Thomas en An zeilden óók over de oceaan: “Overboord vallen betekent de dood”

An Verstraeten en Thomas Sileghem. © gf
Frank Buyse
Frank Buyse Senior writer

Thomas Sileghem en An Verstraeten keken op Streamz de populaire Play4-docureeks ‘Over de Oceaan’ in één ruk uit. Niet onlogisch, want het Kortrijkse koppel is bezig aan een wereldreis per zeilboot en heeft net dezelfde oversteek van de Atlantische Oceaan achter de rug. Met een vergelijkbare boot én vanop het land begeleid door dezelfde kapitein Piet. “Vergelijk het misschien met de Mont Ventoux voor wielertoeristen.”

Thomas zeilde al langer, An leerde het vooral van Thomas zelf. In 2017 zijn ze zelfs op hun zeilboot gehuwd in Oostende. Thomas, een zestiger, komt uit het bedrijfsleven, An (55) werkte als stedenbouwkundig ambtenaar voor de Stad Kortrijk. In 2021 zat hun beroepscarrière erop. In januari vorig jaar begonnen ze aan hun droom: met hun opgeknapte zeilboot een wereldreis van misschien wel zes jaar maken, waarbij ze om de zes maanden een paar weken naar huis trekken de kinderen, elk drie, en intussen ook nog een kleinzoon, weetjewel.

Gelijkaardig, maar toch anders

Ze vertrokken vanuit Lissabon in Portugal en zeilden eerst een drietal maanden op de Middellandse Zee. Daarna ging het via het Zuid-Portugese Lagos richting Madeira, de Canarische eilanden en de Kaapverdische eilanden. Begin december volgde dan hun oversteek van de Atlantische Oceaan, hún Over de Oceaan, zoveel gelijkend op die van Annelien Coorevits, Gert Verheyen, Ella Leyers en co. Maar toch verschillend. Momenteel zijn ze tot half februari weer in het land, daarna nemen ze opnieuw het vliegtuig richting Guadeloupe om vandaar verder te zeilen. Op het programma: de Bahama’s en de oostkust van de VS met onder andere Maine en New York. En later, wie weet, misschien wel een doorsteek via het Panamakanaal…

Thomas: “Grappig, mijn liefde voor het zeilen begon in mijn jeugdjaren ook met een televisieserie: Zanzibar. Daardoor zeilde ik al van kinds af aan.”

An: (lachend) “Ik moest altijd mee gaan kijken naar de bootjes, tot ik er ook zin in kreeg. Ik haalde ook mijn vaarbewijs, de praktijk leerde ik vooral van Thomas. Aanvankelijk huurden we boten, later kochten we er zelf één.”

Thomas: “Zeilen werd voor ons een manier van leven. Een manier om landen en eilanden te zien waar je anders niet komt. Vandaar die droom: een wereldreis. We begonnen met een gewoon reisplan: naar daar, later naar daar… (grinnikt) Andere zeilers keken ons meewarig aan: aha, is dat jullie plan? Good luck! We hadden inderdaad al redelijk snel door dat we te strak hadden gepland. We moesten onzetimings loslaten.”

An: “Alleen de wind en de seizoenen bepalen je planning.”

Tijd voor wat verpozing in een idyllisch baaitje. (gf)
Tijd voor wat verpozing in een idyllisch baaitje. (gf)

Thomas: “Die oversteek doe je tussen eind november en februari-maart. Buiten het orkaanseizoen in de Caraïben, de verzekeringen dekken vanaf juni niet. Gevaarlijk is het dan niet echt, als je maar voorbereid en getraind bent. Vergelijk het misschien met de Mont Ventoux voor wielertoeristen. Dankzij het GPS-systeem weet je altijd exact waar je bent en via satellietcommunicatie heb je twee keer per dag toegang tot de weerberichten, gebaseerd op redelijk accurate computermodellen. Een storm is niet het grootste risico voor een zeiler. Zinken ook niet, je houdt de wind achter je en bent altijd waakzaam voor ronddrijvende containers. Maar alles waarvoor je hier de 100 belt, dàt is het grootste gevaar. Voor een zestiger met een druk leven achter de rug is bijvoorbeeld een hartinfarct niet ondenkbaar. En iedereen kan een appendicitis krijgen. Of een hersenschudding door een klap tegen het hoofd.”

