Straks dorpen zonder dokter? In acht op de tien gemeenten dreigt huisartsentekort

Huisarts-in-opleiding Laude Vanden Bussche ziet starterspremie van 20.000 euro in rook opgaan. "Wij komen voor een voldongen feit te staan, er is geen alternatief en er is geen overgangsperiode." © MVM/Davy Coghe
Olaf Verhaeghe

Na zeven jaar geneeskundestudies en twee jaar als huisarts-in-opleiding zet Laude Vanden Bussche in oktober de grote stap. Ze gaat aan de slag in een groepspraktijk in Zedelgem, een van de 51 (!) gemeenten in West-Vlaanderen waar een tekort aan huisartsen dreigt. Maar nu de Vlaamse regering een premie van 20.000 euro schrapt voor startende huisartsen die zich in zo’n prioritaire zone vestigen, maakt Laude zich zorgen. “Het applaus voor de eerstelijnszorg is nog bezig, terwijl de regering ons een slag in het gezicht verkoopt.”

Laude Vanden Bussche (26) groeide op in Zwevezele. Ze droomde van alles en nog wat. Wat ze later wilde worden, veranderde jaar na jaar. “Tot mijn zus geneeskunde ging studeren. Toen ik haar hoorde vertellen, wist ik dat het mogelijk was. Door haar voorbeeld werd dokter worden haalbaar.”

En zo geschiedde. Laude begon als 18-jarige aan de loodzware opleiding. Zeven jaar studeren, waarvan twee jaar vol stages en dan nog eens twee jaar als huisarts-in-opleiding. “Die laatste twee jaar sta je eigenlijk al in het werkveld en word je ook betaald. Maar het maakt nog deel uit van je opleiding, je krijgt nog lessen en staat onder begeleiding.”

Laude woont vandaag in Kessel-Lo, op een boogscheut van hartje Leuven. Maar ze wil terugkeren naar haar roots. Terug naar West-Vlaanderen. “Dat was altijd wel mijn plan. Ik wil vooral in een groepspraktijk terechtkomen waar ik mij goed voel, waar het leuk en goed werken is en waar iedereen zijn of haar inbreng kan hebben. In Zedelgem vond ik dat.” In oktober dit jaar, na negen jaar opleiding, is het eindelijk zover.

Druk

Zedelgem is een van 51 West-Vlaamse gemeenten die volgens officiële cijfers van het Agentschap Zorg en Gezondheid een prioritaire zone is. Concreet betekent dat dat er daar minder dan 90 huisartsen zijn per 100.000 inwoners. In dunbevolkte gebieden heeft zo’n prioritaire zone minder dan 120 huisartsen per 100.000 inwoners. Amper 13 gemeenten in onze provincie hebben dus voldoende huisartsen.

“Ook al stijgt het aantal erkende huisartsen jaar na jaar, toch neemt het aantal huisartsarme gemeenten toe”, zegt Joris Moonens, woordvoerder van Zorg en Gezondheid. “Daar zijn verschillende verklaringen voor. Enerzijds hebben we andere maar betere cijfers over het aantal actieve artsen, maar anderzijds is er ook een almaar toenemende trend naar groepspraktijken. Jonge artsen vinden daar een betere balans tussen werk en privé.”

Lees verder onder de kaart.

Ook voor Laude is dat een van de voornaamste redenen om voor een groepspraktijk te kiezen. “Wat je ook ziet, is dat oudere huisartsen die hun solopraktijk stopzetten in veel gevallen moeten vervangen worden door twee nieuwe mensen”, zegt Laude. “Zij zien vaak patiënten van 7.30 tot 21.30 uur ‘s avonds, veel meer dan wij als jonge huisartsen kunnen. Dat verhoogt natuurlijk de druk.”

