verwijderd en we hebben achteraan ook een buitenterras gecreëerd.”

In totaal kunnen hier in het café nog 28 mensen zitten en in de serre ook nog eens 32

Virginie, die het hart op de tong heeft, vindt dat overheid wat eerder zou mogen communiceren. “Het duurt allemaal zo lang. Men vergeet in Brussel zeker dat wij nog onze bestellingen moeten plaatsen. Hier moet enkel het bier nog geleverd worden, maar dat komt wel in orde. Aan onze mooie toog zal niemand mogen plaatsnemen, in totaal kunnen hier in het café nog 28 mensen zitten en in de serre ook nog eens 32. Op ons terras aan de Korenmarkt kunnen we een drietal tafels zetten, maar we hebben nu ook het terras achteraan heropgefrist. Het zijn drukke tijden geweest. Ook de woning boven Lagaar zit in een nieuw kleedje, ik woon er nu trouwens.”

Zelf had Virginie in deze periode vooral nood aan sociaal contact. “Er waren hier werkmannen aan de slag en ik denk dat tegen ‘s avonds hun oren roodgloeiend stonden. Ik bleef maar tegen hen praten. Ik zal blij zijn hier straks zelf gewoon de deuren te kunnen openen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier