Tweelingzusjes van 90: “Ik moest wachten om te trouwen, Rosa was eerst”

Rosa en Rosane klinken met een portootje op hun negentigste verjaardag. © Marc Valcke
Ilse Naudts

“Het zal wel zijn dat we daar een ‘teugsje’ op gaan drinken.” Negentig worden ze vandaag, Rosa en Rosane Degroote. Ze groeiden als tweeling op in Beveren-Leie. Met een portootje halen we samen met hen herinneringen op.

In de nasleep van de zware beurscrash van Wall street, op 31 oktober 1929, zagen Rosa en Rosane Degroote het levenslicht in Beveren-Leie. Negentig jaar later klinkt de tweeëiige tweeling samen op hun 90ste verjaardag. “Rosane zegt altijd haar gedacht. Als ‘t niet just is, dan ga je het weten. Maar ik zou haar niet kunnen missen”, zegt Rosa. “Natuurlijk zeg ik mijn gedacht. Tegen u moet ik toch niet liegen. Daarvoor kennen we elkaar te lang”, lacht Rosane. “Ik mag alles tegen haar zeggen. Want ik zie haar heel graag.”

Rosa en Rosane deelden van jongsaf aan lief en leed. “We speelden als kind altijd samen. Dat moest ook wel. Als ‘t sinterklaas was, dan kregen we een pop om te delen. Af en toe waren er eens woorden, maar eigenlijk kwamen we goed overeen”, zegt Rosa. “Het enige dat ons af en toe dul maakte, was dat ons moeder ons altijd dezelfde kleren aandeed”, pikt Rosane in. “Dat stond ons niet altijd aan. Wij wilden ook wel eens iets anders. Zeker naarmate we ouder werden.”

Geen patatten

Rosa en Rosane hebben nog een broer Jozef (76) en een zus Nellie (93). “Wij hadden een goed leven. Vader werkte aan het vlas en zat ook jaren in Frankrijk. Moeder zorgde voor ons en dat deed ze goed. Ze maakte zelfs speciaal voor ons macaroni omdat we allebei geen patatten lusten.” Dat eten ze allebei nog altijd niet graag. “Mijn kinderen eten patatten”, zegt Rosa. “Maar ik at gewoon groensel met vlees. Frieten lust ik wel, maar geen dikke. ‘t Moeten fijntjes zijn.” Rosane: “Ik eet ook soms puree. Alleen gewone gekookte patatten moet ik niet hebben.”

Rosane: “Het was oorlog en wij moesten om 5 uur ‘s morgens soep maken voor de jongens in de school”

Rosa en Rosane maakten als prille tieners de Tweede Wereldoorlog mee. “We waren zelfs de laatsten die hun communie deden in de oude kerk van Beveren-Leie. Een maand later, in mei 1940, helemaal aan het begin van de oorlog werd de kerk vernield.”

Rosane (links) en Rosa waren bij de laatsten die hun communie in de oude kerk van Beveren-Leie deden. Kort daarna werd die gebombardeerd.
Rosane (links) en Rosa waren bij de laatsten die hun communie in de oude kerk van Beveren-Leie deden. Kort daarna werd die gebombardeerd.© gf

Op hun veertiende moesten Rosa en Rosane gaan werken. “‘t Was oorlog en wij moesten soep maken voor de jongens in de school. Elke ochtend moesten we daar om 5 uur zijn om te zorgen dat soep klaar was.”

Toen ze wat ouder waren, mochten de zussen op zondagnamiddag gaan dansen. “Maar om negen uur moesten we thuis zijn. Zo ging dat in de tijd”, vertelt Rosane. “Tijdens een van die dansnamiddagen hebben we onze man leren kennen. Rosa was de eerste, maar niet veel later had ik mijn vrijer ook gevonden. Aloïs Verbrugghe (+2013) was een kameraad van Rosa’s man. Ze zaten in hetzelfde kliekske. Maar ik moest wachten met trouwen omdat Rosa eerst was. Een jaar later mocht ik ook trouwen.”

Gescheiden

Na hun huwelijk gingen Rosa en Rosane allebei in Wielsbeke wonen. Rosa kreeg twee dochters, Marleen en Martine Vaneenooghe; Rosane heeft drie zonen en een dochter, Bernard, Rudy, Ronny en Dorine. “Mijn oudste zoon Bernard is gestorven toen hij zes weken was”, vertelt Rosane. “Dat was moeilijk. Maar Rosa heeft het ook zwaar gehad.” Haar zus knikt. “Toen mijn tweede kind geboren is, heeft mijn man mij verlaten. Ik ben daarna altijd alleen gebleven. Nu hoor je de hele tijd over mannen en vrouwen die uit elkaar gaan. Maar toen was dat echt een uitzondering. Ik schaamde mij. Maar ik ben trots op hoe ik mijn kinderen heb grootgebracht. Ik heb hard gewerkt: altijd de vroege shift gewerkt als bobijnster en op woensdag ging ik nog twee scholen poetsen. Het was niet gemakkelijk. Maar mijn ouders en mijn zus waren er altijd voor mij.” Rosane : “We gingen af en toe samen op stap en hebben leuke namiddagen samen meegemaakt.”

Breien voor het goede doel

In hun leven zagen de zussen heel wat evoluties en nieuwe technologieën opkomen. “Er is veel veranderd tegenover vroeger. Ik heb een gsm, maar alleen om te bellen hoor. Van berichtjes en zo ken ik niets”, lacht Rosane. “Als er lichtjes beginnen te knipperen van gemiste oproepen, dan weet ik niet wat ik moet doen. Dan moet mijn dochter komen om het op te lossen.” Rosa: “Ik heb zelfs geen gsm. Ik bel nog met een gewone telefoon, maar wel een ‘loper’!”

Vandaag woont Rosa in Desselgem en Rosane in Ooigem. Rosane heeft ondertussen 8 kleinkinderen en 14 achterkleinkinderen, Rosa heeft 4 kleinkinderen en 6 achterkleinkinderen. Rosane: “Ik heb mijn bezigheid. Ik brei sjaals en mutsen voor goede doelen. Die komen ze hier ophalen voor de missies.” Rosa houdt niet van breien. “Ik heb niet echt hobby’s, af en toe leg ik een kaartje”, zegt ze.

De zussen zijn nog helder en gezond. Al beginnen er hier en daar kleine mankementjes op te duiken. Stramme schouders, zere knieën, een pijnlijke heup “en we horen allebei niet meer zo goed. Beteren doet het natuurlijk niet meer”, zegt Rosa. Het meest van al missen de zussen hun fiets. “Dat was mijn vrijheid”, zegt Rosane. “Nu zijn we altijd afhankelijk van onze kinderen en onze buren voor vervoer. Zij helpen ons, maar het is toch niet hetzelfde. Vroeger deden we elke donderdag ‘zusterkes-dag’. Dan kwamen we samen met onze oudste zus en onze schoonzus. Maar het wordt te lastig om dat te organiseren. Spijtig. Want daardoor moeten we elkaar meer missen dan we zouden willen.”

“Toch gaan we ons best doen om 95 te worden”, zegt Rosa. “Of zelfs honderd. Als we zijn zoals vandaag, dan zie ik dat zitten. We pakken de dag zoals hij komt.”

Rosa (links) en Rosane toen ze nog een baby waren, nu bijna negentig jaar geleden.
Rosa (links) en Rosane toen ze nog een baby waren, nu bijna negentig jaar geleden.© gf