An: “Als je maar met twee bent en er valt iemand overboord, betekent dat de dood. In volle vaart stoppen, de zeilen neerhalen, draaien… Daarom was zomaar rondlopen op de boot of op het voordek wat chillen uitgesloten voor ons. Je moet àltijd geconcentreerd blijven. Maar het achterdek was ook geestig. Je ziet daar ook de sterren.” (lacht)

Thomas: “We wilden voor de oversteek iemand die we bij problemen per satelliet konden bellen. En we kenden kapitein Piet al langer, als havenmeester op de Oosterschelde. Piet stelde zelf regelmatig overleg voor, over de weerberichten, de beste koers… Zo hadden we om de twee dagen een half uurtje contact. Hij volgde ons met een tracker en raadde ons bijvoorbeeld aan nog zuidelijker te reizen dan we van plan waren. Het zou zonder Piet ook gelukt zijn, maar hij gaf ons wel zekerheid. Al is Piet meer een wedstrijdzeiler, vlinderen (zeilen met de wind schuin vanachter, red.) is voor jeanetten, zei hij tegen James Cooke. (lacht) Wij namen ook een iets kortere route dan in Over de Oceaan, wij deden er twee weken over, zij drie. De eerste dagen heb je nog besef van tijd, daarna maakt het niet uit of je nog tien of twintig dagen op die boot zit.”

“Gert Verheyen haalde het eerder al aan: de oceaan maakt je week. Emotioneler”

An: “Zij waren met zes BV’s, kapitein Piet en co-schipper Willem. Dat is toch anders. Enerzijds hadden wij meer plaats en moesten we maar voor twee personen eten maken – zij moesten soms ‘s nachts brood staan bakken. Maar anderzijds konden zij alle taken beter verdelen.”

Thomas: “Als zoals in de serie de spinnaker het begeeft of je in een squall geraakt opeengepakte wolken, regen en hevige rukwinden , ben je beter af met meerdere mensen. En wij hadden evenveel te doen: de watermaker draaiende houden, elektriciteit bijmaken, wier aan het roer verwijderen… Wij waren maar double handed, zoals dat heet. Zij konden veel sturen, wij stuurden bijna altijd op automatische piloot. Zij konden ook per twee de wacht houden, wij moesten dat om de beurt doen en elk om beurt drie uren slapen. Maar als je met zoveel personen drie weken samen op een boot leeft, is de kans ook veel groter om op elkaars zenuwen te werken.”

An: “Veel koppels nemen voor de oversteek een ander koppel of een extra crewlid mee. We hebben er ook even aan gedacht, maar verkozen uiteindelijk toch onze privacy. Ook omdat we perfect op elkaar zijn afgesteld, het zou anders extra spanningen opleveren.”

Thomas: “Vooraf dacht iedereen in de serie dat ze zichzelf zouden tegenkomen op die boot. Om dan achteraf te zeggen dat dat niet gebeurd was. Maar het is zoals Gert Verheyen het al aangaf: de oceaan maakt je week. Emotioneler. Maar hij zei ook dat je dat alweer vergeten bent enkele dagen na aankomst. Maar dat komt misschien omdat zij meteen daarna zijn teruggevlogen.”

An: “Bij ons was de oversteek maar een deeltje van onze reis. Wij zijn eerst nog een tijdje in de Caraïben gebleven. Dat was nagenieten.”

Thomas: “Onze aankomst was eigenlijk minder euforisch dan verwacht. Ook omdat we al een paar kleinere oversteken achter de rug hadden.”

An: “Bij onze aankomst van onze eerste oversteek van Portugal naar Porto Santo (Portugees eiland in de buurt van Madeira, red.), heb ik wél geweend. Eindelijk land in zicht!”

Thomas: “Ik onthoud vooral dat je leert alle controle los te laten. Net het omgekeerde van wat ik veertig jaar lang had gedaan. Voor de voorbereiding had ik een gigantische to do-lijst. Véél raakte niet meer afgevinkt. En plots zijn we dan weg en dringt het besef keihard door. Ik heb moeten afstappen van mijn drang naar perfectie. En trager leren leven.”

An: “Weet je wat ook zo mooi is aan dit avontuur? Die zeilerscommunity. We hebben overal lieve mensen leren kennen. Soms moesten we zelfs zeggen: nu is het tijd voor een weekje alleen met zijn tweeën in een baaitje.” (lacht)