Bom

Om beginnende huisartsen aan te sporen zich in zo’n huisartsarme gemeente te vestigen, werd de impulseopremie opgestart. Dat is een vestigingspremie van 20.000 euro. Of beter: dat was een vestigingspremie. In november vorig jaar kondigde de Vlaamse regering een aantal besparingen aan die ook huisartsen treffen. Vanaf 1 juli 2020 wordt de vestigingspremie afgeschaft, hoewel het aantal aanvragen de voorbije jaren in stijgende lijn ging.

“Heel plots”, zo zegt Laude. “Voor ons is dat echt een bom. We hebben lang gestudeerd, gigantisch veel sparen zat er vaak niet in. Voor mij geldt dat bedrag als een soort van inkoopsom in de groepspraktijk, andere afstuderende huisartsen hebben dat geld nodig om hun solopraktijk te kunnen oprichten. Je hebt je kosten voor het medisch materiaal, de computerprogramma’s, het pand, verzekeringen… Het wegvallen van die premie is meer dan een serieuze streep door de rekening.”

Uit onderzoek blijkt dat de vestigingspremie niet meteen het beoogde resultaat gaf. Lees: de premie voor starters lokte te weinig artsen naar huisartsarme gemeenten. Dat blijkt ook in onze provincie. Twee jaar geleden waren er 43 prioritaire zones, nu dus 51.

Laude Vanden Bussche:
Laude Vanden Bussche: “Het gaat niet om deze premie per se. Als het niet werkt, so be it. Maar er moet een alternatief komen.”© Davy Coghe

“Blijkbaar vindt men al sinds 2017 dat de premie onvoldoende werkt. En dat kan, daar heb ik begrip voor”, zegt Laude. “Maar het jammere is dat het zo plots gebeurt. Wij komen voor een voldongen feit te staan, er is geen alternatief en er is geen overgangsperiode. Van de ene dag op de andere zie je een vaak broodnodige premie verdampen. Maar we hebben wel contracten getekend, een financieel plan opgemaakt en zijn vaak al leningen aangegaan. Nu zit je met een put, waar je niets aan kan doen en waar je je niet kan op voorbereiden. Als huisarts-in-opleiding vragen wij een verlenging van de overgangsperiode minimaal tot het einde van het jaar, zodat de afstuderende artsen niet in de problemen geraken. Liefst wordt die periode zelfs verlengd tot er een alternatief is.”

Ook de Belgische Vereniging van Artsensyndicaten (BVAS), haar Vlaamse afdeling het Vlaams Artsensyndicaat (VAS) en koepelorganisatie Domus Medica betreuren de beslissing van de Vlaamse regering om de impulseopremie af te schaffen. “Een schande”, stellen het VBAS en VAS. “De regering maakt zo een einde aan maatregelen die de huisartsengeneeskunde aantrekkelijker maakt.” Domus Medica dringt vooral aan op een langere overgangsperiode.

Geen alternatief

“Mocht men in januari al iets gezegd hebben, dan konden wij daar rekening mee houden”, vindt ook Laude. “Maar er werd nooit over gecommuniceerd. Iedereen valt uit de lucht. En net dat is voor ons het grootste probleem. Het gaat niet om deze premie per se. Als het niet werkt, so be it. Maar er moet een alternatief komen. Er wordt geld uit de eerstelijnszorg weggetrokken en er is niemand die weet hoe het er weer zal in geraken. Het laatste wat wij willen, is dat dorpen of gemeenten zonder huisarts komen te vallen. Je moet jonge afstuderende artsen kunnen motiveren om net in die regio’s te gaan werken.”

Ook de timing van de aankondiging, net nadat huisartsen-in-opleiding massaal bijsprongen in triageposten of woon-zorgcentra in de strijd tegen het coronavirus, komt hard aan.

“Iedereen heeft zich moeten aanpassen, maar iedereen heeft zich wel dubbel geplooid. Het applaus voor de zorg is een heel mooi gebaar en geloof mij, dat heeft ons deugd gedaan”, zegt Laude nog. “Maar waar mensen op straat staan te klappen, krijgen wij van de Vlaamse regering nu een klap in het gezicht. Zo voelt het echt aan.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier