Blinde Hilaire leidde 15 jaar zelf blindengeleidehonden op: “Zo’n hond maakt een wereld van verschil”

© Olaf Verhaeghe
Olaf Verhaeghe

Hoe ouder hij werd, hoe slechter hij zag. Maar zelfs zo goed als blind worden, weerhield Hilaire Velghe (63) er niet van om tientallen pups op te leiden tot getrainde blindengeleidehond. Begin februari zwaaide de Koksijdenaar af bij de vzw Vrienden der Blinden. Maar zijn strijd voor wie amper of niet ziet, laat hij nooit los.

Kom, Arrow, viens ici. Dichtbij vent, kom. De goudbruine labrador wipt recht uit zijn zachte mand en sloft naar het linkerbeen van zijn baasje. “Hij begrijpt Frans en Nederlands. Perfect tweetalig is ie. Een uniek beestje.” Hilaire Velghe (63) wrijft met veel liefde in het nekvel van zijn hond. Zonder Arrow zou het leven van de Koksijdenaar er helemaal anders uit zien. Zeker nu.

Links ziet Hilaire nog 5 procent, maar oogt alles wazig. Rechts is hij volledig blind. “Geworden”, voegt hij snel toe. “Een speling van het lot in de mix van de genen van mijn ma en pa waardoor mijn netvlies en vooral mijn oogzenuwen aftakelen. Simpel gezegd: het kabeltje dat van mijn netvlies naar mijn hersenen loopt, wordt altijd maar zwakker en zwakker. Dunner en dunner. Tot er zo goed als niets meer doorgaat. Daar zijn we intussen aanbeland. Mijn twee zussen hebben dezelfde aandoening, maar erfelijk is het niet. Gelukkig maar. Voor mijn kinderen.”

In de keuken

Hilaire is een bekend gezicht in en rond Koksijde. Vijfentwintig jaar lang baatte hij samen met zijn echtgenote Marijke Hotel Ruytingen in deelgemeente Sint-Idesbald uit. “Hotel, restaurant én feestzaal”, klinkt het trots. “Wij hadden een goede zaak. Hard werken, dat wel, maar we deden het graag. De keuken was mijn dada, altijd geweest. Maar het werd almaar moeilijker, net omdat mijn zicht verder achteruit ging.”

Dat hij nog altijd een rijbewijs heeft, zegt hij plots. “Maar het is al 28 jaar geleden dat ik nog achter het stuur zat. Ik was een jaar of 35 toen ik begon te merken dat het niet langer veilig was. Ik wilde mezelf of anderen niet in gevaar brengen. De aftakeling van mijn zicht ging heel geleidelijk. Behalve de laatste twee jaar, toen het plots sneller slechter werd. Heb ik het er moeilijk mee? Soms wel. Het is niet gemakkelijk. Maar ik heb wel trucjes gevonden om ermee om te kunnen, om het te verstoppen. Ik heb er jaren kunnen aan wennen, ik heb tijd gekregen om mezelf aan te passen aan mijn situatie. Iemand die van de ene dag op de andere blind wordt, dat is dramatisch. Dat is een ramp, voor die mensen. Veel erger dan wat ik meemaak.”

Vrienden der Blinden

Via zijn buurman, dokter Vanduren, kwam Hilaire een kleine vijftien jaar geleden in contact met Vrienden der Blinden. Hij was er voorzitter en zo een van de grootste bezielers van de Koksijdse afdeling van Les Amis des Aveugles uit het Waalse Ghlin. “Hij kende mijn situatie, als buurman. Ik was al heel mijn leven hondenliefhebber, dus had ik zoiets van: waarom niet, hé? Zo ben ik er ingerold.” Hilaire ging bij de vzw aan de slag als instructeur voor de blindengeleidehonden en leerde er in ijltempo de stiel. Alleen… op dat moment had hij zelf al nood aan een blindengeleidehond. “Sloeber was mijn eerste, een golden retriever. Maar vooral mijn tweede, Zita, een donkere labrador, zal ik altijd onthouden. Dat was een formidabele hond, echt waar. Die hond kon alles, zonder problemen. Ik heb Zita gekregen als puppy en helemaal zelf opgeleid. Op dat moment zag ik nog een beetje, ja. Iemand die volledig blind is, kan dat niet.”

Na tien jaar ging Zita met pensioen en kwamen eerst labrador Penny en nu Arrow in het leven van Hilaire. “Hij komt dus uit Wallonië en was Franstalig. Ik heb hem beetje bij beetje de bevelen in het Nederlands aangeleerd.”

Maar nog veel meer dan dat hij zijn eigen honden alles bijbracht, leerde Hilaire de voorbije vijftien jaar tientallen pups wat het betekent om blindengeleidehond te zijn. “Een hond is voor een blinde of slechtziende van cruciaal belang. Ik kan het weten”, glimlacht Hilaire. “Zo’n hond is je vrijheid, je zelfstandigheid. Met een blindengeleidehond kan je wandelen, kan je de bus of de trein nemen, kan je overal naartoe. Zonder hond heb je altijd iemands hulp nodig om ergens heen te gaan.”

Werk aan de winkel

Hilaire denkt na, streelt Arrow nog wat meer en zegt dan: “Er is nog werk aan de winkel. Er wordt lang niet altijd voldoende rekening gehouden met blinden en slechtzienden. De buschauffeur die doorrijdt ondanks het feit dat je zwaait met je stok, een discussie met de gemeente over noppentegels in het trottoir of een vakantiehuisje dat weigert je te ontvangen door je huisdier… Een blindengeleidehond is niet zomaar een huisdier, hé. Je botst nog te vaak op muren of onbegrip. Dat werkt soms frustrerend, maar ik weiger me daardoor te laten doen. Ik ga me niet opsluiten. Integendeel. Ik doe voort. We moeten voortdoen.”

Sinds begin februari doet Hilaire niet langer officieel voort bij Vrienden der Blinden. Op zijn 63ste mag hij met pensioen, na net geen vijftien jaar als instructeur zwaait hij af. “Van harte? Niet helemaal”, glimlacht hij. “Ze gaan me daar nog vaak zien, wees maar zeker. Ik blijf vrijwilliger bij Vrienden der Blinden, om de groepen te ontvangen die ons komen bezoeken. En ook een beetje als adviseur. Ik kan mijn ervaring delen met de jongere collega’s. Die gasten appreciëren mij en wat ik deed. Dat voel je. Ik blijf er sowieso mee bezig, Vrienden der Blinden is een levenswerk voor mij. Ik zal het wel kunnen loslaten, maar het zal tijd vragen.”

Arrow lijkt er intussen genoeg van te hebben en schuifelt opnieuw richting zijn zachte mand. Maar van zodra Hilaire rechtstaat, is de labrador weer paraat. Om zijn baasje te helpen. Braaf, vent, stopt Hilaire hem snel een snoepje toe. “De dankbaarheid van de mensen voor wie je een hond hebt getraind, is groot. Weten dat ze elkaar hebben gevonden en het goed doen samen, is voor mij het belangrijkste. Ik zeg het: zo’n hond maakt voor iemand die niet of amper ziet een wereld van verschil. Ik kan het weten.”